Plan: | Bedrijventerrein Oosteind |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0590.bp04Oosteind-3002 |
Toetsingskader
Er is geen specifieke wetgeving met betrekking tot het aspect verkeer en vervoer. Wel wordt in het kader van een goede ruimtelijke ordening de aanvaarbaarheid van het effect van nieuwe ontwikkelingen op de verkeersafwikkeling, bereikbaarheid, leefbaarheid en verkeersveiligheid in beeld gebracht. In de Nota Mobiliteit, de Nota Ruimte, diverse regionale en provinciale verkeer- en vervoersplannen en jurisprudentie is de toepassing van een mobiliteitsscan (ook wel 'Mobiliteitstoets' genoemd) als beleid opgenomen. In het kader van de Mobiliteitsscan wordt onderbouwd dat:
op een zorgvuldige wijze naar de mobiliteitsaspecten is gekeken;
Onderzoek
De bereikbaarheid van het bedrijventerrein is voor alle modaliteiten goed. De capaciteit van het wegennet biedt daarnaast voldoende ruimte om de ontwikkelingen op het bedrijventerrein op te kunnen vangen. De verkeerstoename op het omliggende wegennet is, zeker in vergelijking met de autonome toekomstsituatie, beperkt. Aandachtspunt is de verkeersveiligheidssituatie voor fietsers op de wegen aan de zuidzijde van de Ketelweg. Hier ontbreken fietsvoorzieningen en geldt een maximumsnelheid van 50 km/h voor het gemotoriseerde verkeer. De situatie met betrekking tot de verkeersontsluiting van het langzaam verkeer en openbaar vervoer als ook de verkeersveiligheids- en parkeersituatie wijzigt niet nadat de ontwikkelingen op bedrijventerrein Oosteind plaatsgevonden hebben.
Voor meer informatie wordt verwezen naar het planMER in Bijlage 1.
Conclusie en vertaling naar verbeelding en regels
Het aspect verkeer en vervoer staat de uitvoering van ontwikkelingen niet in de weg. De hoofdontsluiting is op de verbeelding bestemd.