direct naar inhoud van Artikel 18 Wonen-1
Plan: Buytenwegh 2007
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0637.BP00009-0004

Artikel 18 Wonen-1

18.1 Bestemmingsomschrijving
18.1.1 Doeleinden

De voor Wonen-1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. woningen, al dan niet gestapeld en/of een aan huis verbonden beroep of bedrijf;
  • b. aanbouwen, uitbouwen en bijgebouwen;
  • c. ter plaatse van de aanduiding parkeergarage zijn de gronden op maaiveldniveau, dan wel deels onder maaiveldniveau, bestemd voor een gebouwde parkeervoorziening in 1 parkeerlaag met daarin ook bergingen ten behoeve van de aangrenzende woningen;
  • d. ter plaatse van de aanduiding (sw - 1) zijn garageboxen en bergingen ten behoeve van de woningen toegestaan;

met de daarbij behorende:

18.1.2 Dubbelbestemmingen

Voor zover de in lid 18.1.1 genoemde gronden op de plankaart ook zijn aangewezen voor Waterstaat - Waterkering is het bepaalde in Artikel 22 primair van toepassing.

18.2 Bouwregels
18.2.1 Gebouwen
  • a. Een woning en een parkeergarage mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd.
  • b. De goothoogte en bouwhoogte van een woning mogen niet meer bedragen dan in het maatvoeringsvlak is aangegeven, tenzij het bepaalde onder e tot een geringere hoogte leidt.
  • c. Waar in een bouwvlak een maximale bouwhoogte voorgevel en een maximale bouwhoogte achtergevel is aangegeven, geldt de maximale bouwhoogte voorgevel voor het gedeelte van de woning vanaf de voorgevel tot 5 m achter voorgevel, tenzij het bepaalde onder e tot een geringere bouwhoogte leidt.
  • d. De bouwhoogte van een parkeergarage mag niet meer bedragen dan 4 m, gemeten ten opzichte van het aansluitend afgewerkte terrein.
  • e. De hoogte van een gebouw(deel) mag niet hoger zijn dan de afstand tot de voorgevel respectievelijk achtergevel van een bestaande tegenoverliggende woning, gedeeld door de factor 1,7 en vermeerderd met 1 (meter), gemeten vanaf de bovenkant vloer van de eerste woonlaag van de tegenoverliggende woning.
  • f. Ter plaatse van de aanduiding specifieke vorm van wonen mag de hoogte van de garageboxen en bergingen niet meer bedragen dan 3 m.
18.2.2 Aanbouwen, uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen
  • a. Een aanbouw, uitbouw, bijgebouw en overkapping mogen uitsluitend worden gebouwd achter (het verlengde van) de voorgevel van de woning.
  • b. Het bebouwingspercentage van aanbouwen, uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mag niet meer dan 50% van het erf bedragen, wanneer de oppervlakte van het perceel niet groter is dan 500 m2, met een maximum van 60 m2.
  • c. Het bebouwingspercentage van aanbouwen, uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mag niet meer dan 40% van het erf bedragen, wanneer de oppervlakte van het perceel groter is dan 500 m2, met een maximum van 120 m2.
  • d. Van een aanbouw of uitbouw mag de maximale hoogte niet meer bedragen dan 0,25 m boven de eerste verdiepingsvloer van de woning. Bij een woning in één bouwlaag mag de hoogte niet meer bedragen dan de hoogte van de woning.
  • e. Van een bijgebouw mag de goothoogte niet meer dan 3 m bedragen en de maximale hoogte niet meer dan 5 m.
  • f. Van een overkapping mag de bouwhoogte niet meer bedragen dan 3 m.
  • g. De situering, maximale oppervlakte, goothoogte en maximale hoogte van een bestaande aanbouw, uitbouw, bijgebouw en overkapping (waaronder begrepen herbouw of verbouw van deze gebouwen), voor zover deze anders zijn dan is bepaald in dit artikellid, mag niet meer bedragen dan de situering en maten van deze gebouwen zoals deze bestonden op het tijdstip van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan.
18.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
  • a. De hoogte van een erfafscheiding mag, voor zover geplaatst achter (het verlengde van) de voorgevel, niet meer bedragen dan 2 m.
  • b. De hoogte van een erfafscheiding mag, voor zover geplaatst vóór of in (het verlengde van) de voorgevel, niet meer bedragen dan 1 m.
  • c. De hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 3 m.
  • d. Ter plaatse van de aanduiding onderdoorgang geldt een minimale vrije doorvaarhoogte van 1,25 m, gemeten vanaf het gemiddeld waterpeil ter plaatse.
18.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. het behoud van parkeervoorzieningen;
  • d. de aansluiting aan structurele groenelementen en waterelementen;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.
18.4 Ontheffing van bouwregels
18.4.1 Aanbouwen of uitbouwen met een kap

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 18.2.2 voor het bouwen van een aanbouw of uitbouw met een kap tot een maximale hoogte van 5 m, achter (het verlengde van) de voorgevel, waarbij de dakhelling gelijk is aan de dakhelling van de woning.

