direct naar inhoud van 4.4 Externe veiligheid
Plan: Fietspad Vlietskade F277
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0689.BP8002-vast

4.4 Externe veiligheid

Toetsingskader

Bij ruimtelijke plannen wordt ten aanzien van externe veiligheid naar verschillende aspecten gekeken, namelijk:

  • bedrijven waar opslag, gebruik en/of productie van gevaarlijke stoffen plaatsvindt;
  • vervoer van gevaarlijke stoffen over wegen, spoor, water of leidingen.

In het externe veiligheidsbeleid wordt doorgaans onderscheid gemaakt tussen het plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR). Het PR is de kans per jaar dat een persoon op een bepaalde plaats overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongeval met gevaarlijke stoffen, indien hij onafgebroken en onbeschermd op die plaats zou verblijven. Het PR wordt weergegeven met risicocontouren rondom een inrichting of langs een vervoersas. Daarbij geldt een kans van 10-6 als de grenswaarde. Het GR drukt de kans per jaar uit dat een groep mensen van minimaal een bepaalde omvang overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongeval met gevaarlijke stoffen.

Voor aardgastransportleidingen geldt dat het Besluit externe veiligheid buisleidingen in voorbereiding is. In dat besluit wordt aangesloten bij de risicobenadering uit het Bevi waarmee ook voor buisleidingen normen voor het PR en het GR zullen gelden. Het Ministerie van VROM een brief3 van de Gasunie gepubliceerd met daarin inventarisatieafstanden voor het groepsrisico. Op grond van de gewijzigde circulaire Risiconormering vervoer van gevaarlijke stoffen dient bij het vaststellen van ruimtelijke plannen reeds met deze afstanden rekening te worden gehouden.

Onderzoek en conclusie

Uit de studie, die is uitgevoerd voor de ontwikkeling, blijkt dat een deel van het tracé van het beoogde fietspad is gelegen boven een hogedrukaardgasleiding4. Het betreft het tracé tussen de motorclub Arkel en de kruising Vlietskade-Parallelweg dat is gelegen op de leiding W528-03 met een druk van 40 bar en een diameter van 6 inch. Omdat het fietspad niet valt aan te merken als (beperkt) kwetsbaar object, geldt vanuit het oogpunt van externe veiligheid geen minimale afstand tot de leiding. Er is wel overleg gevoerd met de Gasunie aangezien het beoogde fietspad is gelegen binnen de zakelijk rechtstrook van de leiding. Door de Gasunie zijn voorwaarden gesteld. De belangrijkste voorwaarde is een zettingsvrij fietspad. Op basis van een sonderingenonderzoek is geconcludeerd dat, met uitvoering van bepaalde extra maatregelen, een zettingsvrij fietspad mogelijk is. Ten behoeve hiervan dient een deel van het fietspad van een lichte constructie te worden voorzien. Een alternatief tracé is hierdoor niet nodig.

Geconcludeerd wordt dat het beoogde fietspad, na het treffen van maatregelen teneinde zetting te voorkomen, geen belemmering oplevert in verband met de ongestoorde ligging van de leiding. De aanwezigheid van de aardgastransportleiding staat de uitvoering van het plan niet in de weg.