direct naar inhoud van Artikel 3 Gebruiks- en bouwregels
Plan: Bomenbuurt, Rembrandtkwartier en Havenkwartier
Status: onherroepelijk
Plantype: beheersverordening
IMRO-idn: NL.IMRO.0603.bvbomenbuurteo-OH01

Artikel 3 Gebruiks- en bouwregels

3.1 Bestaand gebruik en bestaande bouwwerken

Voor de binnen het besluitvlak 'Beheersverordeningsgebied' gelegen gronden geldt dat:

  • a. de gronden en de daarop gelegen bouwwerken overeenkomstig het bestaande gebruik mogen worden gebruikt, zoals weergeven op de als bijlage 3 bij de regels gevoegde functiekaart;
  • b. op deze gronden gelegen bestaande bouwwerken mogen worden vervangen door bouwwerken van dezelfde afmetingen en op dezelfde locatie.
3.2 Aanvullingen ten aanzien van het gebruik

Ten aanzien de in lid 3.1 bedoelde gronden geldt dat ter plaatse van de in onderstaande tabel genoemde besluitsubvlakken, in aanvulling op de in lid 3.1 onder a bedoelde gebruiksregels, het in de tabel aangegeven gebruik tevens is toegestaan:

Besluitsubvlak   Gebruiksegels in aanvulling op bestaand gebruik  
Gemengd   Op de begane grond van het hoofdgebouw is het volgende gebruik tevens toegestaan:
- dienstverlening;
- detailhandel;
- bedrijfsactiviteiten uit categorie 1 van de bij deze regels als bijlage 1 gevoegde Staat van Bedrijfsactiviteiten;
- kantoor.  
Gemengd - 2   Op de begane grond van het hoofdgebouw is het volgende gebruik tevens toegestaan:
- dienstverlening;
- detailhandel;
- bedrijfsactiviteiten uit categorie 1 van de bij deze regels als bijlage 1 gevoegde Staat van Bedrijfsactiviteiten;
- kantoor;
- horeca-activiteiten uit categorie 1 van de bij deze regels als bijlage 2 gevoegde Staat van Horeca-activiteiten.  

3.3 Aanvullingen ten aanzien van het bouwen

Ten aanzien de in lid 3.1 bedoelde gronden geldt dat ter plaatse van de in onderstaande tabel genoemde besluitsubvlakken, in aanvulling op de in lid 3.1 onder b bedoelde bouwregels, de in de tabel aangegeven bouwregels tevens van toepassing zijn:

Besluitsubvlak   Bouwregels in aanvulling op de bestaande bebouwing  
Afwijkende maatvoering 1   - de bestaande bebouwing mag aan de voorgevel worden uitgebreid waarbij een afstand van ten minste 5 m tot de gronden met de functie 'Verkeer' , zoals opgenomen op de als bijlage 3 bij deze regels gevoegde functiekaart, in acht moet worden genomen;
- de bestaande bebouwing mag aan de voorgevel worden uitgebreid met erkers met een diepte van 1,25 m.  
Afwijkende maatvoering 2   - bij ieder hoofdgebouw op het achtererfgebied is een bijgebouw toegestaan ten behoeve van een magazijn of werkplaats tot een diepte van niet meer dan 5 m tot grens van het besluitsubvlak.  
Afwijkende maatvoering 3   - de goothoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 15 m.  
Afwijkende maatvoering 4   - de goothoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 8 m;
- de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 12 m;
- de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 9 m, met uitzondering van erfafscheidingen waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 2,2 m;
- het maximaal te bebouwen oppervlak van het besluitsubvlak mag niet meer bedragen dan 60%.  
Afwijkende maatvoering 5   - op de gronden zijn vrijstaande of aaneengesloten woningen toegestaan, waarvan de diepte niet meer mag bedragen dan 16 m;
- woningen moeten in de voorgevelrooilijn worden gebouwd;
- de goothoogte van de woningen mag niet meer bedragen dan 6 m;
- de bouwhoogte van de woningen mag niet meer bedragen dan 10 m.  

