Plan: | Partiële herziening binnenstad Gouda |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0513.Partherbin-DF01 |
het bestemmingsplan 'Partiële herziening binnenstad Gouda' met identificatienummer NL.IMRO.0513.Partherbin-DF01 van de gemeente Gouda;
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
andere bestemmingsplannen in de gemeente Gouda voor zover samenvallend met het bestemmingsplan Partiële herziening binnenstad Gouda en opgenomen in de onderstaande tabel:
Bestemmingsplan | idn | vastgesteld |
Veegplan 2020 | NL.IMRO.0513.0004BPVeegplan20-DF01 | 9-12-2020 |
Veegplan 2016 | NL.IMRO.0513.0002BpVeegplan15-DF01 | 23-11-2016 |
Binnenstad West | NL.IMRO.0513.1500BPBinnWest-DF01 | 21-1-2015 |
Veegplan 2013 | NL.IMRO.0513.0001BPVeegplan-DF01 | 12-2-2014 |
Schielands Hoge Zeedijk | NL.IMRO.0513.1600BPshzeedijk-DF01 | 16-10-2013 |
Binnenstad Oost | NL.IMRO.0513.0900BPBinnoost-DF01 | 23-4-2013 |
Korte Akkeren | NL.IMRO.0513.0700BPKortea-DF01 | 27-2-2013 |
Kadebuurt, Kort Haarlem, Gouda Oost | NL.IMRO.0513.1000BPKKG-DF01 | 29-8-2012 |
Nieuwe Park Wonen | NL.IMRO.0513.0500BPNParkWonen-DF01 | 20-7-2011 |
Voormalig weeshuiscomplex | NL.IMRO.0513.BPWeeshuiscomplex-DF01 | 19-06-2019 |
Parapluherziening Darkstores | NL.IMRO.0513.BPLUDARKSTORES-DF01 | 12-04-2023 |
Parapluherziening Wonen | NL.IMRO.0513.0007ParapluBPWonen-DF01 | 1-06-2022 |
tabel onderliggende bestemmingsplannen
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
de Adviescommissie omgevingskwaliteit van de gemeente Gouda;
een bouwwerk, geen gebouw zijnde;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
de oppervlakte van de bebouwing binnen een bouwvlak, uitgedrukt in een percentage van de oppervlakte van dat vlak;
een aan de woonfunctie ondergeschikte verblijfsvoorziening, bestaande uit het tegen betaling aanbieden van toeristisch en kortdurend verblijf in de woning en/of bijbehorende gebouwen; Een bed & breakfast wordt gerund door de hoofdbewoner(s) van de woning.
bebouwing aanwezig ten tijde van de terinzagelegging van het (ontwerp) bestemmingsplan;
gebruik dat bestaat ten tijde van het in werking treden van het bestemmingsplan;
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
de grens van een bouwvlak;
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
de grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren;
een uitspringend dakvenster, aangebracht op het hellende dakvlak en aan alle zijden omgeven door het betreffende dakvlak;
een toevoeging aan de bouwmassa door het verhogen van de nok en/of de goot van het dak waardoor de bouwhoogte van het gebouw toeneemt;
onder detailhandel wordt verstaan het bedrijfsmatig te koop aanbieden - hieronder begrepen de uitstalling ter verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen - aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending, anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, met uitzondering van een afhaalwinkel/-centrum;
de natuurlijke persoon, groep van personen of rechtspersoon die bedrijfsmatig, of in een omvang alsof die bedrijfsmatig is, prostitutie aanbiedt die op een andere plaats dan in de bedrijfsruimte wordt uitgeoefend;
gebeurtenis, gericht op een groot publiek, met betrekking tot kunst, sport, ontspanning, cultuur, thematische markten en andere vertoningen, zoals opgenomen in de evenementenkalender van de gemeente Gouda;
gronden waarop evenementen plaatsvinden;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
een gebouw, dat op een perceel door zijn constructie of afmetingen als het belangrijkste gebouw valt aan te merken;
een bedrijf, dat in zijn algemeenheid is gericht op het verstrekken van nachtverblijf, op het ter plaatse nuttigen van voedsel en dranken, en/of het exploiteren van zaalaccommodatie; onder horecabedrijf wordt mede verstaan een afhaal- of bezorgcentrum.
