Plan: | Studentenhuisvesting Kanaalweg |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0687.BPBNSKAN-VG01 |
het bestemmingsplan Studentenhuisvesting Kanaalweg met identificatienummer NL.IMRO.0687.BPBNSKAN-VG01 van de gemeente Middelburg.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en / of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
Het aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht ondergeschikt is van het hoofdgebouw.
één of meer gebouwen en / of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
bevoegd gezag zoals bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
een vrijstaand gebouw dat in functioneel en bouwkundig opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
de grens van een bouwvlak.
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat is begrensd door op (nagenoeg) gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen en dat zodanige afmetingen en vormen heeft dat dit gedeelte zonder ingrijpende voorzieningen voor woonfuncties geschikt of geschikt te maken is.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
de grens van een bouwperceel.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
een constructie ter vergroting van een gebouw, die zich tussen de dakgoot en de nok van een dakvlak bevindt, waarbij deze constructie onder de noklijn is gelegen en de onderzijde van de constructie in het dakvlak is geplaatst.
een constructie ter vergroting van een gebouw, die zich boven de dakgoot bevindt, waarbij deze constructie (deels) boven de oorspronkelijke nok uitkomt en de onderzijde van de constructie in één of beide dakvlak(ken) zijn geplaatst.
al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een gebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en, de bestemming ingevolge het bestemmingsplan deze inrichting niet verbiedt.
bouwwerk, geen gebouw zijnde, dat dient als afscheiding van een erf of terrein en is geplaatst in of rondom een erf of terrein.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn aard, functie, constructie of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
alle aanduidingen die betrekking hebben op afmetingen, percentages, oppervlakten, hellingshoeken en aantallen, zowel ten aanzien van het bouwen als ten aanzien van het gebruik, zijn maatvoeringsaanduidingen.
door de Stichting Nederlands Normalisatie-instituut uitgegeven norm, zoals deze luidde op het moment van vaststelling van het plan.
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een gesloten dak.
Bouwwerken ten behoeve van al dan niet openbare (nuts-) voorzieningen zoals:
verkeersgeleiders, verkeersborden, lichtmasten, zitbanken en bloembakken
telefooncellen, abri's, kunstwerken, speeltoestellen en draagconstructies voor reclame.
Kleinschalige bouwwerken ten behoeve van (openbare) nutsvoorzieningen met een inhoud van ten hoogste 50 m³ en een hoogte van ten hoogste 3 meter, waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van telecommunicatie, energievoorzieningen, brandkranen en afvalinzamelingssystemen.
persoon die ingeschreven is bij een studie aan een MBO- of HBO-opleiding, academie of universiteit in de regio.
de gevel van het hoofdgebouw die door zijn aard, functie, constructie dan wel gelet op uitstraling ervan als belangrijkste gevel kan worden aangemerkt.
de huisvesting van personen die zelfstandig, of nagenoeg zelfstandig dan wel onder geringe en vrijblijvende begeleiding plaatsvindt.
afstanden tussen bouwwerken onderling alsmede afstanden van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstanden het kleinst zijn.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een bouwwerk, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidsmuren.
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
Vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel, hellende dakvlakken, topgevels, dakkapellen – voor zover deze minder dan 50% van de breedte van het dakvlak beslaan – en lift-opbouwen daar niet onder begrepen.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en / of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en / of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
indien een gebouw met betrekking tot de constructiedelen als bedoeld onder 2.5. over verschillende hoogten beschikt, wordt als volgt gemeten:
De voor ‘Verkeer’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden zijn toegelaten;
De goothoogte, bouwhoogte, de oppervlakte en / of inhoud van een hoofdgebouw, bijbehorend bouwwerk of overig bouwwerk, bedragen ten hoogste:
Bouwwerk | Bouwhoogte | oppervlakte / inhoud | ||
1 | Overige bouwwerken | 9 m | - | |
2 | Ondergrondse afvalcontainers | - | 13 m² | |
3 | Nutsvoorzieningen per gebouw | 3 m | 15 m² |
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2.2 voor;
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken geldt dat evenementen alleen zijn toegestaan indien daarvoor een vergunning op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) van de gemeente Middelburg is verleend en aan die vergunning wordt voldaan.
De voor ‘Wonen - Studentenhuisvesting’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Binnen de bestemming ‘Wonen – Studentenhuisvesting’ mogen wooneenheden voor studenten worden opgericht.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
a. gebouwen moeten binnen het bouwvlak worden gebouwd;
b. de bouwhoogte bedraagt ten hoogste de met de aanduiding ‘maximum bouwhoogte (m)’ aangegeven bouwhoogte.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Ter plaatse van de bestemming Wonen - Studentenhuisvesting mogen ten hoogste 236 studenten worden gehuisvest.
Het gebruik van gronden of bouwwerken, zoals bedoeld in artikel 4.2.1, is uitsluitend toegestaan indien op eigen terrein binnen de bestemming Wonen - Studentenhuisvesting voldoende parkeergelegenheid aangelegd en in stand gehouden wordt overeenkomstig de kencijfers parkeren van de CROW;
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
De bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, mogen in afwijking van de verbeelding en hoofdstuk 2 uitsluitend worden overschreden door:
Burgemeester en wethouders kunnen de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve
van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere
realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met
de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijdingen bedragen echter niet meer dan 3 m en het
bestemmingsvlak wordt met niet meer dan 10% vergroot.
Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt.
Deze regels worden aangehaald onder de naam 'Regels van het bestemmingsplan Studentenhuisvesting Kanaalweg'.