Plan: | Rivieroevers |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | beheersverordening |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0590.bvo4rivieroeversII-2001 |
De beheersverordening 'Rivieroevers' met indentificatienummer NL.IMRO.0590.bvo4rivieroeversII-2001 van de gemeente Papendrecht;
de gewaarmerkte kaart nr. 10804.00 met bijbehorende verklaring, waarop de bestemmingen van de in het plan begrepen gronden zijn aangewezen.
een op de kaart aangegeven vlak met eenzelfde bestemming.
een op de kaart aangegeven lijn, die de grens vormt van een bestemmingsvlak.
het bevoegd gezag in de zin van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Als hoofdregel is dit het college van burgemeester en wethouders van Papendrecht.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke overdekte geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
elk bouwwerk, geen gebouw en geen overkapping zijnde.
een op de kaart aangegeven vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid waarop gebouwen zijn
toegelaten.
een op de kaart aangegeven lijn, die de grens vormt van een bouwvlak.
een aaneengesloten stuk grond, waarop krachtens het plan een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn aard, functie, constructie of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
een vrijstaand gebouw, behorend bij het op hetzelfde perceel gelegen hoofdgebouw.
een aan een hoofdgebouw aangebouwd ondergeschikt gebouw dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw.
de gronden die behoren bij het hoofdgebouw en gelegen zijn achter de achtergevellijn van het
hoofdgebouw.
de gronden die behoren bij het hoofdgebouw en gelegen zijn tussen de voorgevel- en de achtergevellijn van het hoofdgebouw.
de lijn die gelijk of evenwijdig loopt aan de naar de openbare weg gerichte gevel, alwaar zich tevens de hoofdingang bevindt. De definitie zoals opgenomen in artikel 2.5.5 van de gemeentelijke bouwverordening heeft geen aanvullende werking.
de gevel van het hoofdgebouw die door zijn aard, functie, constructie dan wel gelet op uitstraling ervan als belangrijkste gevel kan worden aangemerkt.
het tussen twee opeenvolgende vloeren gelegen, voor verblijf geschikt deel van een gebouw, met dien verstande dat per bouwlaag over het totale vloeroppervlak een plafondhoogte van ten minste 2,4 m aanwezig c.q. mogelijk is.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
het bedrijfsmatig aanbieden, verkopen en/of leveren van diensten aan personen, zoals reisbureaus, kapsalons en wasserettes.
(overheids)voorzieningen inzake welzijn, volksgezondheid, cultuur, religie, sport, onderwijs, openbare orde en veiligheid en daarmee gelijk te stellen sectoren.
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, welke kennelijk slechts is bestemd voor bewoning door (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar noodzakelijk is, gelet op de bestemming en het feitelijk gebruik van het gebouw of het terrein.
een gebouw of een gedeelte daarvan, dat dient voor het beroepsmatig verlenen van diensten
op administratief, architectonisch, kunstzinnig, juridisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen gebied.
een gebouw of een gedeelte daarvan, dat dient voor het beroepsmatig verlenen van diensten
op administratief, architectonisch, kunstzinnig, juridisch, medisch, paramedisch, therapeutisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen gebied.
het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, architectonisch, kunstzinnig, juridisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen gebied, dan wel het uitoefenen van een beroep op medisch, paramedisch of therapeutisch gebied, welke door hun beperkte omvang in een gedeelte van een woning en de daarbijbehorende bebouwing worden uitgeoefend.
het op bedrijfsmatige wijze uitoefenen van activiteiten, waarvoor geen melding- of vergunning-
plicht op grond van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer geldt en die door de
beperkte omvang in een gedeelte van een woning en de daarbijbehorende bebouwing worden
uitgeoefend.
de Staat van Bedrijfsactiviteiten die van deze regels onderdeel uitmaakt.
de Staat van Horeca-activiteiten die van deze regels onderdeel uitmaakt.
