direct naar inhoud van 5.5 Bedrijven en milieuzonering
Plan: Rokkeveen
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0637.BP00010-0004

5.5 Bedrijven en milieuzonering

5.5.1 Begrip milieuzonering

Een goede ruimtelijke ordening beoogt het voorkomen van voorzienbare hinder en gevaar door milieubelastende activiteiten. Door bij nieuwe ontwikkelingen voldoende afstand in acht te nemen tussen milieubelastende activiteiten (zoals bedrijven) en milieugevoelige functies (zoals woningen) worden hinder en gevaar voorkomen en wordt het bedrijven mogelijk gemaakt zich binnen aanvaardbare voorwaarden te vestigen.

Deze milieuzonering dient aldus twee doelen:

  • 1. het voorkomen of zoveel mogelijk beperken van hinder en gevaar voor woningen;
  • 2. het bieden van voldoende ruimte en zekerheid aan bedrijven dat zij hun activiteiten duurzaam kunnen (blijven) uitoefenen.
5.5.2 VNG-brochure Bedrijven en milieuzonering

Uitgave Bedrijven en milieuzonering
Om te komen tot een ruimtelijk relevante toetsing van bedrijfsvestigingen op milieuhygiënische aspecten wordt het begrip milieuzonering gehanteerd. Onder milieuzonering wordt verstaan het waar nodig zorgen voor een voldoende ruimtelijke scheiding tussen enerzijds bedrijven of overige milieubelastende functies en anderzijds milieugevoelige functies zoals woningen. Bij de planontwikkeling dient rekening gehouden te worden met milieuzonering om zodoende de kwaliteit van het woon- en leefmilieu te handhaven en te bevorderen en daarnaast bedrijven voldoende zekerheid te bieden dat zij hun activiteiten duurzaam binnen aanvaardbare voorwaarden kunnen uitvoeren. Bij de milieuzonering wordt gebruik gemaakt van de door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) opgestelde brochure Bedrijven en milieuzonering (editie 2009).

Scheiding van functies versus functiemenging
Scheiding van milieubelastende en milieugevoelige functies met behulp van milieuzonering is in de omgeving van sterk milieubelastende activiteiten zonder meer noodzakelijk. Een vergaande scheiding van functies kan echter ook leiden tot inefficiënt ruimtegebruik en een verlies aan ruimtelijke kwaliteit. Een gemengd gebied met een mix van wonen en werken, winkels en horeca stimuleert een levendig straatbeeld, een hogere sociale veiligheid en extra draagvlak voor voorzieningen. Vanuit het oogpunt van efficiënt ruimtegebruik verdient het de voorkeur om functiescheiding binnen een gemengd gebied niet verder door te voeren dan met het oog op een goed woon- en leefklimaat noodzakelijk is.

Richtafstandenlijsten
De twee belangrijkste bouwstenen voor milieuzonering zijn de twee richtafstandenlijsten in bijlage 1 van de VNG-brochure. Voor een scala aan milieubelastende activiteiten (lijst 1) en opslagen en installaties (lijst 2) zijn richtafstanden aangegeven ten opzichte van een rustige woonwijk. In de lijsten wordt onderscheid gemaakt naar richtafstanden voor de ruimtelijk relevante milieuaspecten geur, stof, geluid en gevaar. De grootste van deze vier richtafstanden is bepalend voor de indeling van een activiteit in een milieucategorie. Daarbij omvat categorie 1 de lichtste en categorie 6 de zwaarste vormen van bedrijvigheid. De richtafstanden gaan uit van gemiddeld moderne bedrijven. Indien bekend is welke activiteiten concreet worden beoogd of aanwezig zijn, kan gemotiveerd worden uitgegaan van de daadwerkelijk te verwachten milieubelasting (in plaats van de richtafstanden).

Twee omgevingstypen: rustige woonwijk en gemengd gebied
De richtafstanden in bijlage 1 van de VNG-brochure zijn afgestemd op de omgevingskwaliteit zoals die wordt nagestreefd in een rustige woonwijk of een vergelijkbaar omgevingstype (zoals een rustig buitengebied, een stiltegebied of een natuurgebied). Een rustige woonwijk is een woonwijk die is ingericht volgens het principe van functiescheiding. Afgezien van wijkgebonden voorzieningen komen vrijwel geen andere functies (zoals bedrijven of kantoren) voor.

