Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Zuidhoek 30
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0599.BP2052Zuidhoek30-oh01

Artikel 1 Begrippen

 
In deze regels wordt verstaan onder:
 

1.1 Aan huis gebonden beroep/bedrijf

 
Een beroep of bedrijf dat aan of bij de woning wordt uitgeoefend door de bewoner.
 

1.2 Aanbouw (uitbouw)

 
Een uitbreiding van het hoofdgebouw in één bouwlaag (hieronder wordt tevens een uitbouw begrepen).

 

1.3 Aanduiding

 
Een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
 

1.4 Aanduidingsgrens


De grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
 

1.5 Achtertuin


Tuingedeelte gelegen achter de achtergevel bouwgrens en de denkbeeldige lijn getrokken in het verlengde hiervan tot aan de zijerfgrens.
 

1.6 Archeologisch deskundige


Het Bureau Oudheidkundig Onderzoek Rotterdam of een andere door burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige.

 

1.7 Bebouwing



Een of meer gebouwen en/of andere bouwwerken.

 

1.8 Bebouwingsgrens


Op de plankaart aangegeven lijn welke niet door bebouwing mag worden overschreden (behoudens overschrijdingen die krachtens deze voorschriften zijn of kunnen worden toegestaan.
 

1.9 Bebouwingspercentage


Een percentage dat aangeeft hoeveel van het oppervlak (bovengronds) van een bouwperceel door gebouwen mag worden ingenomen.
 

1.10 Beperkt kwetsbare objecten


a. woningen, kantoorgebouwen, hotels, restaurants, winkels en bedrijfsgebouwen, voor zover deze objecten niet tot de categorie Kwetsbare objecten behoren;
b. sporthallen, zwembaden, speeltuinen;
c. sport- en kampeerterreinen en terreinen bestemd voor recreatieve doeleinden, voor zover zij niet tot de categorie Kwetsbare objecten behoren;
d. andere objecten die met de onder a en b genoemde gelijkgesteld kunnen worden uit hoofde van de gemiddelde tijd per dag gedurende welke personen daar verblijven, het aantal personen dat daarin doorgaans aanwezig is en de mogelijkheden voor zelfredzaamheid bij een ongeval, voor zover die objecten niet tot de categorie Kwetsbare objecten behoren;
e. objecten met een hoge infrastructurele waarde, zoals een telefoon- of elektriciteitscentrale of een gebouw met vluchtleidingsapparatuur, voor zover die objecten wegens de aard van de gevaarlijke stoffen die bij een ongeval kunnen vrijkomen, bescherming verdienen tegen de gevolgen van dat ongeval.
 

1.11 Besluit externe veiligheid inrichtingen



Het Besluit externe veiligheid inrichtingen zoals dat luidt ten tijde van de ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan.

1.12 Bestemmingsgrens


Een als zodanig verklaarde lijn op de plankaart die de grens vormt van een bepaalde bestemming.
 

1.13 Bestemmingsplan


De geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0599.BP2048Zuidhoek30-va01 en eventuele bijlagen.

1.14 Bestemmingsvlak


Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
 

1.15 Bijgebouw


Een bijgebouw dat door constructie en/of afmetingen ondergeschikt is aan een hoofdgebouw gelegen op hetzelfde perceel en waarvan het gebruik ten dienste staat van dit hoofdgebouw.
 

1.16 Bouwaanduidingen


Alle aanduidingen met betrekking tot de wijze van bouwen en de verschijningsvorm van bouwwerken.
 

1.17 Bouwen


Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
 

1.18 Bouwgrens


De grens van een Bouwvlak.
 

1.19 Bouwlaag of laag


Het tussen twee opeenvolgende vloeren of tussen een vloer en plat dak gelegen, voor verblijf geschikt deel van een gebouw, met inbegrip van een kap met een dakkapel die breder is dan 2/3 van de breedte van het pand. Een kap, vliering, zolderverdieping, kelder, bel-etage, souterrain of ondergrondse parkeervoorziening alsmede een dakopbouw binnen het theoretisch profiel van een kap, worden niet als een afzonderlijke bouwlaag begrepen.

 

1.20 Bouwperceel


Een aaneengesloten stuk grond voor zelfstandige bij elkaar behorende bebouwing.
 

1.21 Bouwperceelgrens



De grens van een bouwperceel.
 

1.22 Bouwverordening


Bouwverordening Rotterdam 1993, versie 2010, zoals deze luidt op het tijdstip van ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan.
 

1.23 Bouwvlak


Een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
 

1.24 Bouwwerk


Elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.

1.25 Bruto vloeroppervlak (b.v.o.)


De totale vloeroppervlakte van kantoren, winkels, horeca, bedrijven of maatschappelijke voorzieningen met inbegrip van de daartoe behroende inpandige ruimten, zoals gemeenschappelijke ruimten, magazijnen en dienstruimten.
 

1.26 Buitendijks gelegen gebied


Het gebied gelegen: a. ter hoogte van de Doklaan: ten noorden en noordoosten van de op de plankaart aangegeven buitenkruinlijn; b. ter hoogte van de Plomperstraat/ Waalstraat: ten westen van de op de plankaart aangegeven buitenkruinlijn.
 

