direct naar inhoud van 3.4 Gemeentelijk beleid
Plan: Groote Lindt
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0642.bp11grootelindt-3002

3.4 Gemeentelijk beleid

3.4.1 Structuurvisie Zwijndrecht 2020 'De ondernemende tuinstad'

In de Structuurvisie Zwijndrecht 2020 'De ondernemende tuinstad', vastgesteld door de gemeenteraad op 16 februari 2010, heeft de gemeente haar ruimtelijk beleid voor de komende tien jaar vastgelegd. Speerpunten hierin zijn de versterking van het aanbod van woningen voor iedereen, aantrekkelijke vestigingslocaties voor bestaande en nieuwe bedrijven en een blijvend goede bereikbaarheid vanuit de Randstad en vanuit het zuiden van het land.

In de visie worden diverse opgaven omschreven waaronder het streven naar meer specialistische kennisintensieve en dienstverlenende bedrijvigheid. Daarbij is van belang dat de economische basis van Zwijndrecht versterkt wordt door zowel bestaande bedrijvigheid te koesteren, als de vestiging van nieuwe bedrijvigheid te stimuleren. In de visie worden een twintigtal structuurvisieprojecten beschreven die moeten bijdragen aan de versterking van een goede bereikbare ondernemende tuinstad.

De gemeente streeft naar herstructurering en versterking van de bedrijventerreinen De Geer en de Groote Lindt en een versterking van de watergebonden bedrijvigheid langs de kades. Het bedrijventerrein is voornamelijk bestemd voor zwaardere bedrijven, daarom zijn nieuwe bedrijfswoningen of voorzieningen niet toegestaan, bestaande voorzieningen en bedrijfswoningen mogen wel worden gehandhaafd.

3.4.2 Herstructureringsprogramma Groote Lindt en de Geer

In het Herstructureringsprogramma Groote Lindt en de Geer (2007) is onderzoek gedaan naar herstructureringsmaatregelen voor de bedrijventerreinen Groote Lindt en de Geer. Bovendien is aandacht besteed aan het draagvlak dat voor deze maatregelen bestaat. De invulling van deze maatregelen stond hierbij niet op zichzelf maar is gebaseerd op de vraag of de maatregelen bijdragen aan de gewenste ontwikkeling van de bedrijventerreinen.

In de visie van de gemeente Zwijndrecht staat centraal dat de bedrijfsactiviteiten op Groote Lindt en De Geer blijven gehandhaafd. Dit betekent dat beide terreinen elk hun eigen identiteit behouden. Uitgangspunt is dat er geen ruimte is voor (nieuwe vestiging van) andere activiteiten, zoals (grootschalige) detailhandel, sportfaciliteiten en kinderspeelhallen. In z'n algemeenheid geldt echter wel dat bij moeilijk plaatsbare activiteiten binnen de gemeente waarvan vestiging voor de gemeente wel van belang is, Groote Lindt en De Geer niet worden uitgesloten bij de keuze van de meest optimale vestigingsplaats.

De gemeente Zwijndrecht richt zich ten aanzien van het gebruik van de havens op schepen met een maximale capaciteit van 3.000 ton. De gemeente heeft nauwelijks grondposities op Groote Lindt. Dit is een belemmerende factor bij het bevorderen van meer watergebonden bedrijfsactiviteiten op Groote Lindt. De gemeente zal daarom eventuele kansen moeten benutten die zich op natuurlijke momenten voordoen om de watergebonden bedrijfsactiviteiten op Groote Lindt te bevorderen.

In de visie op Groote Lindt en De Geer staat centraal dat beide bedrijventerreinen een goed werk- en vestigingsklimaat moeten bieden. Dit abstracte beeld uit zich in de verbetering van beide bedrijventerreinen op diverse thema's, zoals

  • werkgelegenheid;
  • veiligheid, waaronder verkeersveiligheid en Externe veiligheid;
  • kwaliteit;
  • beveiliging;
  • verkeer en vervoer;
  • duurzaamheid.

3.4.3 Economisch actieprogramma 2010-2012

Met het Economisch Actieprogramma Zwijndrecht 2010-2012 wil de gemeente vooral de lokale economie stimuleren door het vestigingsklimaat in Zwijndrecht te verbeteren.