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen en apparatuur voor telecommunicatie.
de voor het publiek toegankelijke winkelruimte.
de totale vloeroppervlakte van een kantoor, winkel of bedrijf met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen en overige dienstruimten.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, gericht op het gebruik voor (mobiele) telecommunicatie, met een apparatuurkast.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, waarop antenne-installaties worden geplaatst.
de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub, of een prostitutiebedrijf waaronder tevens begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar.
een in het kader van het Monumenten Inventarisatie Project geselecteerd pand.
een overwegend open constructie uitsluitend bedoeld voor de geleiding van bomen, bestaande uit staanders en een verbindings(koppel)balk.
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en/of het hart van de scheidsmuren.
tussen (de buitenste verticale projecties van) de buitenzijde van de gevels en/of het hart van de scheidsmuren.
tussen de bovenzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels en/of het hart
van de scheidsmuren en de buitenzijde van de daken en dakkapellen.
de hoogte gemeten tussen de bovenkant van goot, boeibord of daarmee gelijk te stellen con-
structiedeel en het peil; indien zich op enige zijde van een gebouw één of meer dakkapellen of dakopbouwen bevinden waarvan de gezamenlijke breedte meer bedraagt dan 50% van de gevelbreedte (op de achterzijde van een gebouw meer dan 70%), wordt de goot of boeibord van de dakkapel of dakopbouw als goot- of boeibordhoogte aangemerkt.
tussen de bovenkant van het gebouw, met uitzondering van antennes, kleine liftkokers, schoorstenen en andere ondergeschikte bouwdelen en het peil.
tussen het hoogste punt van het bouwwerk en het peil; bij constructies worden de werken in
verticale stand meegerekend.
de hoogte gemeten tussen de onderkant en het hoogste punt van de antenne-installatie.
afstanden tussen bouwwerken onderling alsmede afstanden van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstanden het kleinst zijn.
Het op de kaart achter een letter of combinatie van letters ingeschreven Arabisch cijfer, niet geplaatst tussen haakjes, geeft – tenzij in hoofdstuk II anders is bepaald en behoudens eventuele afwijkingsmogelijkheden – de maximaal toelaatbare goothoogte van hoofdgebouwen in meters aan, dan wel – voorzover een platte afdekking wordt toegepast – de maximaal toelaatbare hoogte van het boeibord van het platte dak. Indien op de kaart geen maximale bouwhoogte is aangegeven geldt als maximaal toelaatbare bouwhoogte de maximaal toelaatbare goothoogte +4 m. De binnen de bestemmingsvlakken aangegeven hoogtescheidingslijnen geven de begrenzingen van de hoogtematen binnen de bestemmingsvlakken weer.
De in lid 3.1 bedoelde hoogte mag worden overschreden door antennes, schoorstenen, liftkokers, zonnepanelen, trappenhuizen en andere ondergeschikte bouwdelen, met dien verstande dat als op de kaart de goot- of boeibordhoogte is aangegeven deze tevens mag worden overschreden door hellende dakvlakken, topgevels en dakkapellen.
De maximaal toelaatbare goot- of boeibordhoogte en/of bouwhoogte van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag – tenzij in hoofdstuk II of de overige regels anders is bepaald – ten hoogste bedragen:
goothoogte/boeibordhoogte | bouwhoogte | |
van hoofdgebouwen | zie lid 3.1 | zie lid 3.1 |
van vrijstaande bijgebouwen | 3 m | 4,5 m |
van aan- en uitbouwen | - | hoogte 1e bouwlaag van hoofdgebouw + 0,25 m met een maximum van 4 m; |
van erf- en terreinafscheidingen grenzend aan openbaar gebied en/of voor de voorgeve | - | 1 m |
van erf- en terreinafscheidingen elders | - | 2 m |
van lichtmasten | - | 9 m |
van lichtmasten op de gronden met de subbestemming Rs | - | 15 m |
van overig straatmeubilair | - | 6 m |
van vrijstaande antennes ten behoeve van telecommunicatie, niet zijnde schotelantennes en zonder apparatuurkast | - | 15 m |
van (schotel)antennes | - | 6 m |
van tuinmeubilair | - | 2 m |
van boomgeleidingsconstructies | - | 4 m |
van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | - | 3 m |
van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde op de gronden met de subbestemming Rj | - | 10 m |
van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de jachthaven | - | 10 m |
Met betrekking tot boomgeleidingsconstructies van ten hoogste 4 m geldt overigens het volgende:
Een op de kaart of in de regels aangegeven percentage, geeft aan hoeveel van het bouwvlak van het desbetreffende bouwperceel ten hoogste mag worden bebouwd met gebouwen en overkappingen. Bij het ontbreken van een percentage mag het bouwvlak volledig worden bebouwd, tenzij in hoofdstuk II anders is bepaald.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Indien afstanden tot, en hoogten, inhoud, aantallen en/of oppervlakten van bestaande bouw-
werken die gebouwd zijn met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet, op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan meer bedragen dan ingevolge hoofdstuk II is voorgeschreven, mogen deze maten en hoeveelheden als maximaal toelaatbaar worden aangehouden.