In dit plan worden de volgende categorieën van horecabedrijven onderscheiden, waarbij tevens het bepaalde in artikel 1.32 in acht dient te worden genomen:
horeca van categorie 1:
Lichte horeca (daghoreca)
Dit betreft horeca-inrichtingen, waarbij de exploitatie hoofdzakelijk gericht is op het overdag bereiden en verstrekken van (eenvoudige) etenswaren en/of licht- of niet-alcoholhoudende dranken, waarvan de exploitatie aansluit bij winkel- en centrumvoorzieningen en voornamelijk gericht is op het winkelend publiek, recreanten en toeristen, omliggende kantoren of andere bedrijven en de buurt. De openingstijden liggen tussen 06:00 uur en 22.00 uur. Het aanbieden van entertainment maakt geen onderdeel uit van de exploitatie. Horecavormen die onder deze categorie vallen zijn bijvoorbeeld: lunchroom/broodjeszaak, cafetaria/snackbar, koffieconcept, automatiek, tearoom, ijssalon, zalencentrum (gericht op organisatie van zakelijke bijeenkomsten, congressen en seminars), en/of een naar de aard en invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen horecabedrijf.
horeca van categorie 2:
Middelzware horeca (avondhoreca)
Dit betreft horeca-inrichtingen met een in het algemeen hoge bezoekersfrequentie gedurende de avond, waarbij de exploitatie onder andere gericht is op:
De openingstijden liggen tussen 06:00 en 00:00 uur. De exploitatie voorziet in sommige gevallen ook in het aanbieden van vormen van lichte entertainment. Horecavormen die binnen deze categorie vallen zijn bijvoorbeeld: restaurant, bistro, (grand)café, bierhuis, proeflokaal, en/of een naar aard en de invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen horecabedrijf.
horeca van categorie 3:
Zware horeca (nachthoreca)
Dit betreft horeca-inrichtingen, waarbij de exploitatie onder andere gericht is op:
Horecavormen die binnen deze categorie vallen, zijn bijvoorbeeld: dancing, club, discotheek, partycentrum (waarbij het regulier gebruik gericht is op het organiseren van feesten en muziek-/dansevenementen), speelautomatencasino.
horeca van categorie 4:
Afhaal- en bezorgzaken
Afhaalcentrum of bezorgcentrum: de voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waar anders dan om niet uitsluitend voor gebruik elders dan ter plaatse in hoofdzaak ter plekke bereide en voor directe consumptie geschikte eetwaren en dranken plegen te worden verstrekt. Deze horeca-inrichtingen hebben doorgaans een keuken en toonbank (straatverkoop). In sommige gevallen is er in beperkte mate een fysieke wachtruimte waar (tijdens het wachten) dranken en etenswaren genuttigd kunnen worden, maar ter plaatse nuttigen is zeer ondergeschikt aan de hoofdfunctie van de inrichting. Horecavormen die binnen deze categorie vallen zijn bijvoorbeeld: afhaalpizzeria, shoarma/grillroom, afhaalrestaurant en/of een naar aard en de invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen horecabedrijf.
horeca van categorie 5:
Hotels
Dit betreft inrichtingen, die gericht zijn op het verstrekken van nachtverblijf met als nevenactiviteiten het verstrekken van maaltijden of dranken voor gebruik ter plaatse. Hotels zijn feitelijk 24 uur per dag geopend en vormen daarmee een eigen categorie.
