direct naar inhoud van Artikel 5 Recreatie - Duinen
Plan: Kustwerk Katwijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0537.bpKATkustwerk-va01

Artikel 5 Recreatie - Duinen

5.1 Bestemmingsomschrijving
5.1.1 Algemeen

De voor Recreatie - Duinen aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. duinen, struiken en opgaande beplanting;
  • b. behoud, versterking en ontwikkeling van de natuur- en landschapswaarden;
  • c. de aanleg, het behoud en herstel van een dijk constructie;
  • d. een ondergrondse parkeergarage ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage';
  • e. een ondergrondse parkeergarage en in- en uitritten ten behoeve van een ondergrondse parkeergarage ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - inrit';
  • f. recreatief medegebruik;
  • g. duinovergangen;
  • h. voetpaden en wandelboulevard;
  • i. uitkijkpunten;
  • j. evenementen met amfitheater, bovengrondse parkeerplaatsen en kunstatelier ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein, parkeerterrein en kunstatelier' met uitzondering van meerdaagse muziekevenementen en met dien verstande dat het kunstatelier niet commercieel als horecaruimte geëxploiteerd mag worden;
  • k. kunstwerken (zoals beelden);
  • l. speelvoorzieningen;
  • m. fullservicepunten ten dienste van de ondergrondse parkeergarage ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - full servicepunt';
  • n. stijgpunten ten dienste van de ondergrondse parkeergarage ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - stijgpunt';
  • o. nooduitgangen ten dienste van de ondergrondse parkeergarage;

met bijbehorende gebouwen, bouwwerken geen gebouw zijnde wegen en paden, speelpleinen, groenvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding.

5.1.2 Aanvullende doeleinden

In aanvulling op het bepaalde onder lid 5.1.1 zijn de voor Recreatie - Duinen aangewezen gronden tevens bestemd voor:

  • a. maximaal 16 paviljoens gedurende de zomerperiode met dien verstande dat het bedrijfsvloeroppervlak van een paviljoen maximaal 1.000 m2 mag bedragen;
  • b. strandhuisjes gedurende de zomerperiode;
  • c. strand- en sportvoorzieningen (zoals strandcabines);
  • d. maximaal drie watersportverenigingen gedurende de zomerperiode;
  • e. reddingposten waaronder begrepen EHBO- en politieposten;

met bijbehorende gebouwen, bouwwerken geen gebouw zijnde, wegen en paden, groenvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding.

5.1.3 Uitsterfconstructie

In afwijking van het bepaalde onder lid 5.1.2 mogen de:

  • a. gronden  ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein, parkeerterrein en kunstatelier' gedurende maximaal 2,5 jaar ingaande vanaf 1 oktober 2013, worden gebruikt ten behoeve van één jaarrondpaviljoen, met dien verstande dat strandhuisjes niet zijn toegestaan;
  • b. overige voor Recreatie - Duinen aangewezen gronden niet worden gebruikt ten behoeve van de in lid 5.1.2 genoemde functies voor zover de betreffende gronden gedurende minimaal 6 maanden niet wordt gebruikt ten behoeve van die functie.
5.2 Bouwregels
5.2.1 Gebouwen ten behoeve van de onder lid 5.1.1 opgenomen functies
  • a. gebouwen mogen worden gebouwd ten behoeve van een dijk constructie, ondergrondse parkeergarage en een kunstatelier;
  • b. de ondergrondse parkeergarage voldoet aan de volgende kenmerken:
    • 1. dient ondergronds te worden gebouwd;
    • 2. fullservicepunten, stijgpunten en dergelijke bij de parkeergarage behorende voorzieningen mogen bovengronds worden gebouwd met dien verstande dat de hoogte maximaal 4 m bedraagt;
    • 3. nooduitgangen mogen bovengronds worden gebouwd met dien verstande dat de hoogte maximaal 3 m bedraagt;
  • c. gebouwen ten behoeve van een kunstatelier voldoen aan de volgende kenmerken:
    • 1. de gezamenlijke oppervlakte van gebouwen ten behoeve van een kunstatelier bedraagt maximaal 100 m2;
    • 2. de goothoogte bedraagt maximaal NAP + 9,5 m;
    • 3. de bouwhoogte bedraagt maximaal NAP + 11,5 m.
5.2.2 Gebouwen ten behoeve van de onder lid 5.1.2 opgenomen functies

Gebouwen mogen worden gebouwd ten behoeve van paviljoens, strandhuisjes, reddingsposten (waaronder EHBO- en politieposten) en watersportverenigingen.

