direct naar inhoud van Artikel 3 Bedrijf
Plan: Bloemen- en bomenkwartier
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0632.bloemenenbomen-bVA1

Artikel 3 Bedrijf

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Bedrijf" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijfsactiviteiten tot en met categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten zoals opgenomen in Bijlage 1 Staat van bedrijfsactiviteiten;
  • b. bedrijfsgebonden kantoren, ondergeschikt aan de bedrijfsfunctie, waarbij per bedrijfsperceel het aantal m2 bedrijfsvloeroppervlakte voor kantoren niet meer mag bedragen dan 30% van de totale bedrijfsvloeroppervlakte, tot een maximum van 1.000 m2;
  • c. ter plaatse van de aanduiding "bedrijfswoning" voor een bedrijfswoning;
  • d. ter plaatse van de aanduiding "nutsvoorziening" uitsluitend voor nutsvoorzieningen;
  • e. ter plaatse van de aanduiding "hovenier" uitsluitend voor een hoveniersbedrijf met bijbehorende opslag;
  • f. ter plaatse van de aanduiding "detailhandel perifeer" tevens voor perifere detailhandel;
  • g. bij deze doeleinden behorende voorzieningen zoals erven, groen, water, nutsvoorzieningen en parkeren;

met inachtneming van het volgende:

  • h. Bevi-inrichtingen zijn niet toegestaan;
  • i. vuurwerkbedrijven zijn niet toegestaan;
  • j. Wgh-inrichtingen zijn niet toegestaan.

3.2 Bouwregels

Op de in lid 3.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande, dat:

  • a. gebouwen uitsluitend binnen de aangegeven bouwvlakken mogen worden gebouwd;
  • b. de goothoogte en bouwhoogte van gebouwen niet meer mag bedragen dan de bestaande hoogte;
  • c. de bestaande goot- en nokhoogte van bedrijfswoningen als maximale maatvoering geldt en de bestaande situering van de woning niet mag worden gewijzigd; bij een vrijstaande bedrijfswoning bijgebouwen en aan- en uitbouwen mogen worden gebouwd waarbij het bepaalde in het artikel 17Algemene bouwregels van toepassing is;
  • d. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer mag bedragen dan:
    • 1. voor erf- en terreinafscheidingen op het voorerf 1 m en op het zij- en achtererf 2 m;
    • 2. 6 m voor palen en vlaggenmasten;
    • 3. voor het overige 1 m op het voorerf en 3 m op het zij- en achtererf.

3.3 Specifieke gebruiksregels

Het is verboden de gronden als bedoeld in lid 3.1 te gebruiken of te laten gebruiken voor een seksinrichting of detailhandel, met uitzondering van productiegebonden detailhandel.

3.4 Afwijken van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in lid 3.1:

  • a. om bedrijven toe te laten uit ten hoogste twee categorieën hoger dan de in lid 3.1 genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) geacht kan worden te behoren tot de volgens Iid 3.1 toegelaten categorieën van Bijlage 1 Staat van Bedrijfsactiviteiten.
  • b. om bedrijven toe te laten die niet in de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden te behoren tot de volgens lid 3.1 toegelaten categorieën van Bijlage 1 Staat van Bedrijfsactiviteiten;
  • c. Bevi-inrichtingen zijn niet toegestaan;
  • d. vuurwerkbedrijven zijn niet toegestaan;
  • e. Wgh-inrichting zijn niet toegestaan.