direct naar inhoud van Artikel 11 Natuur
Plan: De Leyens en Noordhove
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0637.BP00021-0004

Artikel 11 Natuur

11.1 Bestemmingsomschrijving
11.1.1 Doeleindenomschrijving

De 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

met daaraan ondergeschikt:

  • f. beweiding;
  • g. geluidoverdrachtbeperkende voorzieningen;
  • h. kunstwerken;
  • i. nutsvoorzieningen;

met de daarbij behorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

11.1.2 Dubbelbestemmingen

Voor zover de in lid 11.1.1 genoemde gronden samenvallen met:

11.2 Bouwregels
11.2.1 Gebouwen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd, met uitzondering van schuilhutten voor dieren die op deze gronden worden geweid en met inachtneming van de volgende regels:

  • a. per bestemmingsvlak is niet meer dan 1 schuilhut toegestaan;
  • b. de bouwhoogte van een schuilhut mag maximaal 3 m bedragen;
  • c. de oppervlakte van een schuilhut mag maximaal 50 m² bedragen.
11.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
  • a. de bouwhoogte van geluidoverdrachtbeperkende voorzieningen en kunstwerken mag maximaal 10 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 3 m bedragen.
11.3 Afwijken van de bouwregels
11.3.1 Tweede schuilhut

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 11.2.1 onder a voor het bouwen van een tweede schuilhut, mits:

  • a. de bouwhoogte van de schuilhut maximaal 3 m bedraagt;
  • b. de oppervlakte van de schuilhut maximaal 50 m² bedraagt;
  • c. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de natuurwaarden, ecologische waarden en/of landschappelijke waarden van het gebied. Alvorens een omgevingsvergunning te verlenen wordt hierover advies gevraagd aan een natuur- en landschapsdeskundige.
11.3.2 Ruimere schuilhut

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 11.2.1 onder c voor het bouwen van een ruimere schuilhut, mits:

  • a. de bouwhoogte van de schuilhut maximaal 3 m bedraagt;
  • b. de oppervlakte van de schuilhut maximaal 75 m² bedraagt;
  • c. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de natuurwaarden, ecologische waarden en/of landschappelijke waarden van het gebied. Alvorens een omgevingsvergunning te verlenen wordt hierover advies gevraagd aan een natuur- en landschapsdeskundige.
11.3.3 Ander gebouw

Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 11.2.1 voor het bouwen van een ander gebouw dan een schuilhut, mits:

  • a. het gebouw wordt gebruikt ten behoeve van de in lid 11.1.1 genoemde doeleinden;
  • b. per bestemmingsvlak niet meer dan 1 ander gebouw wordt toegestaan;
  • c. de bouwhoogte van het gebouw maximaal 3 m bedraagt;
  • d. de oppervlakte van het gebouw maximaal 60 m² bedraagt;
  • e. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de natuurwaarden, ecologische waarden en/of landschappelijke waarden van het gebied. Alvorens een omgevingsvergunning te verlenen wordt hierover advies gevraagd aan een natuur- en landschapsdeskundige.
11.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van gebouwen voor wonen;
  • b. het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor de opslag van caravans, boten en overige zaken anders dan ten behoeve van de bestemming;
  • c. het gebruik van gronden als stort en/of opslagplaats van grond en/of afval, anders dan als stort- of opslagplaats voor normaal gebruik;
  • d. het gebruik van de gronden voor een paardenbak of buitenrijbak;
  • e. het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor horeca;
  • f. het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor de opslag van consumentenvuurwerk;
  • g. het gebruik van gronden en/of bouwwerken ten behoeve van raam- en straatprostitutie.
11.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
11.5.1 Verboden werken en werkzaamheden

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren:

  • a. het aanleggen, vergraven, verruimen en dempen van bestaande waterlopen;
  • b. het afgraven, ophogen of egaliseren van gronden;
  • c. het opbrengen van zand of ander materiaal ten behoeve van het wijzigen van het gebruik van grasland in andere vormen van grondgebruik;
  • d. het aanbrengen van beplanting en het bebossen van gronden;
  • e. het vellen of rooien van opgaande beplanting;
  • f. het aanleggen van wegen, fiets- en voetpaden, parkeergelegenheden en andere oppervlakteverhardingen, met uitzondering van koepaden.
11.5.2 Geen omgevingsvergunning vereist

Het in lid 11.5.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:

  • a. behoren tot het normale onderhoud, gebruik en beheer;
  • b. op het tijdstip van de inwerkingtreding van dit bestemmingsplan in uitvoering waren of konden worden uitgevoerd krachtens een voor dat tijdstip geldende, dan wel aangevraagde vergunning.
11.5.3 Advies natuur- en landschapsdeskundige

Een omgevingsvergunning als bedoeld in lid 11.5.1 onder a t/m f kan slechts worden verleend, indien door de uitvoering van het werk of de werkzaamheid geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de te beschermen waarden dan wel in het geval van onevenredige afbreuk, door het stellen van voorwaarden daaraan voldoende tegemoet kan worden gekomen.

Alvorens de omgevingsvergunning te verlenen wordt schriftelijk advies gevraagd aan een natuur- en landschapsdeskundige. Hiertoe overlegt de aanvrager een deskundigenrapport.