3.4 Aanvullingen met betrekking tot het openbaar toegankelijk gebied

Ten aanzien de in lid 3.1 bedoelde gronden geldt dat ter plaatse van de in onderstaande tabel genoemde functies, zoals weergegeven op de als bijlage 3 bij de regels gevoegde functiekaart, in aanvulling op de in lid 3.1 bedoelde gebruiks- en bouwregels, de in de tabel aangegeven gebruiks- en bouwregels tevens van toepassing zijn:

Functie   Gebruiksregels in aanvulling op bestaand gebruik   Bouwregels in aanvulling op bestaande bebouwing  
Groen   - groenvoorzieningen;
- bermen;
- oevers;
- water en waterhuishoudkundige
voorzieningen;
- paden en bruggen voor langzaam verkeer;
- bij de functie behorende voorzieningen met uitzondering van parkeervoorzieningen.  
Op de gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen of overkappingen zijnde, worden gebouwd, waarbij:
a. De bouwhoogte niet meer mag bedragen dan:
- 7 m voor kunstobjecten en lichtmasten;
- 3 m voor speel- en ontmoetingsvoorzieningen;
- 4 m voor vlonders, steigers en bruggen;
- 2 m voor overige bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen, zijnde;
b. Er mogen geen geluidwerende voorzieningen, reclame-/infozuilen/-borden en/of vlaggenmasten worden gebouwd/opgericht.
 
Verkeer   - gebiedsontsluitings-
wegen;
- erftoegangswegen en verblijfsgebieden;
- bij de functie behorende voorzieningen waaronder bruggen, viaducten en tunnels ten behoeve van kruisende infrastructuur, met uitzondering van verkooppunten voor motorbrandstoffen.  
Op de gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:
a. gebouwen en overkappingen tot een oppervlakte van 10 m2 per bouwwerk;
b. de bouwhoogte van gebouwen en overkappingen mag niet meer bedragen dan 3 m;
c. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen en overkappingen zijnde, mag niet meer bedragen dan:
- 7 m voor kunstobjecten, licht- en vlaggenmasten;
- 4 m voor reclame- en informatiezuilen;
- 3 m voor speel- en ontmoetingsvoorzieningen;
- 2 m voor overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde.  
Water   - water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
- bij deze functie behorende voorzieningen, waaronder oevers, bruggen en aanlegsteigers.  
Op de gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd waarbij de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 3 m.  
Wonen     Voor erfbebouwing gelden de volgende regels:
a. erfbebouwing mag alleen op het achtererf worden gebouwd;
b. de gezamenlijke oppervlakte van erfbebouwing per bouwperceel mag niet meer bedragen dan:
- 40 m2 tot een maximum van 50% van het achtererf, bij aaneengebouwde woningen;
- 60 m2 tot een maximum van 50% van het achtererf bij twee-aaneengebouwde woningen en vrijstaande woningen;
c. de diepte van aan- en uitbouwen en overkappingen gemeten vanaf de oorspronkelijke achtergevel mag niet meer bedragen dan 3 m;
d. de bouwhoogte van aan- en uitbouwen, vrijstaande bijgebouwen en overkappingen mag niet meer bedragen dan:
- van een aan-/uitbouw en overkapping: de bouwhoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw tot maximaal 4 m;
- van een vrijstaand bijgebouw maximaal 3 m.

Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan:
- 7 m voor kunstobjecten en lichtmasten;
- 3 m voor speel- en ontmoetingsvoorzieningen;
- 1 m voor erf- en terreinafscheidingen gelegen tussen 1 m achter de voorgevel (of het verlengde daarvan) en de openbare weg aan de voorzijde;
- 2 m voor erf- en terreinafscheidingen op de overige delen van het erf;
- 2 m voor overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde.