direct naar inhoud van Artikel 10 Sport
Plan: Stede Broec-Zuid
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0532.BPstedebroeczuid-OH01

Artikel 10 Sport

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. voorzieningen ten behoeve van sport- en recreatieve doeleinden, zoals sport- en speelvelden en naar de aard daarmee gelijk te stellen voorzieningen;
  • b. een ijsbaan, ter plaatse van de aanduiding 'ijsbaan';
  • c. gebouwen en bijbehorende bouwwerken ten behoeve van:
    • 1. kantines;
    • 2. kleedruimtes;
    • 3. onderhoud en beheer;
    • 4. kassahokjes;

met de daarbijbehorende:

  • d. parkeervoorzieningen;
  • e. groenvoorzieningen;
  • f. toegangswegen, fiets- en voetpaden;
  • g. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
10.2 Bouwregels
10.2.1 Gebouwen en bijbehorende bouwwerken

Voor het bouwen van gebouwen en bijbehorende bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen en bijbehorende bouwwerken mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. in afwijking van sublid a mogen ondergeschikte gebouwen en bijbehorende bouwwerken, zoals dug-outs, buiten het bouwvlak worden gebouwd, mits:
    • 1. de gezamenlijke oppervlakte van de gebouwen ten hoogste 200 m² bedraagt;
    • 2. de oppervlakte per gebouw ten hoogste 15 m² bedraagt;
    • 3. de bouwhoogte van een gebouw ten hoogste 3,50 bedraagt;
  • c. de goot- en bouwhoogte van een gebouw mag ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' aangegeven hoogte bedragen.
10.2.2 Overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag ten hoogste 2,00 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van vlaggenmasten en kunstwerken mag ten hoogste 10,00 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van lichtmasten mag ten hoogste 15,00 m bedragen;
  • d. de bouwhoogte van werpkooien mag ten hoogste 10,00 m bedragen;
  • e. de bouwhoogte van ballenvangers mag ten hoogste 6,00 m bedragen;
  • f. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste 3,00 m bedragen.
10.3 Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. de verkeersveiligheid;
  • b. de bereikbaarheid van hulpdiensten; en
  • c. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
10.4 Afwijken van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:

  • het bepaalde in lid 10.2.1 onder a, voor het bouwen van gebouwen buiten het bouwvlak, met dien verstande dat de oppervlakte van gebouwen buiten het bouwvlak ten hoogste 250 m² mag bedragen.
10.5 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van gebouwen voor bewoning;
  • b. het gebruik van gronden en bouwwerken voor horeca anders dan ondergeschikte horeca in categorieën 1, 3 en 4;
  • c. het gebruik van gronden en bouwwerken voor detailhandel anders dan e-commerce;
  • d. het opslaan van goederen anders dan in gebouwen.