direct naar inhoud van Artikel 4 Natuur
Plan: Discotheek Dammenweg (N57)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0530.BP91Disco2010-vg01

Artikel 4 Natuur

4.1 Bestemmingsomschrijving
4.1.1 Algemeen

De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het behoud, het herstel en/of de ontwikkeling van de ecologische-, natuur en landschappelijke waarden;
  • b. bos en bebossing;
  • c. bijbehorende voorzieningen, zoals groen, water, paden, bruggen, duikers en verhardingen;

met daaraan ondergeschikt:

  • d. waterhuishoudkundige doeleinden.

4.1.2 Toelaatbaarheid

Ten behoeve van het toegestane gebruik zijn op en in de gronden toegelaten:

  • a. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • b. bouwwerken voor doeleinden van openbaar nut.

4.2 Bouwregels
4.2.1 Gebouwen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd met uitzondering van maximaal 1 gebouw ten behoeve van doeleinden van openbaar nut.

4.2.2 Bouwwerken voor doeleinden van openbaar nut

Voor het bouwen van bouwwerken ten behoeve van doeleinden van openbaar nut gelden de volgende bepalingen:

  • a. de inhoud van bouwwerken mag maximaal 50 m³ per op te richten bouwwerk bedragen;
  • b. de bouwhoogte mag maximaal 3 meter bedragen.

4.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat de hoogte maximaal 3 meter mag bedragen, met uitzondering van een keerwand, waarvan de hoogte maximaal 3,5 meter mag bedragen.

4.3 Specifieke gebruiksregels

Onder verboden gebruik wordt in ieder geval verstaan:

  • a. het racen dan wel crossen met motorrijtuigen of (brom)fietsen;
  • b. militaire oefeningen met uitzondering van marsoefeningen, waarbij geen gebruik wordt gemaakt van voertuigen;
  • c. als standplaats voor ambulante handel;
  • d. als standplaats voor woonwagens;
  • e. als kampeerterrein.

4.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
4.4.1 Verbod

Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning) op of in deze gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden, de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren of te doen c.q. te laten uitvoeren:

  • a. het aanplanten van bomen en/of houtgewas;
  • b. het vellen, kappen en/of rooien van bomen houtopstanden;
  • c. het ontgronden, afgraven, egaliseren, diepploegen en ophogen van gronden;
  • d. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen;
  • e. het aanleggen van verharde en halfverharde paden;
  • f. het verlagen van de grondwaterstand anders dan door middel van het graven van sloten of toepassen van drainage;
  • g. het graven, dempen, verdiepen, vergroten of anders aanpassen van waterlopen, sloten en greppels;
  • h. verwijderen van landschapselementen;
  • i. het aanleggen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie- en/of communicatieleidingen;
  • j. het aanbrengen van drainage.

4.4.2 Uitzonderingen

Het in lid 4.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:

  • a. het normale onderhoud betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan en waarvoor omgevingsvergunning is verleend;
  • c. mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden;
  • d. bedoeld zijn onder lid 4.4.1 onder c en e voor zover het een kleiner oppervlak betreft dan 100 m².

4.4.3 Toelaatbaarheid

De in lid 4.4.1 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de natuur- ecologische-, en/of landschappelijke waarden van de gronden.