ontwerp |
NL.IMRO.0654.BVNW2013-0001 |
In verband met het opstellen van de beheersverordening “Noordlandseweg” is de externe veiligheidssituatie onderzocht. Voor het verordeningsgebied is een aantal risicobronnen relevant. Deze notitie gaat in op de verantwoording van het groepsrisico (GR) ten gevolge van deze risicobron.
Het groepsrisico is de cumulatieve kans per jaar dat een groep personen overlijdt als rechtstreeks gevolg van hun aanwezigheid in het invloedsgebied van een inrichting/transportmodaliteit en een ongewoon voorval binnen die inrichting of met een transportmodaliteit waarbij een gevaarlijke stof betrokken is. Het groepsrisico wordt weergegeven in een fN-curve, waarin het aantal doden is uitgezet tegen de cumulatieve kans op scenario's met dat aantal doden. In de fN-curve wordt een oriëntatiewaarde aangegeven, die het ijkpunt aangeeft waarin gezocht moet worden naar maatschappelijk aanvaardbare grenzen.
Bij de verantwoordingsplicht van het groepsrisico staat de vraag centraal in hoeverre het groepsrisico als gevolg van de beheersverordening kan worden geaccepteerd, waarbij ook wordt ingegaan op welke veiligheidsverhogende maatregelen er getroffen kunnen worden.
Beheersverordening
De huidige activiteiten worden in de beheersverordening vastgelegd. Er worden geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt. Ten gevolge hiervan kan/zal het groepsrisico niet toenemen. Om die reden wordt dan ook volstaan met een beperkte verantwoording van het groepsrisico.
Relevante risicobronnen
Voor het verordeningsgebied is met betrekking tot de groepsrisicoverantwoording één risicobron relevant, te weten:
Voor een overzicht van alle relevante risicobronnen binnen en in de nabije omgeving van het verordeningsgebied wordt verwezen naar de milieuparagraaf (4.3.4) in de toelichting van de beheersverordening.
Vaststellen van het groepsrisico
In het kader van de beheersverordening is het groepsrisico (GR) beschouwd voor deze risicobron. Hierbij is gebruik gemaakt van informatie van de risicokaart (www.risicokaart.nl).
De hoogte van het GR is als volgt.
Bronmaatregelen ter beperking van de risico's zijn niet mogelijk. De inrichting voldoet conform milieuwetgeving aan het BBT-principe (Best Beschikbare Techniek).
Het verordeningsgebied ter hoogte van het invloedsgebied kan in westelijke en oostelijke richting goed worden ontsloten door de Noordlandseweg en de Plattendijk.
De bereikbaarheid van het plangebied voor de hulpverleningsdiensten is goed en er is voldoende primaire bluswatervoorziening aanwezig. De brandweer kan binnen de zorgnorm in het verordeningsgebied aanwezig zijn.
Zelfredzaamheid is het zichzelf kunnen onttrekken aan een dreigend gevaar, zonder daadwerkelijke hulp van hulpverleningsdiensten. Maatregelen ter verbetering van de zelfredzaamheid worden door de gemeente overwogen bij nieuwe ontwikkelingen in het kader van de omgevingsvergunning voor bouwen.
De beheersverordening legt de huidige planologische situatie vast. Bestaande functies worden gehandhaafd. Er worden dan ook geen nieuwe ontwikkelingen voorzien, waardoor maatregelen gericht op de verbetering van de zelfredzaamheid voor deze beheersverordening niet aan de orde zijn.
Binnen het verordeningsgebied is, gelet op de aard van het gebied (bedrijventerrein), de kans op aanwezige niet zelfredzame personen klein.