direct naar inhoud van 4.1 Hoofdopzet van het plan
Plan: Noord
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0626.2012Noord-BP40

4.1 Hoofdopzet van het plan

De hoofdopzet van het bestemmingsplan en van de actualiseringsslag van de Voorschotense bestemmingsplannen in het algemeen is om te komen tot een actuele bestemmingslegging voor het plangebied. Dit hoofdstuk gaat in op de daarbij gehanteerde uitgangspunten, geldende randvoorwaarden en gemaakte keuzes.

Met de invoering van de Wro is de verplichting ontstaan dat gemeenten uiterlijk 1 juli 2013 beschikken over actuele bestemmingsplannen, wat inhoudt dat deze niet ouder mogen zijn dan 10 jaar. Daarbij is ook de landelijke systematiek SVBP in het leven geroepen. Deze systematiek schrijft de digitale raadpleegbaarheid van plannen voor met bijbehorende zaken als bestemmingsnamen, kleurgebruik en aanverwante zaken. Op deze wijze worden bestemmingsplannen eenvoudig raadpleegbaar gemaakt en onderling makkelijker te vergelijken.

Het actualiseringstraject dat de gemeente heeft ingezet is in eerste instantie bedoeld om aan bovengenoemde wettelijke verplichting te voldoen. Gezien de omvang van deze opgave heeft de gemeente er voor gekozen om de nieuw op te stellen bestemmingsplannen in beginsel van consoliderende aard te laten zijn. Dit houdt in dat de plannen in beginsel geen nieuwe, ruimtelijke ontwikkelingen toestaan, omdat deze kunnen leiden tot aanvullend onderzoek en meer weerstand, en zodoende de voortgang van de actualisatie kunnen belemmeren.

Er moet echter gerealiseerd worden dat het onmogelijk en op onderdelen bovendien onwenselijk is, om de bestaande vigerende regeling volledig identiek over te nemen. Hieraan liggen de volgende overwegingen ten grondslag.

  • SVBP en digitalisering

Zoals aangegeven worden vanuit SVBP onder andere zaken als bestemmingsnamen, kleurgebruik en lijngebruik voorgeschreven. Op basis hiervan worden vergelijkbare functies en situaties op een eenduidige manier ingetekend op de verbeelding. Dit kan afwijken van vigerende plannen en de bijbehorende kaarten, waar bestemmingen vrij te bepalen en te benoemen waren. Als voorbeeld: een vigerende bestemming als 'Eengezinshuizen in halfopen bebouwing' wordt nu bestemd als 'Wonen'. Door middel van bouwvlakken kan en wordt verder geregeld waar en in welke vorm de hoofdgebouwen opgericht kunnen worden.

  • Uniformeren

De gemeente kiest er bewust voor om vergelijkbare situaties gemeentebreed op een vergelijkbare manier te bestemmen. Het gaat daarbij niet om bijvoorbeeld de naamgeving, zoals door SVBP wordt voorgeschreven, maar om feitelijke, ruimtelijke mogelijkheden die in de bestemmingsregels worden geboden: een rijwoning in de wijk 'Boschgeest' krijgt op deze wijze dezelfde mogelijkheden als een vergelijkbare woning in de wijk 'Noord-Hofland'.

Wanneer de vigerende plannen gemeentebreed worden beschouwd, zitten hier regelmatig verschillen tussen. Deze zijn ontstaan door de diverse perioden waarin de vigerende plannen zijn opgesteld, en de gangbare ideeën en opvatting ten aanzien van ruimtelijke ordening in de betreffende periode.

  • Feitelijke situatie

De feitelijke situatie kan op specifieke locaties afwijken van de vigerende regeling. Het kan daarbij gaan om onrechtmatige bebouwing of onrechtmatig gebruik, maar evenzeer om functies die in de loop der tijd via ruimtelijke procedures gegroeid of veranderd zijn. Het actualiseren van een bestemmingsplan biedt de mogelijkheid om dergelijke nieuwe situaties op een actuele wijze vast te leggen in het bestemmingsplan.

Het consoliderende karakter van het bestemmingsplan heeft dus rekening te houden met bovenstaande voorwaarden en uitgangspunten. Als gevolg daarvan kunnen er op perceelsniveau veranderingen of verschuivingen plaatsvinden. Voor zover er al dergelijke aanpassingen plaatsvinden, geldt als voornaamste uitgangspunt dat deze moeten passen binnen de karakteristiek van het gebied. De ruimtelijke en functionele keuzes die daarbij gemaakt zijn, worden hierna per deelgebied toegelicht.