In het Economisch Actieprogramma staan de activiteiten waarmee de gemeente de lokale economie de komende twee jaar wil versterken. Het geeft op hoofdlijnen inzicht in de actuele stand van zaken van de lokale economie en het vestigingsklimaat. Daarnaast brengt het programma het bestaand beleid in beeld, vertaald naar concrete acties.


Zwijndrecht biedt een prima vestigingsklimaat voor bedrijven. De ligging aan verschillende transportassen (weg, water en spoor) gecombineerd met een goede bereikbaarheid en beschikbaarheid van bedrijfsterreinen en kantorenlocaties zijn in economisch opzicht een uitstekende uitgangspositie. Deze uitgangspositie biedt veel kansen en mogelijkheden. Met het Economisch Actieprogramma kan de gemeente ervoor zorgen dat het gevestigde bedrijfsleven, waar de gemeente veel waarde aan hecht, Zwijndrecht ook als de juiste vestigingsplaats blijft zien en zo de kansen en mogelijkheden benutten.

3.4.4 Welstandsnota Zwijndrecht 2004

De Welstandsnota Zwijndrecht (juni 2004) is een beleidsdocument dat de gemeente de mogelijkheid geeft om cultuurhistorische, stedenbouwkundige en architectonische waarden te benoemen en een rol te geven bij de ontwikkeling en beoordeling van bouwplannen, maar ook om gebieden aan te wijzen waar een bijzondere kwaliteit gewenst is. Met de gebiedsgerichte benadering wil de gemeente de waardevolle eigenschappen van bijvoorbeeld de kernen en ieder afzonderlijk gebied behouden. De in de nota genoemde welstandscriteria kunnen ten behoeve van de ruimtelijke kwaliteit waar nodig invulling geven aan de ruimte die het bestemmingsplan biedt. Als een bouwplan in overeenstemming is met het bestemmingsplan, maar alternatieve invulling mogelijk is, kan een negatief welstandsadvies worden gegeven als de gekozen oplossing te sterk afbreuk doet aan de ruimtelijke kwaliteit van het gebied.

In Zwijndrecht zijn twee welstandsregimes mogelijk:

  • het bijzondere welstandsgebied waar extra inspanning ten behoeve van de ruimtelijke kwaliteit gewenst is;
  • het reguliere welstandsgebied waar de basiskwaliteit moet worden gehandhaafd;

Het plangebied Groote Lindt valt onder het reguliere welstandsregime 'havens'. Bij de welstandsbeoordeling van dit gebied wordt er onder meer getoetst op:

  • de ligging: oriĆ«ntatie op de weg en opslag bij voorkeur uit het zicht;
  • de massa: gebouwen zijn in principe individueel, afwisselend, eenvoudig van opbouw en bestaan uit een onverdeelde hoofdmassa;
  • architectonische uitwerking: sober en zorgvuldige architectonische uitwerking, met accenten en geledingen naar functie;
  • materiaal- en kleurgebruik: baksteen en/of staalplaat in een terughoudende kleur met onderlinge samenhang.

3.4.5 Groenstructuurplan 2009

Het Groenstructuurplan 2005-2015 (25 augustus 2009) geeft een meerjarenvisie op beheer en inrichting van de openbare ruimte, met speciale aandacht voor de bestaande groenstructuur. Voor de visie is een inventarisatie en analyse uitgevoerd naar het groen en aanverwante zaken. De hieruit voortgekomen knelpunten en potenties vormden aanknopingspunten voor het opstellen van de groenvisie, een essentieel onderdeel van het Groenstructuurplan. Uit de visie blijkt dat de hoofdgroenstructuur een basis biedt voor de ontwikkelings- en beheermaatregelen om het groen in de gemeente aantrekkelijk te maken en een duurzaam karakter te geven. Met betrekking hierop zijn diverse uitgangspunten geformuleerd om zowel de hoofdgroenstructuur als de wijkgroenstructuur en het overig groen te handhaven en te versterken.

afbeelding "i_NL.IMRO.0642.bp11grootelindt-3002_0008.jpg"

uitsnede groenstructuurplan

Het groenstructuurplan maakt onderscheid in hoofdgroenplekken en wijk- en buurtgroen. In bepaalde gevallen is in het groen deels bebouwing aanwezig.

Langs het bedrijventerrein Groote Lindt ligt de Lindtsedijk, aan deze dijk ligt een aantal hoofdgroenplekken.