direct naar inhoud van 6.9 Luchtkwaliteit
Plan: Rotonde Stationsweg - Rembrandtlaan
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0610.pb03rotonde-3001

6.9 Luchtkwaliteit

Normstelling en beleid

Het toetsingskader voor luchtkwaliteit wordt gevormd door titel 5.2 van de Wet milieubeheer, ook wel Wet luchtkwaliteit (Wlk) genoemd. De Wlk bevat grenswaarden voor zwaveldioxide, stikstofdioxide en stikstofoxiden, fijn stof, lood, koolmonoxide en benzeen. Hierbij zijn in de ruimtelijke ordeningspraktijk langs wegen vooral de grenswaarden voor stikstofdioxide (jaargemiddelde) en fijn stof (jaar- en daggemiddelde) van belang. De grenswaarden van de laatstgenoemde stoffen zijn in tabel 6.1 weergegeven. De grenswaarden gelden voor de buitenlucht, met uitzondering van een werkplek in de zin van de Arbeidsomstandighedenwet.

Tabel 6.1 Grenswaarden maatgevende stoffen Wlk

stof   toetsing van   grenswaarde   geldig  
stikstofdioxide (NO2)   jaargemiddelde concentratie   60 ìg / m³   2010 tot en met 2014  
  jaargemiddelde concentratie   40 ìg / m³   vanaf 2015  
fijn stof (PM10)1)   jaargemiddelde concentratie   48 ìg / m³   tot en met 10 juni 2011  
  jaargemiddelde concentratie   40 ìg / m³   vanaf 11 juni 2011  
  24-uurgemiddelde concentratie   max. 35 keer p.j. meer dan 75 ìg / m³   tot en met 10 juni 2011  
  24-uurgemiddelde concentratie   max. 35 keer p.j. meer dan 50 ìg / m³   vanaf 11 juni 2011  

1) Bij de beoordeling hiervan blijven de aanwezige concentraties van zeezout buiten beschouwing (volgens de bij de Wlk behorende Regeling beoordeling Luchtkwaliteit 2007).

Op grond van artikel 5.16 van de Wlk kunnen bestuursorganen bevoegdheden die gevolgen kunnen hebben voor de luchtkwaliteit (zoals de vaststelling van een projectbesluit) uitoefenen indien:

  • de bevoegdheden/ontwikkelingen niet leiden tot een overschrijding van de grenswaarden (lid 1 onder a);
  • de concentratie in de buitenlucht van de desbetreffende stof als gevolg van de uitoefening van die bevoegdheden per saldo verbetert of ten minste gelijk blijft (lid 1 onder b1);
  • bij een beperkte toename van de concentratie van de desbetreffende stof, door een met de uitoefening van de betreffende bevoegdheid samenhangende maatregel of een door die uitoefening optredend effect, de luchtkwaliteit per saldo verbetert (lid 1 onder b2);
  • de bevoegdheden/ontwikkelingen niet in betekenende mate bijdragen aan de concentratie in de buitenlucht (lid 1 onder c);
  • het voorgenomen besluit is genoemd of past binnen het omschreven Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) of een vergelijkbaar programma dat gericht is op het bereiken van de grenswaarden (lid 1 onder d).

In het kader van een goede ruimtelijke ordening wordt bij het opstellen van ruimtelijke plannen, uit oogpunt van de bescherming van de gezondheid van de mens, tevens rekening gehouden met de luchtkwaliteit.

Onderzoek en conclusie

Het voorliggende projectbesluit maakt de realisatie van een rotonde mogelijk. Deze ontwikkeling zal niet leiden tot een verkeerstoename op de aansluitende wegen, of tot andere ingrijpende wijzigingen in de verkeersstromen op de omliggende wegvakken. Het project heeft dan ook geen negatieve gevolgen voor de luchtkwaliteit. Kwantitatief onderzoek waarbij het voornemen wordt getoetst aan de grenswaarden is om deze reden niet noodzakelijk. Uit de gegevens die beschikbaar zijn via de saneringstool (www.saneringstool.nl) blijkt dat op de Rembrandtlaan en de Stationsweg ter hoogte van de beoogde rotonde wordt voldaan aan de grenswaarden voor stikstofdioxide en fijn stof. Omdat de doorstroming van het verkeer verbetert door de realisatie van de rotonde heeft het project mogelijk zelfs een (beperkt) positief effect op de concentraties luchtverontreinigende stoffen ter plaatse.

Geconcludeerd wordt dat de Wlk de uitvoering van het project niet in de weg staat. Het project voldoet uit het oogpunt van luchtkwaliteit aan de eisen van een goede ruimtelijke ordening.