In die gevallen dat afstanden tot, en hoogten, inhoud, aantallen en/of oppervlakten van bestaande bouwwerken, die gebouwd zijn met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet, op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan minder bedragen dan ingevolge hoofdstuk II is voorgeschreven, mogen deze maten en hoeveelheden als minimaal toelaatbaar worden aangehouden.
Het bevoegd gezag kan - tenzij op grond van hoofdstuk II ter zake reeds
een omgevingsvergunning kan worden verleend - afwijken van de bepalingen van het plan en een omgevingsvergunning verlenen voor:
Een omgevingsvergunning wordt niet verleend indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.
De gronden op de kaart aangewezen voor Woondoeleinden (W) zijn bestemd voor:
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen gelden de aanduidingen op de kaart en de volgende bepalingen:
Onder strijdig gebruik wordt niet verstaan het gebruik van gedeelten van woningen voor kantoor- en/of praktijkruimte ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, voorzover:
Voorzover deze gronden samenvallen met de bestemming "Primair waterkeringsdoeleinden" is het in dit artikel bepaalde slechts van toepassing met inachtneming van het bepaalde in artikel 18.
De gronden op de kaart aangewezen voor Woon- en Detailhandelsdoeleinden (WD), Woon- en Kantoordoeleinden (WK) en Woon- en Horeca Doeleinden (WH) zijn bestemd voor:
een en ander met dien verstande dat ter plaatse van de bestemming WH één horecabedrijf is toegestaan voorzover dit bedrijf behoort tot maximaal categorie 1c van de Staat van Horeca-activiteiten.
2. Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen gelden de aanduidingen op de kaart en de volgende bepalingen:
Voorzover deze gronden samenvallen met de bestemming "Primair waterkeringsdoeleinden" is het in dit artikel bepaalde slechts van toepassing met inachtneming van het bepaalde in artikel 18.
De gronden op de kaart aangewezen voor Maatschappelijke doeleinden (M) zijn bestemd voor maatschappelijke voorzieningen, alsmede voor bijbehorende voorzieningen zoals ontsluitingswegen, parkeervoorzieningen, groen en water.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de (sub)bestemming uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen gelden de aanduidingen op de kaart en de volgende bepalingen:
De gronden op de kaart aangewezen voor Bedrijfsdoeleinden (B) zijn bestemd voor:
met dien verstande dat:
Op deze gronden mogen ten behoeve van de (sub)bestemming uitsluitend worden gebouwd:
a. gebouwen, geen bedrijfswoningen zijnde;
b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
Voor het bouwen gelden de aanduidingen op de kaart en de volgende bepaling:
- de gronden met de nadere aanwijzing (z) mogen worden bebouwd met uitsluitend bouw-
werken, geen gebouwen zijnde.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in:
met dien verstande dat geluidshinderlijke inrichtingen en benzineservicestations met LPG-verkoop niet zijn toegestaan.
Het is verboden de gronden met de nadere aanwijzing (z) en andere onbebouwde gronden te gebruiken voor de opslag van goederen met een totale stapelhoogte van meer dan 4 m.
Voorzover deze gronden samenvallen met de bestemming "Primair waterkeringsdoeleinden" is het in dit artikel bepaalde slechts van toepassing met inachtneming van het bepaalde in artikel 18.
