direct naar inhoud van 4.3 Bestemmingsregels
Plan: Molendijk-Industrieweg
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0610.bp07MolenIndustrie-3002

4.3 Bestemmingsregels

Ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening zijn aan de in het plan begrepen gronden bestemmingen toegewezen. De bestemming is het centrale onderdeel van een

bestemmingsplan. Niet iedere functie leent zich voor een bestemming. Of dit zo is, hangt af van de ruimtelijke relevantie ofwel van de mate waarin de betrokken functie invloed heeft op zijn omgeving of daaraan eisen stelt. Behalve om functies gaat het bij bestemmingen altijd om concreet ruimtegebruik of om fysiek aanwezige ruimtelijke objecten. Aan de bestemmingen zijn regels verbonden met betrekking tot het gebruik van de grond en de zich daarop of daaronder bevindende bouwwerken. Begrenzing van de bebouwingsmogelijkheden vindt in dit bestemmingsplan plaats door het hanteren van bouwvlakken met bijbehorende bebouwingspercentages. Verticale begrenzing van de bouwmogelijkheden geschiedt door de aangeven maximale bouwhoogten.

4.3.1 Bedrijf

Bedrijf - 1

Milieuzonering

Een groot deel van het plangebied bestaat uit het bedrijventerrein. Om hinder als gevolg van de aanwezige of toekomstige bedrijven te voorkomen is gebruik gemaakt van een milieuzonering. Deze milieuzonering gaat uit van het aanhouden van richtafstanden tussen bedrijfsactiviteiten en milieugevoelige functies. Deze richtafstanden vertalen zich door het toekennen van milieucategorieën aan het plangebied (aan de hand van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'gezoneerd industrieterrein'). Vanwege de status als gezoneerd industrieterrein heeft de milieuzonering geen betrekking op het aspect geluid, maar alleen op de aspecten geurhinder, stofhinder en gevaar. Het aspect geluidhinder is op dit industrieterrein geregeld via een zonebeheerplan (zie ook paragraaf 3.4). Bedrijven die niet passen in deze algemene toelaatbaar geachte zonering zijn door middel van een aanduiding specifiek mogelijk gemaakt.

Afwijken van Staat van Bedrijfsactiviteiten

De toelaatbaarheid zoals hiervoor beschreven, betekent niet dat de uitoefening van activiteiten uit een hogere milieucategorie in alle gevallen onaanvaardbaar is. De Staat van Bedrijfsactiviteiten geeft namelijk een vrij grove indeling van de hinderlijkheid van bedrijfsactiviteiten. De situatie bij een specifiek bedrijf kan daarvan afwijken. Het bevoegd gezag kan daarom gebruikmaken van een afwijkingsbevoegdheid om bedrijfsactiviteiten uit een hogere milieucategorie dan de algemene toelaatbaarheid, toe te laten. Ingeval van afwijking middels omgevingsvergunning moet op grond van specifiek milieuonderzoek worden aangetoond dat deze bedrijfsactiviteiten geen onaanvaardbare milieuhinder veroorzaken ter plaatse van woningen.

Geluidruimteverdeling

Binnen de gehele bestemming 'Bedrijf - 1' zijn geluidhinderlijke activiteiten toegestaan. In de regels van het bestemmingsplan is voor elk bedrijf een akoestische gebiedseenheid bepaald. Deze gebiedseenheid komt overeen met de inrichtingsgrenzen van het bedrijf. Per gebiedseenheid is op basis van het akoestisch rapport de maximale geluidemissie voor de dag-, avond en nachtperiode bepaald in dB(A)/m2. In het bestemmingsplan zijn deze maximale geluidemissies opgenomen op de verbeelding. Deze zijn in aparte aanduidingen weergegeven. In de regels is bepaald dat de geluidemissie per gebiedseenheid niet meer mag bedragen dan op de verbeelding is weergegeven.

Daarnaast is in de bijlage bij de regels opgenomen dat de geluidimmissie per gebiedseenheid

op de bijbehorende (zone)toetspunten niet meer mag bedragen dan in de tabel uit Bijlage 2 van de regels.

Bijzondere positie nemen twee percelen in waarvan de akoestische gebiedseenheid zowel in het bestemmingsplan Het Plaatje is gelegen als in het bestemmingsplan Molendijk-Industrieweg. In de planregels is een verwijzing naar het bestemmingsplan Het Plaatje opgenomen.

Bouwregels

Voor bedrijfsgebouwen op het deel Industrieweg geldt een algemene bouwhoogte voor gebouwen van ten hoogste 15 m. Alleen direct grenzend aan de achterzijde van de woningen aan de Merwestraat is de bouwhoogte beperkt tot respectievelijk 3 en 8 m. Via afwijking van de bouwregels is na afweging van belangen een hogere bouwhoogte mogelijk. Het bebouwingspercentage bedraagt 70%.