  • a. gebouwen ten behoeve van paviljoens voldoen aan de volgende kenmerken:
    • 1. de gezamenlijke oppervlakte van gebouwen ten behoeve van een paviljoen bedraagt maximaal 600 m2;
    • 2. de breedte bedraagt maximaal 60 m;
    • 3. de diepte bedraagt maximaal 25 m;
    • 4. de goothoogte bedraagt maximaal 3 m;
    • 5. de bouwhoogte bedraagt maximaal 5 m;
    • 6. het paviljoen bestaat uit één hoofdgebouw (met eventuele aan- of uitbouwen);
    • 7. het paviljoen bestaat uit maximaal één bouwlaag met kap (een kelder is niet toegestaan);
    • 8. het paviljoen is voorzien van een kap met een helling van tenminste 15° en ten hoogste 45°;
    • 9. de nokrichting loopt (nagenoeg) parallel aan de duinvoet;
    • 10. de lange zijde van een paviljoen ligt parallel of nagenoeg parallel aan de duinvoet;
    • 11. het paviljoen is gelegen op een afstand van minimaal 3 m en maximaal 8 m uit de afrastering;
    • 12. het paviljoen is gelegen op een afstand van minimaal 5 m van aangrenzende strandhuisjes;
    • 13. het paviljoen is gelegen op een afstand van minimaal 10 m van een aangrenzend paviljoen;
    • 14. minimaal 25% van de breedte van het strandvak dient uit aaneengesloten open ruimte te bestaan;
  • b. strandhuisjes voldoen aan de volgende kenmerken:
    • 1. de goothoogte bedraagt maximaal 3 m;
    • 2. de bouwhoogte bedraagt maximaal 4,5 m;
    • 3. het strandhuisje bestaat uit één hoofdgebouw (geen aan- of uitbouwen);
    • 4. de oppervlakte per strandhuisje bedraagt maximaal 35 m2;
    • 5. de strandhuisjes zijn voorzien van een kap met een helling van tenminste 25° en ten hoogste 45°;
    • 6. de strandhuisjes zijn gebouwd in de vorm van maximaal één rij;
    • 7. de lange zijde van een strandhuisje loopt haaks op de duinvoet;
    • 8. de strandhuisjes zijn gelegen op een afstand van minimaal 3 m en maximaal 8 m uit de afrastering;
    • 9. de entree van een strandhuisje bevindt zich aan de zeezijde;
    • 10. de strandhuisjes zijn gelegen op een afstand van minimaal 5 m van een aangrenzend paviljoen;
    • 11. de minimale onderlinge afstand tussen strandhuisjes bedraagt 3 m;
    • 12. de nokrichting van een strandhuisje loopt haaks op duinvoet;
    • 13. de strandhuisjes staan op gelijke afstand van elkaar en van de duinvoet;
    • 14. minimaal 25% van de breedte van het strandvak dient uit aaneengesloten open ruimte te bestaan;
  • c. gebouwen ten behoeve van reddingsposten (waaronder EHBO- en politieposten) voldoen aan de volgende kenmerken:
    • 1. de oppervlakte per gebouw bedraagt maximaal 150 m2;
    • 2. het aantal gebouwen bedraagt maximaal één per reddingpost;
    • 3. de bouwhoogte bedraagt maximaal 7 m;
  • d. gebouwen ten behoeve van watersportverenigingen voldoen aan de volgende kenmerken:
    • 1. de oppervlakte bedraagt maximaal 300 m2 per watersportvereniging;
    • 2. van de oppervlakte als bedoeld onder 1 mag maximaal 75 m2 gebruikt worden voor een uitkijkpost;
    • 3. de maximale bouwhoogte bedraagt 5,5 m;
    • 4. de maximale bouwhoogte van een uitkijkpost bedraagt 7,5 m;
    • 5. de gebouwen zijn gelegen op een afstand van minimaal 3 m en maximaal 8 m uit de afrastering.
5.2.3 Bouwwerken geen gebouw zijnde
  • a. de bouwhoogte van terrasafscheidingen bedraagt ten hoogste 2 m;
  • b. de bouwhoogte van vlaggenmasten bedraagt ten hoogste 10 m; het aantal per paviljoen bedraagt maximaal 5;
  • c. de bouwhoogte van verlichtingsmasten en reclame-uitingen bij een paviljoen bedraagt ten hoogste de nokhoogte van het paviljoen;
  • d. de bouwhoogte van een dijkconstructie bedraagt maximaal NAP + 7,5 m;
  • e. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouw zijnde, bedraagt ten hoogste 3 m.
5.3 Afwijken van de bouwregels
5.3.1 Afwijking parkeergarage, in- en uitrit, stijgpunt en-/of fullservicepunt

Het bevoegd gezag is bevoegd af te wijken van het bepaalde onder lid 5.1.1 voor het bouwen van de parkeergarage, in- en uitrit, stijgpunt en-/of fullservicepunt buiten de betreffende aanduidingsvlakken indien dit nodig blijkt als gevolg van een andere vormgeving van de parkeergarage of vanwege technische overwegingen.

5.3.2 Voorwaarde

Afwijking als bedoeld in lid 5.3.1 wordt slechts verleend indien:

  • a. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad;
  • b. de andere situering niet meer dan 3 meter afwijkt van de op de verbeelding opgenomen aanduidingsvlakken.
5.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
5.4.1 Verbod

Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden) de volgende werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het dempen, graven, en vergraven van watergangen;
  • b. het beplanten van de gronden met bomen of andere houtopstanden;
  • c. de aanleg van voet- en fietspaden;
  • d. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen;
  • e. het afgraven, verlagen, vergraven, ophogen of egaliseren van de gronden;
  • f. het verwijderen van de natuurlijke vegetatie.
5.4.2 Uitzonderingen

Het bepaalde onder lid 5.4.1 is niet van toepassing op het uitvoeren van werkzaamheden welke uit een oogpunt van de veiligheid (waterkeringsfunctie) nodig zijn, waaronder mede begrepen onderhoud en beheer van watergangen en zandsuppletie.

5.4.3 Voorwaarden

De werken en werkzaamheden als bedoeld in lid 5.4.1 zijn slechts toelaatbaar indien door de uit te voeren werkzaamheden, dan wel de daarvan direct of indirect te verwachten gevolgen, geen blijvende onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de natuur- en landschappelijk waarde van het gebied.