Plan: | Den Weeligenberg |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0534.bpdenweeligenberg-VA01 |
Deze uitgangspunten zijn verder uitgewerkt in het provinciaal Waterplan 2010- 2015. Het Provinciaal Waterplan is per 1 januari 2010 in werking getreden en vervangt het Beleidsplan groen, water en milieu (2006) en het Grondwaterplan 2007-2013.
Het motto van het Waterplan is: beschermen, benutten, beleven en beheren. In het Waterplan worden 4 uitgangspunten gehanteerd:
De bijbehorende kernopgaven luiden als volgt:
De ruimtelijke aspecten in het Provinciaal Waterplan zijn een Structuurvisie conform de Wro. Vanuit het provinciaal waterbelang hanteert de Provincie bij toekenning van de bestemming en bepaling van de locaties de volgende uitgangspunten:
Algemeen uitgangspunt is dat nieuwe ontwikkelingen duurzaam zijn. Ruimtelijke ontwikkelingen zijn duurzaam als (negatieve) effecten van huidige en nieuwe beslissingen niet worden afgewenteld op andere gebieden en /of toekomstige generaties. Duurzaamheid betekent ook dat keuzes worden gemaakt op basis van een integrale afweging tussen sociaal-culturele, fysisch / ecologische en economische aspecten (people, planet, profit).
Bij ruimtelijke wateropgaven maakt de Provincie onderscheid tussen de bescherming van zones of gebieden ten behoeve van de ruimtelijke wateropgave en het expliciet rekening houden met een wateropgave bij de integrale afweging voor een ruimtelijke ontwikkeling voor en de inrichting van een locatie. De tweede opgave is relevant voor onderhavige ontwikkelingen.
GS hebben voor ruimtelijke ontwikkelingen onder meer de volgende ambities geformuleerd:
met daarbij de volgende ruimtelijke hoofdopgaven:
Voor het plangebied is van belang dat het niet wordt aangemerkt als (zeer) kwetsbaar gebied, zoals diepgelegen polders en locaties direct langs rivieren. Ook maakt het plangebied geen deel uit van de kwetsbare buitendijkse gebieden. Wel is het gebied, zoals is te zien in afbeelding 27 aangewezen als risicogebied voor overstromingen binnen Dijkringgebied 14. De boezemkaden in het gebied zijn voldoende op hoogte (1/100 jaar).
Voor het plangebied zijn voorts de prestatieafspraken tussen rijk en provincie inzake de verdrogingsbestrijding van belang. In 2005 heeft de provincie Zuid Holland de huidige milieu- en waterkwaliteit in beeld gebracht in een nulmeting. Afgezet tegen de gewenste milieu- en waterkwaliteit is daarmee tevens de milieuopgave bepaald. Verdroging is daaruit als grootste probleem naar voren gekomen. Deze bevindingen hebben geleid tot ILG-prestatieafspraken over het behouden en verbeteren van de milieukwaliteit in de TOP-lijst gebieden, de nadruk ligt daarbij op de Natura 2000-gebieden, zoals de Kennemerduinen dat als Natura 2000-gebied is aangewezen ingevolge de Habitatrichtlijn. De gevolgen van de ingezette maatregelen ter bestrijding van de verdroging in de Kennemerduinen, hebben geleid tot aanvullende waterbeheermaatregelen in het gebied rondom De Zilk teneinde de bollenteelt in dit gebied te ondersteunen.