De gronden op de kaart aangewezen voor Garages en bergplaatsen (G) zijn bestemd voor de stalling van vervoermiddelen en voor de berging van niet voor handel en distributie bestemde goederen.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:
a. garages en bergplaatsen;
b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
Voorzover deze gronden samenvallen met de bestemming "Primair waterkeringsdoeleinden" is het in dit artikel bepaalde slechts van toepassing met inachtneming van het bepaalde in artikel 18.
De gronden op de kaart aangewezen voor Recreatieve doeleinden (R) zijn bestemd voor:
alsmede bijbehorende voorzieningen zoals ontsluitingswegen, parkeervoorzieningen, speel- en groenvoorzieningen en water.
2. Op deze gronden mogen ten behoeve van de subbestemming uitsluitend worden gebouwd:
Voor het bouwen gelden de aanduidingen op de kaart en de volgende bepalingen:
Voorzover deze gronden samenvallen met de bestemming "Primair waterkeringsdoeleinden" is het in dit artikel bepaalde slechts van toepassing met inachtneming van het bepaalde in artikel 18.
De gronden op de kaart aangewezen voor Tuinen (T) zijn bestemd voor tuinen behorende bij de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen.
2. Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd.
Voorzover deze gronden samenvallen met de bestemming "Primair waterkeringsdoeleinden" is het in dit artikel bepaalde slechts van toepassing met inachtneming van het bepaalde in artikel 18.
De gronden op de kaart aangewezen voor Groenvoorzieningen (GR) zijn bestemd voor be-
plantingen, speelvoorzieningen, water en in samenhang daarmee voor voet- en fietspaden, voorzieningen ten behoeve van afvalinzameling alsmede voor bermen en bermsloten.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd.
Voorzover deze gronden samenvallen met de bestemming "Primair waterkeringsdoeleinden" is het in dit artikel bepaalde slechts van toepassing met inachtneming van het bepaalde in artikel 18.
De gronden op de kaart aangewezen voor Verkeersdoeleinden (V) zijn bestemd voor:
2. Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:
Voorzover deze gronden samenvallen met de bestemming "Primair waterkeringsdoeleinden" is het in dit artikel bepaalde slechts van toepassing met inachtneming van het bepaalde in artikel 18.
De gronden op de kaart aangewezen voor Verblijfsgebied (VG) zijn bestemd voor:
Voorzover deze gronden samenvallen met de bestemming "Primair waterkeringsdoeleinden" is het in dit artikel bepaalde slechts van toepassing met inachtneming van het bepaalde in artikel 18.
De gronden op de kaart aangewezen voor Water (WA) zijn bestemd voor de wateraanvoer
en -afvoer, voor de waterberging, voor verkeer ter water en ter plaatse van de nadere aanwij-
zing (hw) voor een halte voor de waterbus.
De gronden op de kaart aangewezen voor Primair waterkeringsdoeleinden zijn primair bestemd voor dijken, kaden, dijksloten en andere voorzieningen ten behoeve van de waterkering.
Op deze gronden mogen ten behoeve van de primaire bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd.
Bouwwerken ten behoeve van de secundaire bestemmingen zijn op deze gronden slechts toelaatbaar indien daarvoor een omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmingsplan door het bevoegd gezag is verleend. Een omgevingsvergunning wordt verleend indien het belang van de waterkering hierdoor niet onevenredig wordt geschaad.
Alvorens omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning ten behoeve van de secundaire bestemmingen te beslissen, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de beheerder van de waterkering omtrent de vraag of door de voorgenomen bouwactiviteiten het belang van de waterkering niet onevenredig wordt geschaad en de eventueel te stellen voorwaarden.
Het is verboden gronden en bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel strijdig met de aan de grond gegeven bestemming, de doeleindenomschrijvingen de overige regels.
Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan onbebouwde gronden te gebruiken of te
laten gebruiken:
Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan gebouwen en bouwwerken, geen gebou-
wen zijnde te gebruiken of te laten gebruiken voor:
Onder strijdig gebruik wordt niet verstaan:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in 19.1, indien strikte toepassing van het verbod leidt tot beperkingen in het meest doelmatige gebruik die niet door dringende redenen worden gerechtvaardigd.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van de beheersverordening 'Rivieroevers'.