direct naar inhoud van Artikel 3 Gebruiksregels
vastgesteld
NL.IMRO.0612.BV00007-3001

Artikel 3 Gebruiksregels

3.1 Bestaand gebruik

De in het verordeningsgebied gelegen gronden en bestaande bouwwerken mogen worden gebruikt overeenkomstig het bestaande gebruik, een en ander zoals aangegeven in de bijlagen 1, 2, 3 en 4.

3.2 Aanvulling ten aanzien van gebruik

3.2.1 Bedrijven
  • a. In aanvulling op het bepaalde in lid 3.1. mag een bestaand bedrijf worden gewijzigd in een ander bedrijf, mits dit nieuwe bedrijf voorkomt in ten hoogste milieucategorie 3.1. van de bij de beheersverordening behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten;
  • b. bedrijfsactiviteiten als bedoeld in artikel 41 lid 3 van de Wet geluidhinder juncto artikel 2.1 lid 3 Besluit omgevingsrecht zijn niet toegestaan;
  • c. een verkooppunt voor motorbrandstoffen is uitsluitend toegestaan ter plaatse van het huidige bedrijf langs de Groene Kruisweg.

3.2.2 Openbare ruimte
  • a. In aanvulling op het bepaalde in lid 3.1 is het toegestaan om de openbare ruimte te gebruiken voor wegen, fiets- en wandelpaden, groen, parkeervoorzieningen, taluds en natuurvriendelijke oevers, nutsvoorzieningen, speelvoorzieningen, water(berging) ten behoeve van de waterhuishouding, kruisingen met water en kunstwerken, met dien verstande dat ter plaatse van het in de bijlagen aangegeven structurele groen geen parkeerplaatsen mogen worden aangelegd;
  • b. In afwijking van het bepaalde onder a mag de openbare ruimte niet zodanig worden gewijzigd dat er sprake is van een reconstructie van wegen zoals bedoeld in de Wet geluidhinder.

3.2.3 Aan-huis-verbonden beroep - of bedrijf

In aanvulling op het bepaalde in lid 3.1 is het toegestaan om een aan-huis-verbonden beroep of -bedrijf in samenhang met wonen uit te oefenen, waarbij de volgende voorwaarden gelden:

  • a. het vloeroppervlak ten behoeve van de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of -bedrijf is niet groter dan 30% van het vloeroppervlak van de woning, tot een maximum van 25 m², inclusief aangebouwde bijbehorende bouwwerken;
  • b. het betreft, in geval van bedrijfsactiviteiten, bedrijfsactiviteiten in maximaal categorie 1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten en bedrijfsactiviteiten waarvoor geen omgevingsvergunning voor het oprichten, veranderen of in werking hebben van een inrichting is vereist;
  • c. degene die de activiteiten uitoefent is tevens bewoner van de woning;
  • d. er is geen sprake van verkeersaantrekkende activiteiten die kunnen leiden tot een nadelige beïnvloeding van de normale afwikkeling van het verkeer dan wel tot een onevenredige parkeerdruk op de openbare ruimte.

3.2.4 Kamerverhuur

Het in gebruik nemen of delen van een woning als een kamerverhuurbedrijf is niet toegestaan

3.2.5 Afwijken van de gebruiksregels
  • a. Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
    • 1. 3.2.3 onder b voor de uitoefening van een bedrijf of activiteit, die niet voorkomt in de tot de beheersverordening behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten, maar die naar aard en invloed op de omgeving overeenkomt met de toegelaten milieucategorie mits vooraf een milieudeskundige hierover is gehoord;
    • 2. 3.2.3 onder b voor het de uitoefening van een bedrijf of activiteit, dat in de tot de beheersverordening behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten is vermeld in categorie 2 of hoger dan is toegestaan op het betreffende perceel, in geval door of namens de aanvrager of andere betrokkenen aannemelijk wordt gemaakt, dat het bedrijf of de activiteit naar aard en invloed op de omgeving vergelijkbaar is met de toegestane milieucategorieën, mits vooraf een milieudeskundige hierover is gehoord.
  • b. Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2.4 en een kamerverhuurbedrijf toestaan, mits:
    • 1. de belangen van direct omwonenden niet onevenredig worden geschaad;
    • 2. er voldoende parkeergelegenheid is.
  • c. het bevoegd gezag kan voorwaarden stellen aan het gebruik van de woning als kamerverhuurbedrijf.