Algemeen
Bij ruimtelijke plannen dient ten aanzien van externe veiligheid naar verschillende aspecten te worden gekeken, namelijk:
- bedrijven in de directe omgeving waar activiteiten plaatsvinden die gevolgen hebben voor de externe veiligheid;
- vervoer van gevaarlijke stoffen over wegen, spoor, water of leidingen.
Voor externe veiligheid zijn in het algemeen, zowel bij bedrijvigheid als bij het vervoer van gevaarlijke stoffen, twee aspecten van belang, te weten het plaatsgebonden risico (PR, voorheen individueel risico) en het groepsrisico (GR). Het plaatsgebonden risico is de kans per jaar dat een persoon dodelijk wordt getroffen door een ongeval, indien hij zich onafgebroken en onbeschermd op een bepaalde plaats zou bevinden.
Het PR wordt weergegeven met risicocontouren rondom een inrichting dan wel infrastructuur. Voor het plaatsgebonden risico geldt in het algemeen een grenswaarde voor kwetsbare objecten en een richtwaarde voor beperkt kwetsbare objecten. De grenswaarde en richtwaarde voor het plaatsgebonden risico wordt voor nieuwe (beperkt) kwetsbare objecten gesteld op een niveau van 10-6 per jaar. Binnen de 10-6-contour mogen dan ook geen nieuwe kwetsbare functies mogelijk worden gemaakt. Uitsluitend om gewichtige redenen mogen nieuwe beperkt kwetsbare objecten binnen de 10-6-contour gerealiseerd worden.
Het groepsrisico (GR) drukt de kans per jaar uit dat een groep mensen van minimaal een bepaalde omvang overlijdt als direct gevolg van een ongeval in een inrichting waarbij gevaarlijke stoffen betrokken zijn. De normen voor het GR hebben een oriënterende waarde (inspanningsverplichting). Indien de oriënterende waarde voor het groepsrisico wordt overschreden, legt dit in het algemeen ook ruimtelijke beperkingen op aan een gebied buiten de 10-6-contour (PR).
Bevi
Het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) is op 27 oktober 2004 in werking getreden. Het Bevi stelt grens- en richtwaarden voor het plaatsgebonden risico voor (beperkt) kwetsbare objecten in de omgeving van risicovolle inrichtingen. Daarnaast bevat het Bevi een verantwoordingsplicht ten aanzien van het groepsrisico rondom deze inrichtingen.
Planspecifiek
Op bedrijventerrein Middenweg zijn volgens de risicokaart geen risicovolle inrichtingen gesitueerd.
Op bedrijventerrein Giessenburg is volgens de risicokaart één risicovolle inrichting gesitueerd: het tankstation met LPG-installatie, aan de Kerkweg 10. Hieronder vallen een reservoir (plaatsgebonden risicocontour 10
-6: 25 meter), een vulpunt (plaatsgebonden risicocontour 10
-6: 45 meter) en een afleverinstallatie (plaatsgebonden risicocontour 10
-6: 15 meter). Hiervoor is op de verbeelding een risicocontour opgenomen.
Voorts is aan de zuidoostkant van het plangebied, langs de C.M. van Houwelingweg, een buisleiding gelegen. De risicokaart geeft aan dat de plaatsgebonden risicocontour voor de buisleiding 0 meter is.
Op 30 september 2004 heeft de gemeenteraad de Route Gevaarlijke Stoffen vastgesteld. Deze loopt over de Kerkweg naar het tankstation met de LPG-installatie. Vervoer van gevaarlijke stoffen dient uitsluitend over deze route plaats te vinden. Voor het vervoeren van gevaarlijke stoffen naar inrichtingen buiten de route is een ontheffing verplicht.
Uitsnede risicokaart: bedrijventerrein Giessenburg
Onderhavig plan betreft een actualisatie en samenvoeging van twee verouderde bestemmingsplannen. In onderhavig plan zijn geen toekomstige ontwikkelingen opgenomen. Daar de genoemde risicocontouren niet worden overschreden, vormt het aspect externe veiligheid geen belemmering voor onderhavig plan.