Indien de aard van de omgeving dit rechtvaardigt, kunnen gemotiveerd kleinere richtafstanden worden aangehouden bij het omgevingstype gemengd gebied, dat gezien de aanwezige functiemenging of ligging nabij drukke wegen al een hogere milieubelasting kent. Een gemengd gebied is een gebied met een matige tot sterke functiemenging. Direct naast woningen komen andere functies voor zoals winkels, horeca en kleine bedrijven. Ook lintbebouwing in het buitengebied met overwegend agrarische en andere bedrijvigheid kan als gemengd gebied worden beschouwd. Gebieden die direct langs de hoofdinfrastructuur liggen behoren eveneens tot het omgevingstype gemengd gebied. De richtafstanden uit bijlage 1 van de VNG-brochure gelden ten opzichte van een rustige woonwijk. De afstanden kunnen, zonder dat dit ten koste gaat van het woon- en leefklimaat, met één afstandsstap worden verlaagd indien sprake is van omgevingstype gemengd gebied.

Milieucategorie   Richtafstand tot omgevingstype rustige woonwijk en rustig buitengebied   Richtafstand tot omgevingstype gemengd gebied  
1   10 m   0 m  
2   30 m   10 m  
3.1   50 m   30 m  
3.2   100 m   50 m  
4.1   200 m   100 m  
4.2   300 m   200 m  
5.1   500 m   300 m  
5.2   700 m   500 m  
5.3   1.000 m   700 m  
6   1.500 m   1.000 m  

Functiemenging
De richtafstanden ten opzichte van de omgevingstypen rustige woonwijk, rustig buitengebied en gemengd gebied gaan uit van het principe van functiescheiding. Door het hanteren van richtafstanden tussen een bedrijventerrein of bedrijfslocatie en een gebied met een variatie aan functies (zoals wonen, horeca en kleine bedrijvigheid), wordt de toelaatbaarheid van milieubelastende functies beoordeeld.

Binnen gemengde gebieden kan echter ook sprake zijn van functiemenging. Dit betekent dat op gebouwniveau meerdere functies gecombineerd zijn, zoals wonen boven winkels. In de VNG-brochure “Bedrijven en milieuzonering” is voor gebieden met functiemenging een aparte lijst (bijlage 4) opgenomen. In gebieden met functiemenging gelden geen richtafstanden. De toelaatbaarheid van milieubelastende functies in gebieden met functiemenging wordt beoordeeld aan de hand van de volgende drie ruimtelijk relevante milieucategorieën:

  • categorie A: activiteiten die zodanig weinig milieubelastend voor hun omgeving zijn, dat deze aanpandig aan woningen kunnen worden uitgevoerd;
  • categorie B: activiteiten die in een gemengd gebied kunnen worden uitgeoefend, echter met een zodanige milieubelasting voor hun omgeving dat zij bouwkundig afgescheiden van woningen en andere gevoelige functies dienen plaats te vinden;
  • categorie C: de activiteiten zoals genoemd onder B, waarbij door de relatief grote verkeersaantrekkende werking een ontsluiting op de hoofdinfrastructuur is aangewezen.

Voor het toestaan van deze activiteiten gelden de volgende randvoorwaarden:

  • 1. het gaat om kleinschalige, ambachtelijke bedrijvigheid;
  • 2. productie en/of laad- en loswerkzaamheden vinden alleen in de dagperiode plaats;
  • 3. de activiteiten (inclusief opslag) vinden hoofdzakelijk inpandig plaats;
  • 4. activiteiten uit categorie C beschikken daarnaast over een goede aansluiting op de hoofdinfrastructuur.
5.5.3 Staat van horeca-activiteiten

De Wet milieubeheer en de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) bieden onvoldoende mogelijkheden om alle relevante vormen van hinder ten gevolge van de aanwezigheid van horeca-activiteiten te voorkomen. Een Staat van horeca-activiteiten behorende bij de regels van een bestemmingsplan kan worden gehanteerd als een aanvulling op de reikwijdte van beide genoemde instrumenten.