Voor de bedrijfspercelen langs de Molendijk geldt dat vanaf de dijk en langs de (bedrijfs)woningen aan deze dijk en de woningen aan de Kroonstraat een zone van 20 m is aangehouden vanaf de perceelsgrens waar de bouwhoogte ten hoogste 10 m bedraagt. Dit om de bezonningssituatie van woningen niet in gevaar te brengen en ter bescherming van het karakter van het dijklint. Voor het overige deel van het perceel geldt net als bij de Industrieweg een bouwhoogte van ten hoogste 15 m. Het bebouwingspercentage bedraagt 70%.

Bedrijf - 2

Deze bestemming ligt buiten het gezoneerd industrieterrein. De bedrijfsmatige activiteiten worden hier niet geregeld met een Staat van Bedrijfsactiviteiten. Het is niet de bedoeling dat het bedrijfsmatig gebruik wordt geïntensiveerd. De huidige activiteiten zijn beschreven en vastgelegd in de bestemmingsomschrijving.

4.3.2 Cultuur en ontspanning

Deze bestemming is toegekend aan de gronden voor het baggermuseum. Binnen deze bestemming zijn culturele, educatieve en maatschappelijke voorzieningen toegestaan, inclusief aan de hoofdfunctie ondergeschikte en bijbehorende horeca. Omdat de locatie is gelegen in de geluidzone van het bedrijventerrein is de realisatie van nieuwe geluidgevoelige objecten niet toegestaan. De bouwregels geven aan wat er gebouwd mag worden. Ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke bouwaanduiding - 1' is een langzaamverkeerverbinding mogelijk richting Het Plaatje.

4.3.3 Groen

De als zodanig aangewezen gronden zijn bestemd voor structurele groenvoorzieningen, inclusief water, waterberging voet- en fietspaden, nuts- en speelvoorzieningen. Ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke bouwaanduiding - 1' is een langzaamverkeerverbinding mogelijk richting Het Plaatje.

4.3.4 Horeca

Deze bestemming is toegekend aan de horecagelegenheid naast de jachthaven. Er is sprake van lichte horeca.

4.3.5 Maatschappelijk

Deze bestemming is toegekend aan het gemeentehuis. De bestemming staat, naast het gemeentekantoor, ook de functies van openbare dienstverlening en verenigingsleven toe, evenals sociale en welzijnsvoorzieningen. Het gemeentehuis maakt niet langer deel uit van het gezoneerde industrieterrein. Omdat het gemeentehuis wel is gelegen in de geluidzone van het industrieterrein, is de vestiging van nieuwe geluidgevoelige objecten ter plaatse niet toegestaan.

4.3.6 Recreatie - Jachthaven

Deze bestemming is toegekend aan het water waar de ligplaatsen voor de pleziervaartuigen zijn gelegen.

4.3.7 Verkeer

De hiervoor aangewezen gronden zijn bestemd voor de wegen en pleinen binnen het plangebied, fiets- en voetpaden, nuts-, parkeer- en groenvoorzieningen en andere verkeersvoorzieningen.

4.3.8 Water

De Beneden Merwede en binnenhaven zijn bestemd als water. Binnen deze bestemming zijn naast water en verkeer te water ook bedrijfsactiviteiten toegestaan, zolang deze ook binnen de bestemming Bedrijf - 1 zijn toegestaan. Verder zijn bestaande doks en steigers aangeduid. Overigens zijn in het algemeen steigers toegestaan binnen de aanduiding 'bedrijf'.

4.3.9 Wonen

Voor de bestaande woningen aan de Molendijk, Kroonstraat en L. van der Wielstraat, is een actuele bestemmingsregeling opgenomen. Het aantal woningen per bestemmingsvlak bedraagt ten hoogste het bestaande aantal woningen. Voor de erfbebouwingsregeling is aansluiting gezocht bij de in de gemeente gangbare regeling.

Ter plaatse van Molendijk 36 is de aanduiding 'detailhandel' opgenomen. Hier is detailhandel op de begane grond toegestaan.

4.3.10 Waterstaat - Waterkering

Deze dubbelbestemming is toegekend aan de gronden binnen de binnenbeschermingszone van de waterkering. Op deze gronden mogen ten behoeve van de dubbelbestemming Waterstaat - Waterkering bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd. Ten behoeve van de samenvallende bestemmingen mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden opgericht. Hiervoor is naast een omgevingsvergunning voor bouwen ook een watervergunning van het Waterschap vereist. Bouwwerken ten behoeve van andere samenvallende bestemmingen mogen uitsluitend middels een afwijking bij omgevingsvergunning worden gebouwd. De belangen van de waterkering mogen niet onevenredig worden geschaad. Binnen de binnen- en buitenbeschermingszone van de waterkering is tevens de Keur van het waterschap van toepassing.

Op grond van het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) zijn de beschermingszones van de waterkering (vrijwaringszone dijk 1 en 2) en de vrijwaringszone voor de vaarweg in het bestemmingsplan vastgelegd. Deze liggen vast in de algemene aanduidingsregels (artikel 17).