direct naar inhoud van 4.8 Bodemkwaliteit
Plan: Klein Koninkrijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0585.BPSGDklkoninkrijk-VG01

4.8 Bodemkwaliteit

Beleid en normstelling

Op grond van het Bro dient bij ruimtelijke ontwikkelingen rekening te worden gehouden met de milieukundige bodemkwaliteit in het plangebied. Bij functiewijzigingen dient te worden bekeken of de bodemkwaliteit voldoende is voor de beoogde functie en moet worden vastgesteld of er sprake is van een saneringsnoodzaak. In de Wet bodembescherming is bepaald dat indien de desbetreffende bodemkwaliteit niet voldoet aan de norm voor de beoogde functie, de grond zodanig dient te worden gesaneerd dat zij kan worden gebruikt door de desbetreffende functie (functiegericht saneren). Voor een nieuw geval van bodemverontreiniging geldt, in tegenstelling tot oude gevallen (voor 1987), dat niet functiegericht maar in beginsel volledig moet worden verwijderd. Nieuwe bestemmingen dienen bij voorkeur te worden gerealiseerd op bodem die geschikt is voor het beoogde gebruik.

Toetsing en conclusie

Het voorliggende bestemmingsplan maakt geen ontwikkelingen mogelijk. Het uitvoeren van een bodemonderzoek in verband met de vaststelling van het bestemmingsplan is niet aan de orde. In geval van de ontwikkeling van nieuwe bedrijfsactiviteiten (of beƫindiging van bedrijfsactiviteiten) wordt het belang van bodemkwaliteit en bodembescherming meegenomen in de vergunningprocedure voor bouwen of milieu. Het aspect bodemkwaliteit staat de vaststelling van het bestemmingsplan niet in de weg.