de in dit plan voorkomende horecacategorieën dienen zover voorkomend in de betreffende artikelen van de onderliggende bestemmingsplannen volgens de onderstaande tabel te worden gelezen en geldt in plaats daarvan de horecacategorie, zoals aangegeven in artikel 1.31:
categorie volgens de herziene bestemmingsplannen | categorie volgens deze herziening | ||
was | Artikel | wordt | Artikel |
Binnenstad West | 1.35 | Partiële herziening binnenstad Gouda | 1.31 |
Binnenstad Oost | 1.41 | ||
Veegplan 2020 | 1.39 | ||
Veegplan 2016 | 1.40 | ||
Veegplan 2013 | 1.37 | ||
Voormalig weeshuiscomplex | 1.31 | ||
horeca, categorie I, resp. 1* | horeca van categorie 1 | ||
horeca, categorie II, resp. 2* | horeca van categorie 2 | ||
horeca, categorie III, resp. 3* | horeca van categorie 2 | ||
horeca, categorie IV, resp. 4* | horeca van categorie 3 | ||
horeca, categorie V, resp. 5* | horeca van categorie 5 | ||
* Voormalig weeshuiscomplex |
ondergeschikte kamerverhuur op niet professionele basis. De hoofdbewoner is de verhuurder van de kamer(s) en is woonachtig op het adres en is ingeschreven in de gemeentelijke basis administratie;
een huishouden bestaat uit één of meer personen die op hetzelfde adres wonen en een economisch-consumptieve eenheid vormen. Van een huishouden is slechts sprake indien er bloedverwantschap, huwelijksbinding of een daaraan in intensiteit en continuïteit gelijk te stellen mate van binding tussen de bewoners is. Ook mantelzorg-relatie kan worden aangemerkt als een huishouden;
het verhuren van onzelfstandige woonruimte. Voor de toepassing van deze regels wordt het bewonen van zelfstandige woonruimte door meer dan één huishouden eveneens als kamerbewoning/kamerverhuur beschouwd;
alle vormen van logies/ verhuur met commerciële doeleinden van de gehele woning voor kortdurend, toeristisch verblijf aan derden;
een aan de hoofdfunctie ondergeschikte functie, die ten hoogste 20% van de netto vloeroppervlakte van de hoofdfunctie in beslag neemt;
horeca met een ruimtebeslag van maximaal 20 % van het netto vloeroppervlak van het voor klanten toegankelijke deel van de winkel;
horeca die ondersteunend is aan de hoofdfunctie;
woonruimte die geen eigen toegang heeft en die niet door een huishouden kan worden bewoond, zonder dat dit daarbij afhankelijk is van wezenlijke voorzieningen buiten die woonruimte, waarbij keuken, toilet en badkamer als wezenlijke voorzieningen worden aangemerkt;
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
voorzieningen ter zake van recreatie binnen gebouwen, zoals fitness-, bowling, snooker- en biljartcentra, sauna's, ballet-, dans- en sportscholen en daarmee naar de aard vergelijkbare voorzieningen, onder recreatieve voorzieningen is hier geen horeca, seksinrichting of speelautomatenhal begrepen
de naar de weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, de gevel waarin de voordeur is gesitueerd;
de aan de zijde van de bestemming 'Verkeer' of 'Verkeer - verblijf' gelegen bouwgrens, met dien verstande dat op hoeksituaties sprake kan zijn van twee of drie voorgevelrooilijnen;
het duurzaam gehuisvest zijn in een woning of wooneenheid conform de onderhavige begripsbepaling;
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden;
een complex van ruimten, dat blijkens zijn indeling en inrichting bestemd is voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden;
een woonboot niet (van origine) bedoeld om te varen, niet zijnde een woonschip;
schepen en drijvende bouwwerken, daaronder begrepen objecten te water, die hoofdzakelijk worden gebruikt als, of te oordelen naar zijn constructie of inrichting uitsluitend zijn bedoeld voor het gebruik als woning; een woonschip, een woonvaartuig en een woonark worden aangemerkt als woonboot;
een woonboot die herkenbaar is als een van origine varend schip waarbij de oorspronkelijke contouren en kenmerken van het casco-met-opbouw niet wezenlijk verloren zijn gegaan;
een woonboot bestaande uit een casco van een van origine varend schip waarop een niet-authentieke opbouw is geplaatst;
Voor het overige blijven de begrippen, voor zover van toepassing van de vastgestelde onderliggende bestemmingsplannen, zoals begrepen in deze herziening, onverminderd van kracht;
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
vanaf het dichtst bij de perceelsgrens gelegen punt van het gebouw tot die perceelsgrens op 1 m boven peil en haaks op de perceelsgrens.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een ander bouwwerk, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, vlaggenmasten, bewassings-, luchtbehandelings- en liftinstallaties en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
de oppervlakte gemeten op vloerniveau, langs de buitenomtrek van de opgaande scheidingsconstructies die de desbetreffende ruimte of groep van ruimten omhullen.