Voor een indicatie van de mate van hinder veroorzaakt door horeca-activiteiten biedt de zoneringlijst uit de publicatie 'Bedrijven en milieuzonering' van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) een goed vertrekpunt. De daarin gehanteerde grove benadering behoeft echter voor de opstelling van een in de praktijk bruikbare Staat van horeca-activiteiten aanvulling en nadere motivering.

Bij de opstelling van de Staat van horeca-activiteiten zijn de volgende vormen van hinder in aanmerking genomen:

  • geluidhinder (zowel door afzonderlijke inrichtingen als cumulatief);
  • verkeersaantrekkende werking;
  • parkeerdruk.

In aanvulling op de gegevens uit de VNG-publicatie is voorts gebruik gemaakt van de volgende ruimtelijk relevante aspecten:

  • de voor de verschillende soorten horeca-activiteiten over het algemeen gebruikelijke openingstijden die voor het optreden van hinder relevant zijn (het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer hanteert immers voor de dag-, avond- en nachtperiode verschillende normen);
  • de mate waarin een bedrijfstype naar verwachting bezoekers en in het bijzonder bezoekers per auto, brommer of scooter aantrekt.

Op grond hiervan worden drie categorieën onderscheiden in de Staat van horeca-activiteiten, die is opgenomen als bijlage bij de regels:

Categorie 1 'Lichte horeca'
Horecabedrijven die in beginsel alleen overdag en 's avonds geopend zijn (in hoofdzaak verstrekking van etenswaren en maaltijden) en daardoor slechts beperkte hinder voor omwonenden veroorzaken. Binnen deze categorie worden de volgende subcategorieën onderscheiden:

  • a. aan detailhandel verwante horeca;
  • b. overige 'lichte' horeca;
  • c. bedrijven met een relatief grote verkeersaantrekkende werking, te weten:
    • 1. bedrijven genoemd in de subcategorie 1a en 1b in de gevallen dat het bedrijfsoppervlak meer dan 250 m² bedraagt;
    • 2. restaurants met bezorg- en/of afhaalservice.

Categorie 2 'Middelzware horeca'
Horecabedrijven die normaal gesproken ook 's nachts geopend zijn en daardoor aanzienlijke hinder voor omwonenden kunnen veroorzaken, zoals cafés, bars, biljartcentra of zalenverhuur. Tevens vallen onder deze categorie horecabedrijven die in beginsel overdag en 's avonds geopend zijn met een grote verkeersaantrekkende werking.

Categorie 3 'Zware horeca'
Horecabedrijven die voor een goed functioneren ook 's nachts geopend moeten zijn en tevens een groot aantal bezoekers aantrekken en daardoor grote hinder met zich mee kunnen brengen (verkeersaantrekkende werking en daarmee gepaard gaande hinder op straat alsmede parkeeroverlast). Hieronder vallen dancings, discotheken en partycentra.

5.5.4 Milieuzonering in het plan

Geldende bestemmingsplannen
In het geldende bestemmingsplan "Uitwerkingsplan Rokkeveen Oost-3" (vastgesteld 26 april 1988) heeft het bedrijventerrein tussen de Oostweg en de Blauw-roodlaan de bestemming 'Bedrijfsdoeleinden' gekregen. Op grond van het geldende bestemmingsplan zijn deze gronden bestemd voor bedrijven, kantoren, kantoren, overheidsvoorzieningen, bedrijfswoningen, met bijbehorende voorzieningen. Op grond van het geldende bestemmingsplan geldt voor deze gronden geen milieuzonering. In de beschrijving in hoofdlijnen is wel opgenomen dat het gaat om een bedrijvenstrook met kleinschalige bedrijven en kantoren die zich goed verdragen met het aangrenzende woongebied.

