Kerkplein Oostvoorne

4.4 Bodem

Normstelling en beleid

Op grond van het Bro dient in verband met de uitvoerbaarheid van een plan rekening te worden gehouden met de bodemgesteldheid in het plangebied. Bij functiewijzigingen dient te worden bekeken of de bodemkwaliteit voldoende is voor de beoogde functie en moet worden vastgesteld of er sprake is van een saneringsnoodzaak. In de Wet bodembescherming is bepaald dat indien de desbetreffende bodemkwaliteit niet voldoet aan de norm voor de beoogde functie, de grond zodanig dient te worden gesaneerd dat zij kan worden gebruikt door de desbetreffende functie (functiegericht saneren). Voor een nieuw geval van bodemverontreiniging geldt, in tegenstelling tot oude gevallen (voor 1987), dat niet functiegericht maar in beginsel volledig moet worden gesaneerd. Nieuwe bestemmingen dienen bij voorkeur te worden gerealiseerd op bodem die geschikt is voor het beoogde gebruik.

Onderzoek

In oktober 2010 is een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd, waarna in november 2010 en januari 2011 aanvullend bodemonderzoek is uitgevoerd (zie bijlage 2). Hieruit bleek dat er op de locatie sprake is van twee op zichzelf staande verontreinigingen. Op twee specifieke locaties (grondboringen Pb1 en B3/Pb101) bevindt zich in zowel grond als grondwater sterke verontreiniging met minerale olie. Daarnaast kent het plangebied als geheel een puinhoudende bovengrond, welke heterogeen en diffuus matig tot sterk is verontreinigd met koper, lood en zink. Voor beide verontreinigingen geldt dat er sprake is van een geval van ernstige bodemverontreiniging.

Als gevolg van deze bevindingen is de bodem ter plaatse gesaneerd. Hiertoe is een melding uniforme sanering conform het Besluit uniforme sanering (BUS-melding) bij Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland ingediend. Op 12 januari 2012 hebben Gedeputeerde Staten aangegeven dat de melding in overeenstemming is met de geldende regelgeving op het gebied van bodemsanering, zie hiervoor bijlage 3. Doordat de provincie heeft ingestemd met het evaluatierapport, is de uitgevoerde bodemsanering akkoord bevonden.

Conclusie

De sanering is goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland. Het aspect bodem vormt daarom geen belemmering voor de vaststelling van dit bestemmingsplan.