Voor de gronden als zodanig bestemd geldt dat na gebruikmaking van de wijzigingsbevoegdheid, als bedoeld in artikel 3.7.3 van het vigerende bestemmingsplan, de regels van het vigerende bestemmingsplan, voor zover relevant en met uitzondering van de overgangs- en slotregels, van overeenkomstige toepassing zijn. De regels van artikel 18 'Wonen' van het vigerende bestemmingsplan zijn overeenkomstig van toepassing op de voor '
Wonen' aangewezen gronden.