direct naar inhoud van 4.3 Businesspark Oosterheem
Plan: Oosterhage - Businesspark Oosterheem
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0637.BP00002-0004

4.3 Businesspark Oosterheem

4.3.1 Stedenbouwkundige opzet en beeldkwaliteit

Het Businesspark Oosterheem (ook wel de T-strook genoemd) bestaat uit twee haaks op elkaar staande dreven in Oosterheem. De Willem Dreeslaan staat dan voor de poot van de T, de Hugo de Grootlaan en de Aletta Jacobslaan staan voor de linker en rechter zij-arm. De Lightrail komt langs de Hugo de Grootlaan Oosterheem binnen, heeft dan een station op de ontmoeting van de drie bovengenoemde wegen en verlaat dit deel van Oosterheem via de Aletta Jacobslaan met een grote bocht naar het zuiden naar het centrumstation. De T-strook is dus een belangrijk gegeven in de structuur van Oosterheem. Dit geldt in functionele zin niet alleen het verkeer, maar evenzeer het gebruik en de bestemming van de gronden. In het vigerende bestemmingsplan is bepaald dat, mede ter afscherming van woningen van wegverkeerslawaai, gronden langs deze toegangswegen een bedrijfsfunctie krijgen. Omdat de ontwikkeling van deze bedrijfsfuncties lange tijd achterbleef bij de woningbouw is in 2006 besloten de randvoorwaarden voor ontwikkeling aan te passen. In 2007 zijn de Herziene beeldkwaliteitregels Willem Dreeslaan vastgesteld (zie Bijlage 1 van de plantoelichting).

Een belangrijke wijziging betreft het toelaten van maaiveld-parkeren en het (mede daardoor) mogelijk maken dat bedrijven een wat uitgebreider programma op de begane grond kunnen realiseren. Wellicht mede hierdoor is nu langs de Willem Dreeslaan een voortvarende locatieontwikkeling waar te nemen. De gronden langs de Hugo de Grootlaan en de Aletta Jacobslaan liggen deels nog braak (ingezaaid met gras) of zijn in gebruik ten behoeve van tijdelijke voorzieningen als winkels, apotheek en een kinderdagverblijf. Zodra deze functies naar definitieve onderkomens (onder meer in het Centrum van Oosterheem) verhuizen, zullen ook deze gronden voor definitieve bedrijfsvestiging in aanmerking komen. Voor deze zone zijn ook beeldkwaliteitregels opgesteld die grotendeels gelijk zijn aan de beeldkwaliteitregels die gelden voor de Willem Dreeslaan (zie Bijlage 2 van de plantoelichting).

4.3.2 Kantorenmetrage

In het bestemmingsplan "Oosterheem 2000" is voor het Businesspark Oosterheem een maximum aan (kleinschalige) kantorenmetrage gesteld (namelijk 5.000 m2). Deze grens is inmiddels bereikt. In het geldende bestemmingsplan wordt alle metrage aan kantooroppervlak meegerekend. In regionaal en provinciaal economisch beleid wordt echter een onderscheid gemaakt in zelfstandige kantoorlocaties en kantoormetrages in bedrijfsverzamelgebouwen. De laatste categorie wordt niet meegerekend in de kantorenprogrammering (Stadsgewest Haaglanden). Overigens worden (locaties voor) kleinschalige zelfstandige kantoren, zoals in Oosterheem, evenmin meegenomen in de regionale kantoorprogrammering, omdat dit wordt beschouwd als vervulling van de behoefte voor lokale bedrijvigheid c.q. wijk(gerelateerde) economie.

In het Businesspark Oosterheem betreft het veelal kleinschalige kantoormetrages in bedrijfsverzamelgebouwen. Daarnaast is de vraag in 2008 naar bedrijfsverzamelgebouwen met kantoormeters groter dan voorzien in 2004. De recente ontwikkelingen binnen enerzijds de structuur van de Zoetermeerse economie en aan de andere kant de trends in de huisvesting van bedrijven en organisaties, maakt dat de vraag naar kleinschaliger, flexibel indeelbare, werkruimtes steeds groter wordt. Zoetermeer wordt meer en meer een “MKB”-stad met een breed palet aan kleinere en middelgrote bedrijven in zowel productie en assemblage van hoogwaardige producten, handel en distributie van (consumenten)producten en vooral business to business-diensten.

Het stereotype beeld van een grote bedrijfshal met een verkoopkantoor is sterk aan het veranderen. Ook is met de groei van de stad en de groei van lokale/regionale diensten de behoefte aan kleine en middelgrote bedrijfsgebouwen (met flexibele indeling ) toegenomen. Ook de provincie Zuid-Holland stelt dat vanwege de verdienstelijking van de economie de aloude scheidslijn verwatert en eerder richting “werkgebieden” gaat (waarbij overigens ook functies als (werkgerichte) opleiding en zorg kunnen worden verstaan).

Bovendien staan locaties die zowel goed vanaf de hoofdinfrastructuur (weg en OV) te bereiken zijn en anderzijds dichtbij de klant c.q. werknemer liggen (en in of nabij een omgeving met meerder functies) in toenemende mate hoger op de wensenlijst van bedrijven die bedrijfsruimte zoeken.

De toenemende vraag naar kleinschalige kantoren in bedrijfsverzamelgebouwen en de praktische uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan (door de afdeling Vergunning, Toezicht en Handhaving) zijn aanleiding voor het college van burgemeester en wethouders geweest om bij besluit van 15 juli 2008 in te stemmen met een verruiming van de maximum bruto vloeroppervlakte van zelfstandige kantoren voor de bedrijvenzones in het Businesspark en dit via een bestemmingsplanherziening mogelijk te maken.

Dit bestemmingsplan voorziet derhalve in een uitbreiding van de kantorenmetrage in bedrijfsverzamelgebouwen en kleinschalige zelfstandige kantoren. In het huidige bestemmingsplan Oosterheem mag de oppervlakte per zelfstandig kantoor maximaal 750 m2 bedragen. In dit plan wordt dit uitgebreid naar 1.000 m2 per kantoorvestiging, hetgeen overeenkomt met het bepaalde in de Verordening Ruimte "Visie op Zuid-Holland van de provincie Zuid-Holland (zie ook paragraaf 2.2.2 van deze plantoelichting). Er is geen plafond vastgesteld voor het maximaal toegestane totale oppervlakte aan kleinschalige kantoorruimte in het Businesspark Oosterheem.

4.3.3 Overige functies

Het Businesspark Oosterheem leent zich goed om ook andere dan alleen licht bedrijfsmatige en kleinschalige kantoorfuncties toe te staan. In het verleden is medewerking verleend aan de vestiging van ook andere functies. Aan de wens voor voldoende vestigingsmogelijkheden voor dergelijke functies kan in deze strook tegemoet worden gekomen. Het gaat dan voornamelijk om vestigingsmogelijkheden voor kleinschalige horeca (in de vorm van bijvoorbeeld een broodjeszaak), kinderopvang, een fitnesscentrum en gezondheidskundige praktijken.

Deze functies passen goed in een woonwijk en kunnen elkaar versterken.