direct naar inhoud van 4.1 Inleiding
Plan: Bedrijventerrein Oosteind
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0590.bp04Oosteind-3002

4.1 Inleiding

Op grond van de Wet ruimtelijke ordening en op basis van jurisprudentie dient de uitvoerbaarheid van een bestemmingsplan te worden aangetoond en moet worden onderbouwd dat er sprake is van een goede ruimtelijke ordening. In dit hoofdstuk zijn de sectorale aspecten beschreven die voor dit bestemmingsplan relevant zijn. In dit hoofdstuk staan de relevante milieuaspecten voor het bestemmingsplan bedrijventerrein Oosteind centraal.

Voor het bestemmingsplan is een planMER opgesteld. Dit is gedaan omdat het bestemmingsplan activiteiten mogelijk maakt die in het kader van het (milieu)vergunningenspoor mogelijk mer-(beoordelings)plichtig zijn. In het planMER is niet alleen gekeken naar eventuele effecten van planmer-plichtige bedrijven, maar zijn ook de milieueffecten in beeld gebracht van de representatieve invulling van de maximale planologische mogelijkheden. In het bestemmingsplan wordt de geluidszone van industrieterrein Oosteind in beperkte mate aangepast: de gronden langs de Visschersbuurt worden aan het gezoneerde industrieterrein onttrokken. De milieueffecten hiervan zijn eveneens in dit planMER beschreven.

De in dit milieuhoofdstuk opgenomen informatie betreft het toetsingskader (zoals eveneens opgenomen in het planMER) en de samenvatting van het planMER. Voor meer informatie over het betreffende milieuonderwerp verwijzen wij u naar het planMER in Bijlage 1. Dit is gedaan om zo min mogelijk dubbele informatie weer te geven. Elke paragraaf sluit af met een conclusie en een vertaling naar verbeelding en regels van het bestemmingsplan.