direct naar inhoud van Regels
Plan: Parapluherziening beleidsregels parkeren Binnenstad en Stationsomgeving
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0546.BP00166-0301

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan

het bestemmingsplan Parapluherziening beleidsregels parkeren Binnenstad en Stationsomgeving met identificatienummer NL.IMRO.0546.BP00166-0301 van de gemeente Leiden;

1.2 bestemmingsplan

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;

1.3 verbeelding

de volledige verzameling van geometrisch bepaalde vlakken, omgeven door een plangrens, behorende bij het bestemmingsplan Parapluherziening beleidsregels parkeren Binnenstad en Stationsomgeving.

Hoofdstuk 2 Algemene regels

Artikel 2 Van toepassing verklaring

De in onderstaande tabel genoemde bestemmingsplannen blijven van kracht, met dien verstande dat aan de regels van die bestemmingsplannen de regels van onderhavig bestemmingsplan worden toegevoegd. Voor zover de genoemde bestemmingsplannen al regelingen bevatten ten aanzien van het parkeren van auto's, dan worden deze regelingen vervangen door middel van dit plan.

afbeelding "i_NL.IMRO.0546.BP00166-0301_0003.png"

Artikel 3 Algemene gebruiksregels

3.1 Voorwaardelijke verplichting parkeren en laden/lossen
  • a. Bij activiteiten waarvoor een 'omgevingsvergunning voor het bouwen' (art. 2.1, lid a Wabo) en/of een 'omgevingsvergunning voor het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan' (art. 2.1, lid c Wabo) is vereist, dient ten behoeve van het parkeren van auto's en het laden en lossen in voldoende mate ruimte te zijn aangebracht in, op of onder het gebouw of het bijbehorende perceel, dan wel op of onder het betreffende terrein.
  • b. Bij het bepalen of voldoende ruimte is aangebracht voor het parkeren van auto's en het laden en lossen wordt getoetst aan de Beleidsregels Parkeernormen van de gemeente Leiden zoals die gelden ten tijde van de vaststelling van dit bestemmingsplan en -indien deze beleidsregels gedurende de planperiode worden gewijzigd- aan die wijziging.
  • c. Indien ingevolge de Beleidsregels Parkeernormen van de gemeente Leiden er sprake is van een maximale parkeereis, dan zal bij het bepalen of voldoende ruimte is aangebracht voor het parkeren van auto's aan de parkeereis zijn voldaan indien er niet meer parkeerplaatsen worden gerealiseerd dan het aantal dat ingevolge de maximale parkeereis is toegestaan.
  • d. Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in lid a in gevallen zoals genoemd in de onder lid b bedoelde gemeentelijke beleidsregels op het gebied van parkeren.

3.2 Strijdig gebruik

Voor zover binnen bestemmingen functies zijn toegelaten, gelegen in gebieden waar op grond van de Beleidsregels Parkeernormen Leiden 2020, of een rechtsopvolger daarvan, een maximale parkeernorm van nul geldt terwijl binnen die bestemming wel 'parkeervoorzieningen' zijn toegelaten, geldt vanaf de datum van inwerkingtreding van de beleidsregels dat het realiseren van nieuwe parkeerplaatsen dan wel het aanvangen met gebruik van gronden voor het parkeren van auto's ten behoeve van die functies als strijdig gebruik wordt aangemerkt.

Hoofdstuk 3 Overgangs- en slotregels

Artikel 4 Overgangsrecht

4.1 Overgangsrecht bouwwerken
  • a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    • 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    • 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  • b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het eerste lid een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld onder a met maximaal 10%.
  • c. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

4.2 Overgangsrecht gebruik
  • a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  • b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het bepaalde onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  • c. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  • d. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 5 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als:

Regels van het bestemmingsplan Parapluherziening beleidsregels parkeren Binnenstad en Stationsomgeving.