Plan: | Rangeerterrein Kijfhoek |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0642.bp09kijfhoek-3001 |
Deze paragraaf betreft een samenvatting van het uitgebreide bureauonderzoek zoals opgenomen in Bijlage 1.
Huidige situatie
Het plangebied betreft een zeer intensief gebruikt terrein.
Toekomstige situatie
Het bestemmingsplan is consoliderend van aard. Er worden geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt. Dit betekent dat binnen de juridische regeling geen grootschalige functieveranderingen en/of herinrichtingen mogelijk zijn. Het plan biedt wel ruimte tot kleinschalige ontwikkelingen. Het gaat dan bijvoorbeeld om het bouwen van aan- of bijgebouwen (al of niet omgevingsvergunningplichtig) of het aanleggen van paden of verhardingen. In het kader hiervan is een ecologisch bureauonderzoek uitgevoerd, waarin is aangegeven waar deze kleinschalige ontwikkelingen aan dienen te worden getoetst.
Resultaten onderzoek
Gebiedsbescherming
Het plangebied vormt geen onderdeel van een natuur- of groengebied met een beschermde status, zoals Natura 2000. Het plangebied maakt ook geen deel uit van de Provinciale Ecologische Hoofdstructuur (PEHS). De Natuurbeschermingswet en het beleid van de provincie staan de uitvoering van het plan dan ook niet in de weg.
Soortenbescherming
Het bestemmingsplan is het besluit dat ingrepen mogelijk maakt en een aantasting van beschermde dier- of plantensoorten kan betekenen. Uiterlijk bij het nemen van een besluit dat ruimtelijke veranderingen mogelijk maakt, zal daarom zekerheid moeten zijn verkregen of verlening van ontheffing op grond van de Flora- en faunawet nodig zal zijn en of het reëel is te verwachten dat deze zal worden verleend.
In het plangebied komen mogelijk de volgende beschermde soorten voor:
vrijstellingsregeling Flora- en faunawet | tabel 1 | zwanenbloem en dotterbloem mol, egel, veldmuis en huisspitsmuis bruine kikker, gewone pad en de middelste groene kikker |
|
ontheffingsregeling Flora- en faunawet | tabel 2 | kleine modderkruiper | |
tabel 3 | bijlage 1 AMvB | geen | |
bijlage IV HR | alle vleermuizen | ||
vogels | cat. 1 t/m 4 | huismus | |
cat. 5 | koolmees, pimpelmees, spreeuw, ekster en zwarte kraai |
Conclusie
Het bestemmingsplan is consoliderend van aard en zal dan ook niet leiden tot aantasting van beschermde soorten. De Flora- en faunawet staat de uitvoering van het plan niet in de weg.