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
buitenwerks en boven peil.
vanaf het peil tot aan de (wieken)as van de windturbine.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
binnenwerks, met dien verstande, dat de totale vloeroppervlakte van ruimten welke rechtstreeks ten dienste staan van de detailhandelsactiviteiten en voor publiek toegankelijk zijn worden opgeteld; kantoren, magazijnen en overige dienstruimten worden hieronder niet begrepen.
De verhouding tussen dit bestemmingsplan en de op de locatie van dit plan geldende andere bestemmingsplannen, voor zover die zijn opgenomen in artikel 1.3, is als volgt:
De gemarkeerde tekstdelen zijn gewijzigd en/of toegevoegd.
De doorgehaalde tekst is vervallen.
De niet-gemarkeerde tekst is onveranderd, maar wordt vanwege de leesbaarheid getoond.
Raadpleeg ook de Algemene regels!
Artikel 3 Centrum - 1 van het bestemmingsplan Binnenstad Oost wordt als volgt gewijzigd:
3.1 Bestemmingsomschrijving
3.1.1 Algemeen
De voor 'Centrum - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
3.2 Bouwregels
3.2.1 Algemeen
Op de 3.1 in bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd zoals hoofdgebouwen, bijbehorende bouwwerken en andere bouwwerken, met dien verstande dat:
gebouwen uitsluitend mogen worden gebouwd binnen de op de verbeelding aangegeven bouwvlakken;
3.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2.1 onder d. ten behoeve van het vergroten van het bedrijfsvloeroppervlak met ten hoogste 20% van de aldaar gegeven maat.
3.4 Specifieke gebruiksregels
3.4.1 Gebruiksverbod
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik van gebouwen en gronden voor seksinrichtingen.
3.4.2 Toegangen en bergingen
Bij wonen behorende toegangen en bergingen zijn tevens onder de begane grondlaag, in onderhuizen en kelders, toegestaan.
3.4.3 Ondergeschikte horeca
Voor ondergeschikte horeca gelden de volgende eisen:
3.4.4 Ondersteunende horeca
Voor ondersteunende horeca gelden de volgende eisen:
3.5 Afwijken van de gebruiksregels
3.5.1 Niet-woonfuncties naar hogere bouwlagen
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 3.1.1 sub b voor zover betreft bij niet-woonfuncties behorende werkplaatsen en praktijk-, kantoor- en opslagruimten, ten behoeve van het vestigen daarvan op de eerste en hogere verdiepingen in het betreffende gebouw, mits ruimte voor ten minste één woning met een oppervlakte die voldoet aan het gemeentelijk woonbeleid aanwezig blijft, waarbij de kapverdieping niet wordt meegerekend, tenzij wordt aangetoond dat de realisatie van een woning op de eerste en hogere verdiepingen fysiek niet tot de mogelijkheden behoort. Hiervan is sprake als:
In die gevallen kan omgevingsvergunning worden verleend voor het gebruik van de volledige oppervlakte van de eerste en hogere verdiepingen ten behoeve van niet-woonfuncties.
3.5.2 andere hoofdingang
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.2.1 onder c. ten behoeve van een hoofdingang die anders dan direct vanuit de openbare ruimte bereikbaar is, in gevallen dat directe bereikbaarheid binnen de betreffende bebouwing fysiek redelijkerwijs niet mogelijk is of de bruikbaarheid van andere ruimten binnen de betreffende bebouwing in wezenlijke mate zou verminderen.
3.5.3 onder begane grondlaag
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.1' voor zover betreft doeleinden die blijkens die bepaling niet onder de begane grondlaag zijn toegestaan, ten behoeve van het realiseren van die per geval op de begane grondlaag zijn toegestane doeleinden in de betreffende onderhuizen en kelders.
3.5.4 Horecabedrijven
3.5.5 Recreactieve voorzieningen
Het bevoegde gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.1.1 onder a ten behoeve van het toestaan van recreatieve voorzieningen, onder de volgende voorwaarden;
De gemarkeerde tekstdelen zijn gewijzigd en/of toegevoegd.
De doorgehaalde tekst is vervallen.
