direct naar inhoud van 6.6 Flora en fauna
Plan: Elzenlaan, Rozenburg
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0599.BP2042Elzenlaan-oh01

6.6 Flora en fauna

Deze paragraaf betreft een samenvatting van het uitgebreide bureauonderzoek zoals opgenomen in bijlage 3.

Huidige situatie

Het plangebied bestaat uit grasland, opgaande begroeiing, verhard terrein en gebouwen.

Beoogde ontwikkelingen

Er zal een woon/zorgcentrum worden gerealiseerd aan de Elzenlaan te Rozenburg, daarvoor zullen de volgende werkzaamheden worden uitgevoerd:

  • kappen van opgaande begroeiing;
  • slopen van gebouwen;
  • grondwerkzaamheden;
  • bouw woon/zorgcentrum;
  • mogelijk nieuwe tuininrichting.

Resultaten onderzoek

Gebiedsbescherming

Het projectgebied vormt geen onderdeel van een natuur- of groengebied met een beschermde status, zoals een staats- of beschermd natuurmonument of Natura 2000-gebied. Het projectgebied vormt ook geen onderdeel van de PEHS. De ontwikkeling is kleinschalig en zal door de ligging (tussenliggende buffers als wegen en bebouwing) geen negatieve effecten hebben op de nabijgelegen beschermde natuurgebieden. Gebiedsbescherming komt in deze paragraaf daarom verder niet aan de orde.

Soortenbescherming

Het bestemmingsplan is het besluit dat ingrepen mogelijk maakt en een aantasting van beschermde dier- of plantensoorten kan betekenen. Uiterlijk bij het nemen van een besluit dat ruimtelijke veranderingen mogelijk maakt, zal daarom zekerheid moeten zijn verkregen dat overtredingen van de Flora- en faunawet (hierna Ffw) niet optreden. De benodigde werkzaamheden ten behoeve van deze ontwikkeling kunnen leiden tot aantasting van te beschermen natuurwaarden.

  • Er zal geen ontheffing nodig zijn voor de tabel 1-soorten van de Ffw waarvoor een vrijstelling van de verbodsbepalingen van de Ffw geldt;
  • De aantasting en verstoring van vogels dient te worden voorkomen door werkzaamheden buiten het broedseizoen (globaal van 15 maart tot en met 15 juli) te laten starten;
  • Mogelijk zijn zwaar beschermde vleermuizen (tabel 3, bijlage IV HR), dan wel vogels met een vaste nestplaats binnen het plangebied aanwezig. Indien vaste rust-, verblijfs- of voortplantingsplaatsen van deze soorten aanwezig blijken (hetgeen aan de hand van veldonderzoek in het voorjaar, zomer en najaar moet worden vastgesteld) en aangetast worden door toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen, dan dient overtreding van de Ffw voorkomen te worden door het treffen van mitigerende en compenserende maatregelen. Indien de vereiste maatregelen worden genomen zal de Ffw de uitvoering van het bestemmingsplan niet in de weg staan. Indien de vereiste maatregelen niet mogelijk zijn, dient in nader overleg met de Dienst Regelingen van het Ministerie van LNV bepaald te worden of het plan in zijn huidige vorm uitvoerbaar is.