1.27 Dakterras


Een bouwkundige voorziening op het platte dak van een woning dat bestaat uit een te betreden vlak, geheel of gedeeltelijk omgeven door een hekwerk zoals voorgeschreven in het Bouwbesluit.
 

1.28 Erf


Terrein ten dienste van de aanliggende bestemmingen, voor parkeren, groenvoorzieningen, waterlopen en bouwwerken van lichte constructie (carports, slagbomen, fietsenstallingen e.d.).
 

1.29 Gebouw


Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
 

1.30 Hoofdgebouw


Gebouw dat door zijn constructie en/of afmeting als dominant is aan te merken ten opzichte van de bijbehorende bijgebouwen gelegen op hetzelfde perceel.
 

1.31 Kantoren


Ruimten, welke blijkens hun indeling en inrichting zijn bestemd om te worden ingericht ten behoeve van administratieve werkzaamheden.
 

1.32 Kap


Een dakopbouw met schuine zijden waarbij de hellingshoek tenminste 20 en ten hoogste 60 graden bedraagt.
 

1.33 Kwetsbare objecten


a. woningen, met uitzondering van:
- verspreid liggende woningen van derden met een dichtheid van maximaal twee woningen per hectare;
- dienst- en bedrijfswoningen van derden;
b. gebouwen bestemd voor het verblijf, al dan niet gedurende een gedeelte van de dag, van
minderjarigen, ouderen, zieken of gehandicapten, zoals:
- ziekenhuizen, bejaardenhuizen en verpleeghuizen;
- scholen;
- gebouwen of gedeelten daarvan, bestemd voor dagopvang van minderjarigen;
c. gebouwen waarin doorgaans grote aantallen personen gedurende een groot gedeelte van de dag aanwezig zijn, zoals:
- kantoorgebouwen en hotels met een b.v.o. van meer dan 1500 m² per object;
- complexen waarin meer dan 5 winkels zijn gevestigd en waarvan het gezamenlijk b.v.o. meer dan 1000 m² bedraagt en winkels met een totaal b.v.o. van meer dan 2000 m² per winkel, voor zover in die complexen of in die winkels een supermarkt, hypermarkt of warenhuis is gevestigd;
d. kampeer- en andere recreatieterreinen bestemd voor het verblijf van meer dan 50 personen gedurende meerdere aaneengesloten dagen.

1.34 Maaiveld


De bovenkant van het aansluitende, afgewerkte terrein dat een bouwwerk omgeeft, met dien verstande dat in geaccidenteerd terrein het gemiddelde van die bovenkanten wordt aangehouden.
 

1.35 Milieudeskundige


De DCMR Milieudienst Rijnmond (DCMR) of een andere door burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige.
 

1.36 NAP


Het Normaal Amsterdams Peil (NAP) is de referentiehoogte waaraan hoogtemetingen in Nederland worden gerelateerd.
 

1.37 Parkeerplaatsen

 
Ongebouwde parkeervoorzieningen.
 

1.38 Parkeervoorzieningen


Parkeergelegenheid ter voorziening in de behoefte aan ruimte voor het parkeren en stallen van motorvoertuigen en (brom)fietsen, alsmede de daarbij behorende in- en uitritten en toegangen.
 

1.39 Plan


Het bestemmingsplan 'Zuidhoek 30' van de gemeente Rotterdam (deelgemeente Charlois).
 

1.40 Peil


- Voor een bouwwerk, waarvan de hoofdtoegang aan de weg grenst: de hoogte van de weg ter plaatse van de kruin van de weg;
- voor een bouwwerk waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst: de hoogte van het terrein ter plaatse van die hoofdtoegang na voltooiing van de aanleg van dat terrein. Indien een bouwwerk aan meer dan één weg wordt gebouwd, is het peil van de hoogstgelegen weg maatgevend.
 

1.41 Souterrain


Verdieping van een gebouw die voor minder dan de helft van de hoogte van deze verdieping onder het peil is gelegen.

 

1.42 Tuin


Terrein ten behoeve van de aanleg van groenvoorzieningen al dan niet ten dienste van de hoofdbestemming van het Bouwperceel, met de daarbij behorende verharding (paden, terrassen) en vijvers en dat in overwegende mate niet voor bebouwing in aanmerking komt.
 

1.43 Uitstekende delen aan gebouwen


Erkers, luifels, balkons, galerijen e.d.
 

1.44 Vrije vloeroppervlakte


Vloeroppervlakte waarboven zich een vrije hoogte bevindt van ten minste 2,1 meter.
 

1.45 Water


Waterlopen (sloten, singels, vijvers e.d.) ten behoeve van de waterberging, alsmede de aan- en afvoer van oppervlaktewater.
 

1.46 Wet geluidhinder


De Wet geluidhinder zoals deze luidt op het tijdstip van ter inzage legging van het ontwerp voor dit bestemmingsplan.
 

1.47 Wet ruimtelijke ordening


De Wet ruimtelijke ordening zoals deze luidt op het tijdstip van ter inzage legging van het ontwerp voor dit bestemmingsplan.
 

1.48 Woningwet


De Woningwet zoals deze luidt op het tijdstip van ter inzage legging van het ontwerp voor dit bestemmingsplan.