De percelen van de ontwikkellocatie Lus Zilverstraat (zone tussen de Oostweg en de Zilverstraat ten noorden van de Zuidweg) hebben in het bestemmingsplan "Lansinghage Lus" (vastgesteld 28 juni 2004) de bestemmingen 'Bedrijfsdoeleinden II', 'Gemengde Doeleinden I' en 'Gemengde Doeleinden II' gekregen. Op gronden met de bestemming 'Bedrijfsdoeleinden II' zijn bedrijven toegestaan tot en met maximaal milieucategorie 2. De gronden die bestemd zijn voor 'Gemengde Doeleinden I' zijn onder andere bestemd voor kantoren, zakelijke dienstverlening en opleidings- vergader- en congresdoeleinden. De gronden met de bestemming 'Gemengde doeleinden II' zijn bestemd voor hotel, dienstverlening, opleidings- en congrescentrum. Voor beide bestemmingen in het geldende bestemmingsplan geldt dat geen milieuzonering is opgenomen. Gelet op de aard van de functies betreft het bedrijven tot maximaal milieucategorie 2. Op de gronden met de bestemming 'Gemende Doeleinden I' en op een deel van de gronden met de bestemming 'Gemengde Doeleinden II' zijn (op grond van een vrijstelling ex artikel 19 WRO (oud)) de kantoren van Bouwhuis en ERA gerealiseerd. Kantoren vallen in milieucategorie 1.

Plangebied rustige woonwijk of gemengd gebied?
In de VNG-uitgave wordt aangegeven dat een gemengd gebied een gebied is met een matige tot sterke functiemenging. Direct naast woningen komen andere functies voor zoals winkels, horeca en kleine bedrijven. Gebieden die direct langs de hoofdinfrastructuur liggen behoren eveneens tot het omgevingstype gemengd gebied.

De woonwijk Rokkeveen is opgebouwd uit verschillende woonbuurten. Afgezien van wijkgebonden voorzieningen komen vrijwel geen andere functies (zoals bedrijven of kantoren) voor. Langs de randen is weinig verstoring door verkeer. Het plangebied van Rokkeveen is daarom hoofdzakelijk te typeren als een rustige woonwijk. Er zijn enkele uitzonderingen hierop.
De eerste uitzondering is een aantal gebieden in Rokkeveen waar op gebouwniveau wonen met andere functies is gecombineerd. Dit geldt voor het winkelcentrum Rokkeveen. Boven het winkelcentrum zijn woningen aanwezig. Dit geldt ook voor de delen B en C van het Katwijkerlaantracé. Hier worden (zorg)voorzieningen met woningen gecombineerd. Verder geldt dit voor een aantal percelen die in dit bestemmingsplan de bestemming 'Gemengd - 1' of 'Gemengd - 2' hebben gekregen. Op deze percelen kunnen ook woningen gecombineerd worden met andere functies. Voor deze gebieden geldt dat er sprake is van een gebied met functiemenging.

De tweede uitzondering is de bedrijvenzone tussen de Oostweg en Blauw-roodlaan en Oostweg en de Rokkeveensweg Zuid (gelegen tussen de A12 en de Zuidweg). Hier zijn voornamelijk bedrijven, horeca (McDonalds en Bastionhotel) en kantoren van het Bouwhuis en projectontwikkelaar ERA gevestigd. Deze gronden hebben in het plan vooral de bestemming 'Bedrijventerrein' gekregen. De bestaande (bedrijfs)woningen in dit gebied zijn positief bestemd. Nieuwe bedrijfswoningen zijn niet toegestaan. Aan de Blauw-roodlaan en het Koraalrood liggen woonwerkeenheden. Deze hebben op de plankaart de bestemming 'Gemengd - 1' of 'Gemengd - 2' gekregen. De kantoren van Era en het Bouwhuis en horecabedrijven McDonalds en Bastionhotel hebben conform het huidige gebruik respectievelijk de bestemming 'Kantoor' dan wel de bestemming 'Horeca' gekregen.

De laatste uitzondering is de lintbebouwing langs de Berkelseweg. De woningen aan de Berkelseweg worden afgewisseld door bedrijven als CRM Nederland B.V. (handel in vrachtwagens en andere vervoersmiddelen behorend tot zwaar verkeer) en Tuincentrum de Driesprong. Aan de overzijde van de Berkelseweg (gemeente Pijnacker-Nootdorp) liggen verschillende glastuinbouwbedrijven. Deze zone is aan te merken als gemengd gebied.