De niet-gemarkeerde tekst is onveranderd, maar wordt vanwege de leesbaarheid getoond.
Raadpleeg ook de Algemene regels!
Artikel 4 Centrum - 2 van het bestemmingsplan Binnenstad Oost wordt als volgt gewijzigd:
4.1 Bestemmingsomschrijving
4.1.1 Algemeen
De voor 'Centrum - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
4.2 Bouwregels
4.2.1 Algemeen
Op de in 4.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd zoals hoofdgebouwen, bijbehorende bouwwerken en andere bouwwerken, met dien verstande dat:
gebouwen uitsluitend mogen worden gebouwd binnen de op de verbeelding aangegeven bouwvlakken;
4.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2.1 onder d. ten behoeve van het vergroten van het bedrijfsvloeroppervlak met ten hoogste 20% van de aldaar gegeven maat.
4.4 Specifieke gebruiksregels
4.4.1 Gebruiksverbod
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik van gebouwen en gronden voor seksinrichtingen.
4.4.2 Toegangen en bergingen
Bij wonen behorende toegangen en bergingen zijn tevens onder de begane grondlaag, in onderhuizen en kelders, toegestaan.
3.4.3 Ondersteunende horeca
Voor ondersteunende horeca gelden de volgende eisen:
4.5 Afwijken van de gebruiksregels
4.5.1 Horecabedrijven
4.5.2 Recreatieve voorzieningen
Het bevoegde gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.1.1. onder a ten behoeve van het toestaan van recreatieve voorzieningen, onder de volgende voorwaarden;
Artikel 6 Centrum - Binnenstad West 1
De gemarkeerde tekstdelen zijn gewijzigd en/of toegevoegd.
De doorgehaalde tekst is vervallen.
De niet-gemarkeerde tekst is onveranderd, maar wordt vanwege de leesbaarheid getoond.
Raadpleeg ook de Algemene regels!
Artikel 3 Centrum - 1 van het bestemmingsplan Binnenstad West wordt als volgt gewijzigd:
3.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Centrum - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
3.2 Bouwregels
Op de in lid 3.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande dat:
3.3 Specifieke gebruiksregels
3.3.1 Gebruiksverbod
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik van gebouwen en gronden voor seksinrichtingen.
3.3.2 Toegangen en bergingen
Bij wonen behorende toegangen en bergingen zijn tevens onder de begane grondlaag in onderhuizen en kelders, toegestaan.
3.3.3 Ondergeschikte horeca
Voor ondergeschikte horeca gelden de volgende eisen:
3.4 Afwijken van de gebruiksregels
3.4.1 Niet-woonfuncties naar hogere bouwlagen
Het bevoegd gezag kan, met inachtneming van het bepaalde in artikel 15.3.6 van het bestemmingsplan Binnenstad West. bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.1 onder b. voor zover betreft bij niet-woonfuncties behorende werkplaatsen en praktijk-, kantoor- en opslagruimten, ten behoeve van het vestigen daarvan op de eerste en hogere verdiepingen in het betreffende gebouw, mits ruimte voor ten minste één woning met een oppervlakte die voldoet aan het gemeentelijk woonbeleid aanwezig blijft, waarbij de kapverdieping niet wordt meegerekend, tenzij wordt aangetoond dat de realisatie van een woning op de eerste en hogere verdiepingen fysiek niet tot de mogelijkheden behoort. Hiervan is sprake als:
In die gevallen kan omgevingsvergunning worden verleend voor het gebruik van de volledige oppervlakte van de eerste en hogere verdiepingen ten behoeve van niet-woonfuncties.
3.4.2 Andere hoofdingang
Het bevoegd gezag kan, met inachtneming van het bepaalde in artikel 15.3.6 van het bestemmingsplan Binnenstad West, en na advies te hebben ingewonnen van de Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit, bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.2 onder c. ten behoeve van een hoofdingang die anders dan direct vanuit de openbare ruimte bereikbaar is, in gevallen dat directe bereikbaarheid binnen de betreffende bebouwing fysiek redelijkerwijs niet mogelijk is of de bruikbaarheid van andere ruimten binnen de betreffende bebouwing in wezenlijke mate zou verminderen.