18.4.2 Bouwen voor de voorgevel(rooilijn)

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 18.2.2 voor het bouwen van een aan- en uitbouw, bijgebouw of overkapping p het voorerf uitsluitend in dié situaties dat, op grond van de oorspronkelijke bouwvergunning voor de op het bouwperceelgesitueerde woning, op het voorerf reeds een vrijstaand bijgebouw is gerealiseerd;
Ontheffing kan slechts worden verleend voor het bebouwen van dàt gedeelte van het voorerf dat is gelegen tussen de loodrecht op de voorgevel van de woning lopende denkbeeldige lijnen naar de geveluiteinden van de naar de woning gekeerde gevel van het bestaand bijgebouw en mits:

  • a. de uitbreiding zich uitstrekt over niet meer dan 50% van de voorgevelbreedte van de hoofdmassa van de woning waaraan wordt gebouwd;
  • b. de oppervlakte van de uitbreiding niet meer bedraagt dan 15 m²;
  • c. de hoogte, in geval van een aan- en uitbouw niet meer bedraagt dan bepaald in 18.2.2 en de hoogte, in geval van een bijgebouw of overkapping, niet meer bedraagt dan de hoogte van het bijgebouw waaraan wordt gebouwd.
18.4.3 Erfafscheidingen vóór de voorgevelrooilijn

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 18.2.3 voor het bouwen vóór of in (het verlengde van) de voorgevel van een erfafscheiding met een maximale hoogte van 1,5 m, voor zover de enige buitenruimte bij de woning zich bevindt vóór (het verlengde van) de voorgevel.

18.4.4 Algemene randvoorwaarden ontheffing

De in de leden 18.4.1 t/m 18.4.3 genoemde ontheffingen kunnen slechts worden verleend mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • a. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. het aantal parkeervoorzieningen, en
  • d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.
18.5 Specifieke gebruiksregels
18.5.1 Algemeen

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van een bijgebouw en inpandige of aangebouwde garage voor bewoning;
  • b. het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor de opslag van caravans, boten en overige zaken anders dan ten behoeve van de bestemming;
  • c. het gebruik van gronden als stort en/of opslagplaats van grond en/of afval, anders dan als stort- of opslagplaats voor normaal gebruik;
  • d. het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor detailhandel;
  • e. het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor horeca;
  • f. het gebruik van gronden en/of bouwwerken voor de opslag van (consumenten)vuurwerk.
18.5.2 Aan huis verbonden beroep of bedrijf

Gebruik van gedeelten van de woning en een aanbouw, uitbouw en bijgebouw voor een aan huis verbonden beroep of bedrijf wordt als gebruik overeenkomstig de bestemming aangemerkt, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

  • a. indien voor de uitoefening van het beroep of bedrijf tevens gebruik wordt gemaakt van een aanbouw, uitbouw of bijgebouw dient/dienen deze te zijn gelegen achter (het verlengde van) de voorgevel;
  • b. de bedrijfsvloeroppervlakte mag niet meer bedragen dan 50 m2;
  • c. er dient te worden voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein of in het openbaar gebied;
  • d. het beroep of de activiteit dient door de bewoner te worden uitgeoefend. Er is maximaal 1 fte extra in dienstverband toegestaan.
18.6 Ontheffing van de gebruiksregels
18.6.1 Betrekken van de garage bij de woning

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen voor het gebruik van een garage voor bewoning mits:

18.6.2 Ruimere mogelijkheden aan huis verbonden beroep of bedrijf

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in 18.5.2 voor een bedrijfsvloeroppervlakte van maximaal 35% van de oppervlakte van de woning en een aan- en uitbouw, of bijgebouw voor de uitoefening van een aan huis verbonden beroep of bedrijf, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

  • a. de beroeps- of bedrijfsuitoefening vindt plaats in of bij een woning.
  • b. indien voor de uitoefening van het beroep of bedrijf tevens gebruik wordt gemaakt van een aan- en uitbouw of bijgebouw dient/dienen deze te zijn gelegen achter (het verlengde van) de voorgevel;
  • c. de verkeersaantrekkende werking van het aan huis verbonden beroep of bedrijf moet in overeenstemming zijn met de functie en vormgeving van de wegen in de nabije omgeving;
  • d. voor het gebruiken van een bijgebouw dat is ingericht voor de stalling van één of meerdere auto's, ten behoeve van een aan huis verbonden beroep of bedrijf geldt dat tenminste één parkeerplaats op eigen terrein voor de woonfunctie behouden moet blijven;
  • e. er dient te worden voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein of in het openbaar gebied;
  • f. het beroep of de activiteit dient door de bewoner te worden uitgeoefend. Er is maximaal 1 fte extra in dienstverband toegestaan.