direct naar inhoud van 4.2 Uitwerking per deelgebied
Plan: Noord
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0626.2012Noord-BP40

4.2 Uitwerking per deelgebied

In onderstaande paragrafen is aangegeven hoe de bestaande situatie van het plangebied is vertaald in dit bestemmingsplan.

4.2.1 Lint Leidseweg

De Leidscheweg is een historische verbindingsweg met een smal profiel. Dit profiel wordt bepaald door de aanliggende bebouwing. Van deze bebouwing is om de hoofdgebouwen een strak bouwvlak getrokken. Om de karakteristieke hoofdvorm verder te beschermen, is per gebouw de goot- en nokhoogte bepaald en opgenomen. Waar nodig is deze per halve meter bepaald. Met name aan de noordzijde van de Leidseweg is hiermee de diversiteit van de bebouwing, die specifiek is voor een dergelijk bebouwingslint, planologisch geborgd.

De woonbebouwing aan de Leidseweg heeft de bestemming Wonen gekregen. Aan de straatzijde, tot drie meter achter de voorgevel, hebben de woonpercelen de bestemming Tuin. Deze bestemming loopt door tot 3 m achter de voorgevelrooilijn. Omdat binnen deze bestemming niet gebouwd mag worden, wordt hiermee het individuele karakter van de individuele bouwblokken geborgd. Hierachter, binnen de woonbestemming, geldt de reguliere bijgebouwenregeling van de gemeente Voorschoten. Deze bestrijkt in principe de rest van het woonperceel. Uitzondering hierop wordt gemaakt bij percelen die grenzen aan water. Om te voorkomen dat tot het water wordt gebouwd en hiermee de ruimtelijke kwaliteit teniet wordt gedaan, heeft vanuit de grens met de bestemming Water een zone van 5 m de bestemming Tuin gekregen.

In het noordelijk stuk van de Leidseweg liggen drie monumentale boerderijen op percelen die behoren tot de oorspronkelijke verkavelingsstructuur. Deze percelen zijn omringd door water. Om het karakter van deze oorspronkelijke verkaveling te behouden, is ervoor gekozen deze percelen een relatief klein bestemmingsvlak Wonen te geven, en hier een brede zone met de bestemming Tuin toe te passen.

Ter bescherming van de aanwezige landschappelijke waarden op het landgoed Ter Wadding is dit landgoed grotendeels als Natuur bestemd. Hierbinnen is uiteraard natuur toegestaan, maar ook bijbehorende voorzieningen als paden en watergangen. Ook extensief recreatief gebruik van deze gronden behoort tot de mogelijkheden. Hiermee blijft het huidige karakter in stand.

Het landgoed Ter Wadding is het landhuis in gebruik als kliniek en kantoor. In het vigerende bestemmingsplan geldt ook een woonfunctie. In dit bestemmingsplan heeft het landgoed en de aangrenzende gronden, een maatschappelijke bestemming. Hierbinnen is het gebruik als kantoor en als woonhuis mogelijk gemaakt. Het landgoed heeft daarbinnen een strak bouwvlak. De voorzijde van het landgoed heeft de bestemming Tuin, zodat deze vrij blijft van bouwwerken.

Aan de Leidseweg liggen nog een aantal andere niet-woonfuncties. Deze zijn specifiek bestemd, maar ook hier is een strak bouwvlak opgenomen. Op deze manier wordt het aanwezige ruimtelijk karakter niet aangetast.

4.2.2 Noord-Hofland

De wijk Noord-Hofland wordt gestructureerd door de Admiraal de Ruytersingel, de Trompweg en de Piet Heynlaan. Deze wegen hebben de bestemming Verkeer. Deze structuur maakt ook onderdeel uit van de hoofdgroenstructuur. Om echter flexibiliteit te bieden om eventuele verkeerskundige ingrepen mogelijk te maken, zijn de aanwezige groenelementen niet specifiek bestemd, maar mogelijk gemaakt in de bestemming Verkeer.

De overige structurele groene elementen (zowel op wijk- als op buurtniveau) zijn wel specifiek bestemd. Hiermee worden de groene kwaliteiten in de wijk planologisch beschermd. Ook de aanwezige waterstructuur is planologisch beschermd. Waar woonpercelen grenzen aan deze waterstructuur, is er ook hier voor gekozen een zone van 5 m te bestemmen tot Tuin, zodat het niet mogelijk is om bebouwing tot de waterkant op te richten.

De diverse buurten van Noord-Hofland kennen diverse verkavelingsvormen. Er is afwisseling in de opzet van de bouwblokken en de kapvormen. De bestaande bebouwingsstructuur is planologisch geborgd, doordat ook hier de hoofdgebouwen zijn opgenomen in het bouwvlak. Per bouwblok is gekeken naar de specifieke goot- en nokhoogte. Ook specifieke architectonische elementen, zoals doorlopende dakvlakken en uitbouwen, zijn planologisch geborgd.