direct naar inhoud van Artikel 6 Wonen - Woonwagenstandplaats
Plan: Molenhof
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0603.bpmolenhof-OH01

Artikel 6 Wonen - Woonwagenstandplaats

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen - Woonwagenstandplaats' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. standplaatsen voor woonwagens;

met daaraan ondergeschikt:

  • b. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • c. parkeervoorzieningen;
  • d. geluidwerende voorzieningen;

met de daarbijbehorende:

  • e. tuinen en erven;
  • f. gebouwen;
  • g. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
6.2 Bouwregels

Ten aanzien van de in lid 6.1 bedoelde gronden gelden de volgende regels:

  • a. de woonwagens dienen binnen het bouwvlak te worden geplaatst, waarbij per bouwvlak één woonwagen is toegestaan;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' mag de goot- en bouwhoogte van de woonwagens niet meer bedragen dan is aangeduid;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'geluidscherm' zijn woonwagens slechts toegestaan, voor zo ver aangrenzend aan de achterste bouwperceelgrens over de gehele breedte van de achterste bouwperceelgrens een geluidwerende voorziening met een hoogte van minimaal 2 meter gerealiseerd is;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - dove gevel' is een woonwagen slechts toegestaan, voor zover deze woonwagen aan de zijde van de achterste bouwperceelgrens is uitgerust met een dove gevel;
  • e. de richting van de nok dient gelijk te zijn aan de richting van de lange zijde van het bouwvlak;
  • f. aan- en uitbouwen, (vrijstaande) bijgebouwen en overkappingen mogen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen';
  • g. de afstand van aan- en uitbouwen, (vrijstaande) bijgebouwen en overkappingen tot de zijdelingse bouwperceelgrens mag niet minder bedragen dan 1 meter;
  • h. de bouwhoogte van aan- en uitbouwen, (vrijstaande) bijgebouwen en overkappingen mag niet meer bedragen dan 3 meter;
  • i. per bouwperceel mag de oppervlakte van woonwagens, aan- en uitbouwen, (vrijstaande) bijgebouwen en overkappingen niet meer bedragen dan 50% van het bouwperceel;
  • j. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen of overkappingen zijnde, mag niet meer bedragen dan:
    • 1. 7 meter voor kunstobjecten, licht- en vlaggenmasten;
    • 2. 6 meter voor geluidwerende voorzieningen;
    • 3. 2 meter voor erfafscheidingen ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen';
    • 4. 1 meter voor erfafscheidingen op de overige gronden;
    • 5. 2 meter voor overige bouwwerken, geen gebouwen of overkappingen zijnde.
  • k. dakkapellen zijn slechts toegestaan met inachtneming van de volgende regels:
    • 1. de breedte van de dakkapel mag niet meer bedragen dan 40% van het dakvlak;
    • 2. de afstand tot de zijden van het dakvlak mag niet minder bedragen dan 0,5 meter;
  • l. ondergronds bouwen is niet toegestaan.
6.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. een goede woonsituatie;
  • c. de verkeersveiligheid;
  • d. de sociale veiligheid;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.
6.4 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan in afwijking van het bepaalde in lid 6.2 sub i een omgevingsvergunning verlenen voor een woonwagen, aan- of uitbouwen, (vrijstaande) bijgebouwen of overkappingen waarbij de bebouwde oppervlakte meer bedraagt dan 50% van het bouwperceel, mits:

  • a. de bebouwde oppervlakte niet meer bedraagt dan 60% van het bouwperceel;
  • b. er geen onevenredige gevolgen zijn ten aanzien van:
    • 1. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
    • 2. een goede woonsituatie;
    • 3. de verkeersveiligheid;
    • 4. de sociale veiligheid;
    • 5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
6.5 Specifieke gebruiksregels

Het is verboden hoofdgebouwen, aan- en uitbouwen, (vrijstaande) bijgebouwen en overkappingen te gebruiken als kantoor- en praktijkruimte voor aan huis gebonden beroepen of voor bedrijfsactiviteiten of voor horeca, met dien verstande dat onder dit verbod niet valt het medegebruik van hoofdgebouwen, aan- en uitbouwen, vrijstaande bijgebouwen en overkappingen als kantoor- en praktijkruimte voor aan huis gebonden beroepen, mits:

  • a. de woonfunctie als primaire functie gehandhaafd blijft;
  • b. het vloeroppervlak van de kantoor- en praktijkruimte niet groter is dan 40% van het gezamenlijk vloeroppervlak van de hoofdgebouwen, aan- en uitbouwen, vrijstaande bijgebouwen en overkappingen met een maximum van 40 m²;
  • c. de onderneming wordt gedreven door degenen die op het perceel woonachtig zijn;
  • d. ten behoeve van de kantoor- en praktijkruimte kan worden voorzien in voldoende parkeergelegenheid.
6.6 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan in afwijking van het bepaalde in lid 6.5 toestaan dat hoofdgebouwen, aan- en uitbouwen, (vrijstaande) bijgebouwen en overkappingen worden gebruikt voor kleinschalige bedrijfsactiviteiten, met dien verstande dat:

  • a. de woonfunctie als primaire functie gehandhaafd blijft;
  • b. geen afbreuk wordt gedaan aan het woon- en leefmilieu in de omgeving;
  • c. het vloeroppervlak voor de bedrijfsactiviteiten niet groter is dan 40% van het gezamenlijk vloeroppervlak van de hoofdgebouwen, aan- en uitbouwen, (vrijstaande) bijgebouwen en overkappingen met een maximum van 40 m²;
  • d. voorzien kan worden in voldoende parkeergelegenheid;
  • e. de onderneming wordt gedreven door degenen die op het perceel woonachtig zijn;
  • f. geen detailhandel mag plaats vinden, uitgezonderd een beperkte verkoop ondergeschikt aan de uitoefening van de kleinschalige bedrijfsactiviteiten.