In onderstaande tabel zijn de omgevingstypen samengevat:

Rustige woonwijk:   De gehele woonwijk Rokkeveen met uitzondering van de hieronder genoemde gebieden.  
Gemengd gebied:   Bedrijvenzone langs de A12 en Oostweg met de bedrijfswoningen en woonwerkeenheden langs de Blauw-roodlaan en het Koraalrood.
Lintbebouwing langs de Berkelseweg.  
Functiemenging   Het winkelcentrum Rokkeveen en de percelen met een de bestemming 'Gemengd - 1' en 'Gemengd - 2'.  

Gekozen milieuzonering voor de verschillende gebieden in het plangebied
Zoals ook in de VNG-brochure is aangegeven is de Staat van Bedrijfsactiviteiten in principe bedoeld voor nieuwe situaties. De Staat van Bedrijfsactiviteiten kan niet zonder meer worden toegepast bij de vraag of bedrijven die al in het plangebied gevestigd zijn, wegbestemd moeten worden of niet. Uiteraard geeft de categorie-indeling van deze bedrijven wel een indicatie van de aanvaardbaarheid. In bestaande situaties moet met name gekeken worden of het bedrijf beschikt over de benodigde milieuvergunning(en) en of de milieubelasting binnen de huidige normen blijft. Alleen indien een bedrijf onaanvaardbare hinder veroorzaakt, waaraan redelijkerwijs door het treffen van voorzieningen niet tegemoet kan worden gekomen, kan een bedrijf worden wegbestemd. Voorwaarde hierbij is dat de gemeente de benodigde financiële middelen ter beschikking heeft. Dergelijke bedrijven komen in het plangebied niet voor.

Zoals gezegd is het merendeel van het plangebied te typeren als een rustige woonwijk. Op de solitaire bedrijfspercelen gelegen in de woonwijk zijn daarom alleen kleinschalige bedrijven toegestaan. De kleinschalige bedrijven vallen onder de milieucategorie 1 en 2 uit de lijst 1 van de VNG-brochure. Dergelijke bedrijvigheid is in het algemeen in milieuhygiënische zin aanvaardbaar in een rustige woonwijk. Bestaande bedrijven binnen genoemde milieucategorie zijn tevens vrij uitwisselbaar met andere qua milieucategorie gelijksoortige bedrijven. Bestaande bedrijven en voorzieningen die niet vallen in deze milieucategorie, zoals Tuincentrum Rokkeveen (voorheen Hutuin) en de sportvoorzieningen (zwembad en sportvelden) en Dekker Sport hebben een maatbestemming gekregen. Tuincentrum Rokkeveen heeft een milieuvergunning voor de opslag van verpakt consumentenvuurwerk tot 19.000 kg. Hiermee valt het bedrijf in milieucategorie 3.1. Voor de opslag en verkoop van consumentenvuurwerk heeft het bedrijf een maatbestemming gekregen.De jongeren ontmoetingsplaats in het Florapark, het zwembad aan de Prismalaan en het voetbalvelden aan de Scheglaan 11, alsmede het complex Dekker Sport (Scheglaan 12) vallen ook in en/of zijn te vergelijken met categorie 3.1. Voor de laatstgenoemde voorzieningen geldt dat voldaan wordt aan de richtafstand van 50 meter ten opzichte van een rustige woonwijk.

Voor de gemengde gebieden in het plangebied is de milieuzonering specifiek toegesneden op het gebied.

Gebieden met functiemenging
In de woonwijk Rokkeveen is een aantal gebieden dat gekenmerkt worden door functiemenging. In deze gebieden zijn woningen gecombineerd met ander functies als winkels en woonzorgvoorzieningen. Dit geldt voor het winkelcentrum Rokkeveen. In het overdekte winkelcentrum Rokkeveen bevinden zich verschillende functies (winkels, commerciële en maatschappelijke voorzieningen en kantoren) met op de bovenste verdiepingen woningen. Verder is ook sprake van functiemenging in de deelgebieden B en C van het Katwijkerlaantracé. Hier worden (zorg)voorzieningen met woningen gecombineerd. Verder geldt dit voor een aantal percelen die in dit bestemmingsplan de bestemming 'Gemengd - 1' of 'Gemengd - 2' hebben gekregen. Op deze percelen kunnen ook woningen gecombineerd worden met andere functies. Voor deze gebieden geldt dat er sprake is van functiemenging.

Aangezien op gebouwniveau functies zijn gemengd, kan voor deze gebieden geen gebruik gemaakt worden van lijst 1 van de VNG-brochure. Voor dit winkelcentrum is daarom aangesloten bij lijst 4 (functiemenging) van de VNG-brochure. Op grond van de bestemmingen 'Centrum', 'Gemengd - 1', 'Gemengd - 2' en 'Gemengd - 4' mogen hier bij recht alleen functies gevestigd worden die behoren tot categorie A van de in bijlage 4 van de VNG-brochure (welke als bijlage bij de regels is gevoegd). Uitzondering hierop is dat binnen de bestemming Centrum ook supermarkten (categorie B) zijn toegestaan. Er zijn reeds supermarkten gevestigd. Bovendien is de aanwezigheid van supermarkten in de winkelcentra Rokkeveen en De Vlieger van groot belang, omdat deze centra bedoeld zijn voor het doen van de dagelijkse boodschappen.

Bedrijventerrein tussen Oostweg en Blauw-roodlaan en Oostweg en Rokkeveenseweg Zuid
Het bedrijventerrein kan verdeeld worden in twee deelgebieden. Het gebied ten zuiden van de Zuidweg tussen de Oostweg en de Blauw-roodlaan en het gebied ten noorden van de Zuidweg tussen de Oostweg en de Rokkeveensweg Zuid.

In het gedeelte van het bedrijventerrein ten zuiden van de Zuidweg wordt gekenmerkt door bedrijvigheid met woonwerkeenheden gelegen aan de Blauw-roodlaan en het Koraalrood. Ook zijn er woningen gevestigd boven een bedrijf dat ligt aan de Blauw-roodlaan ter hoogte van de Regenboogsingel.

Het gedeelte van het bedrijventerrein ten noorden van de Zuidweg wordt op dit moment gedomineerd door de kantoren van het Bouwhuis en projectontwikkelaar Era en de horecavestigingen Bastionhotel en MacDonalds. Tussen de horecavestigingen en het Bouwhuis ligt het bedrijf Toshiba. De overige percelen (tussen het Bouwhuis en Toshiba) liggen op dit moment braak. Ten westen van de horecavestigingen MacDonalds en Bastionhotel ligt het perceel van de Lactohoeve. Ook dit perceel ligt braak.

Voor het bedrijventerrein is aangegeven welke milieucategorieën bedrijven zich hier kunnen vestigen zonder onaanvaardbare hinder voor de omgeving te veroorzaken. Hierbij zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd:

  • nieuwe bedrijfswoningen zijn niet toegestaan. Alleen de momenteel aanwezige bedrijfswoningen worden positief bestemd. De moderne bedrijfsvoering en beveiliging vereisen in het algemeen niet meer dat er continu (toezichthoudend) personeel aanwezig is. Bovendien leidt de aanwezigheid van bedrijfswoningen tot onnodige beperkingen omtrent de toelaatbaarheid van bedrijven op het bedrijventerrein: de bouw van een bedrijfswoning betekent dat er in de naaste omgeving alleen lichte bedrijven kunnen worden toegestaan;
  • bedrijvigheid is toegestaan tot de hoogst mogelijke milieuhygiënisch verantwoorde milieucategorie. Hierbij zijn de woningen ten westen van Blauw-roodlaan aangemerkt als behorend tot een rustige woonwijk. Voor de woonwerkeenheden geldt dat het op bedrijfsperceel aangrenzend aan de percelen met de woonwerkeenheden en bedrijfswoning een bedrijf tot maximaal categorie 2 gevestigd mag worden. Dit is conform het uitgangspunt dat bedrijvigheid in categorie 1 en 2 zich goed verdraagt nabij bedrijfswoningen en woonwerkeenheden;
  • bij toetsing is het zeer moeilijk om een bedrijf op één perceel onder meerdere categorieën te laten vallen, daarom krijgt elk perceel 1 categorie;
  • in het geldende bestemmingsplan is geen mileuzonering opgenomen en zijn derhalve alle bedrijven toegestaan. In het kader van een goed woon- en leefklimaat is in dit bestemmingsplan wel een milieuzonering opgenomen en zijn derhalve niet meer alle bedrijven toegestaan. Omdat het een bestaand bedrijventerrein is, wordt het aanvaardbaar geacht om nabij bedrijfswoningen niet alleen categorie 1, maar ook categorie 2 bedrijven toe te staan. Dit is conform het uitgangspunt dat bestaande bedrijvigheid in categorie 1 en 2 zich goed verdraagt nabij bedrijfswoningen. Op percelen die niet grenzen aan percelen met de bedrijfswoningen is een hogere milieucategorie mogelijk.

Op basis van deze uitgangspunten is op het bedrijventerrein de hoogst mogelijke milieucategorie 3.1 in de zone ten zuiden van de Zuidweg tussen de Oostweg en de Blauw-roodlaan en tot maximaal milieucategorie 3.2 in de zone ten noorden van de Zuidweg tussen de Oostweg en de Rokkeveensweg Zuid.

Lintbebouwing Berkelseweg
De bedrijven CRM Nederland b.v. en Tuincentrum De Driesprong liggen in een lintbebouwing langs de Berkelsweg. CRM Nederland B.V. handelt in vrachtauto's en andere vervoersmiddelen die behoren tot zwaar verkeer. Op het bedrijfsterrein vinden ook reparaties plaats en worden voertuigen gedemonteerd. Volgens de VNG-brochure valt een bedrijf dat handelt in vrachtauto's inclusief import en reparaties (SBI-code 1993: 501 ) in milieucategorie 3.2 . Demontage van vrachtwagens en opleggers is meer te typeren als carrosseriefabriek (SBI-1993: 3420.1). Een carrosseriefabriek behoort tot milieucategorie 4.1.

Voor bedrijven in milieucategorie 3.2 geldt een richtafstand van 100 meter ten opzichte van een rustige woonwijk en 50 meter tot gemengd gebied. Voor bedrijven in milieucategorie 4.1 geldt een richtafstand van 200 meter tot een rustige woonwijk en 100 meter tot gemengd gebied. Woningen die liggen in het lint als woningen die behoren tot een rustige woonwijk (gelegen aan de noordzijde van de Sierraadlaan en aan het Zirkoon) liggen binnen de hiervoor genoemde richtafstanden die gelden voor bedrijven in milieucategorieën 3.2 en 4.1. Er kan dus niet worden voldaan aan de richtafstanden.

Tuincentrum De Driesprong (SBI-code 1993: 5246/9) valt in milieucategorie 1. Hiervoor geldt een richtafstand van 10 meter tot een rustige woonwijk en 0 meter tot een gemengd gebied. Tuincentrum De Driesprong heeft een milieuvergunning (verleend door Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland) voor het opslaan van consumentenvuurwerk op twee locaties te weten het perceel 4e Stationsstraat 462 en het perceel Berkelseweg 11. Op het perceel aan de 4e Stationsstraat 462, waar ook het tuincentrum zelf is gevestigd, mag het tuincentrum tot 10.000 kg vuurwerk opslaan (milieucategorie 2). Op de locatie Berkelseweg 11 mag het tuincentrum op grond van zijn milieuvergunning 25.000 kg consumentenvuurwerk opslaan. worden opgeslagen (milieucategorie 3.1). Voor de opslaglocatie aan de Berkelseweg 11 geldt dat in de huidige situatie niet voldaan worden aan de richtafstanden uit de VNG-brochure. Er liggen woningen van derden op minder dan 50 meter afstand van de vuurwerkopslagplaats.

Voor beide bedrijven geldt dus dat niet voldaan kan worden aan de richtafstanden die gelden voor woningen in gemengd gebied. Aangezien het bestaande situaties betreffen, hebben beide (onderdelen van) bedrijven een maatbestemming gekregen. Voor Tuincentrum De Driesprong betekent dit concreet dat de vuurwerkopslagen zijn aangeduid op de plankaart conform de milieuvergunning die het bedrijf hiervoor heeft. Op het bedrijfsperceel van CRM Nederland b.v. is een aanduiding opgenomen dat behalve bedrijven tot en met maximaal categorie 2 ook een bedrijf is toegestaan dat handelt in vrachtwagens, opleggers en vrachtwagenonderdelen inclusief de reparatie en demontage van vrachtwagens en opleggers.

Afwijken van de gebruiksregels
De milieuzonering zoals deze hierboven is beschreven, betekent niet dat de uitoefening van activiteiten uit een hogere categorie in alle gevallen onaanvaardbaar is. De Lijst van bedrijfsactiviteiten geeft namelijk een vrij grove indeling van de hinderlijkheid van bedrijven. De situatie bij een specifiek bedrijf kan daarvan afwijken. Met name komt het voor dat een bedrijf als gevolg van de geringe omvang van hinderlijke (deel)activiteiten of door een milieuvriendelijke werkwijze, minder hinder veroorzaakt dan in de Lijst van bedrijfsactiviteiten is verondersteld. In dat geval kan bij omgevingsvergunning worden afgeweken van de algemene toelaatbare milieucategorie. Op die manier kan een dergelijk bedrijf voor de desbetreffende activiteit worden toegelaten. Dit geldt alleen voor bedrijven die maximaal twee afstandsstappen afwijken van de richtafstanden van de op grond van de milieuzonering toegelaten categorie. Dit houdt in dat indien bedrijven uit maximaal categorie 3.2 zijn toegestaan, kan worden afgeweken van de gebruiksregels voor bedrijven uit maximaal categorie 4.2.

Voor gebieden met functiemenging geldt dat bij recht functies die behoren tot categorie A zijn toegestaan. In het geval van functies die vallen onder categorie B, dan wel niet genoemd zijn mag hiervan afgeweken worden, mits aangetoond is dat de milieuhinder niet groter is dan bij functies die vallen onder categorie A.

Bestaande bedrijvigheid
Bedrijven en voorzieningen die ten tijde van het vaststellen van dit plan aanwezig zijn, maar niet passen binnen de algemene toelaatbare milieucategorie, krijgen een maatbestemming. Op basis hiervan kunnen bedrijven de activiteiten voortzetten die vallen onder deze maatbestemming. Omschakeling van het bedrijf naar een andere activiteit dan in de bestemming is vermeld, kan alleen plaatsvinden wanneer deze activiteit past binnen de algemeen toelaatbare categorieën van bedrijfsactiviteiten. Bij bedrijfsbeëindiging of -verplaatsing kan zich dan alleen nog een gelijksoortig bedrijf vestigen, of een bedrijf dat past binnen de algemene toelaatbare milieucategorie.

Horeca
De in het plangebied aanwezige horeca is positief bestemd. Voor het winkelcentrum Rokkeveen geldt dat hier maximaal horecacategorie 1 is toegestaan. Voor de horecabedrijven die de bestemming 'Horeca' hebben gekregen, geldt als maximale horecacategorie 2. Alleen bij Dekker Sport is ook een partycentrum toegestaan dat valt onder horecacategorie 3. Het betreft een bestaand partycentrum.
Een partycentrum valt volgens de VNG-brochure Bedrijven en milieuzonering in milieucategorie 2. Hiervoor geldt dus een richtafstand van 30 meter ten opzichte van een rustige woonwijk. De dichtstbijzijnde woningen liggen op meer dan 100 meter afstand van het party- en bowlingcentrum. Gelet op het bovenstaande, kan gesteld worden dat er geen onevenredige gevolgen zijn voor het woon- en leefklimaat. Voor de horeca is een aparte Staat van horeca-inrichtingen bij de regels gevoegd.