3.4.3 Onder begane grondlaag
Het bevoegd gezag kan, met inachtneming van het bepaalde in artikel 15.3.6 van het bestemmingsplan Binnenstad West, bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.1 voor het toestaan van het op de begane grondlaag toegelaten gebruik in onderhuizen en kelders.
3.4.4 Horecabedrijven
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.1 onder onder a sub 7, 8 en 9 voor een hogere categorie onder de voorwaarden dat:
3.4.5 Recreatieve voorzieningen
Het bevoegde gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.1 onder a ten behoeve van het toestaan van recreatieve voorzieningen, onder de volgende voorwaarden;
De gemarkeerde tekstdelen zijn gewijzigd en/of toegevoegd.
De doorgehaalde tekst is vervallen.
De niet-gemarkeerde tekst is onveranderd, maar wordt vanwege de leesbaarheid getoond.
Raadpleeg ook de Algemene regels!
Artikel 5 Gemengd van het bestemmingsplan Binnenstad Oost wordt als volgt gewijzigd:
5.1 Bestemmingsomschrijving
5.1.1 Algemeen
5.2 Bouwregels
5.2.1 Algemeen
Op de in lid 5.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, zoals hoofdgebouwen, bijbehorende bouwwerken en andere bouwwerken, met dien verstande dat:
5.3 Specifieke gebruiksregels
5.3.1 Gebruiksverbod
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik van gebouwen en gronden voor:
5.3.2 Toegangen en bergingen
Bij wonen behorende toegangen en bergingen zijn tevens onder de begane grondlaag, in onderhuizen en kelders, toegestaan.
5.4 Afwijken van de gebruiksregels
5.4.1 Niet-woonfuncties naar hogere bouwlagen
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning, met inachtneming van het bepaalde in artikel 17.3.6 van het bestemmingsplan Binnenstad Oost, afwijken van het bepaalde in lid 5.1.1 onder b.:
5.4.2 Andere hoofdingang
Het bevoegd gezag kan, met inachtneming van het bepaalde in artikel 17.3.6 van het bestemmingsplan Binnenstad Oost, en na advies te hebben ingewonnen van de Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit, bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.1 onder b. ten behoeve van een hoofdingang die anders dan direct vanuit de openbare ruimte bereikbaar is, in gevallen dat directe bereikbaarheid binnen de betreffende bebouwing fysiek redelijkerwijs niet mogelijk is of de bruikbaarheid van andere ruimten binnen de betreffende bebouwing in wezenlijke mate zou verminderen.
5.4.3 Onder begane grondlaag
Het bevoegd gezag kan, met inachtneming van het bepaalde in artikel 17.3.6 van het bestemmingsplan Binnenstad Oost, bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.1 voor zover betreft doeleinden die blijkens die bepaling niet onder de begane grondlaag zijn toegestaan, ten behoeve van het realiseren van die per geval op de begane grondlaag zijn toegestane doeleinden in de betreffende onderhuizen en kelders.
5.4.4 Horecabedrijven
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 5.1 onder a. 9 en/of a. 10 onder de voorwaarden dat:
5.4.5 Parkeren op begane grondlaag
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning, met inachtneming van het bepaalde in artikel 17.3.6 van het bestemmingsplan Binnenstad Oost afwijken van het bepaalde in lid 5.1.1 onder a., ten behoeve van het toestaan van parkeervoorzieningen ten behoeve van in het pand gevestigde functies op de begane grondlaag in het betreffende gebouw.
5.4.6 Recreatieve voorzieningen
Het bevoegde gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.1.1 onder a ten behoeve van het toestaan van recreatieve voorzieningen, onder de volgende voorwaarden;
De gemarkeerde tekstdelen zijn gewijzigd en/of toegevoegd.
De doorgehaalde tekst is vervallen.
De niet-gemarkeerde tekst is onveranderd, maar wordt vanwege de leesbaarheid getoond.
Raadpleeg ook de Algemene regels!
Artikel 4 Gemengd van het bestemmingsplan Binnenstad West wordt als volgt gewijzigd:
4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Gemengd - Binnenstad West' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
4.2 Bouwregels
Op de in lid 4.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande dat:
4.3 Specifieke gebruiksregels
4.3.1 Uitsterfregeling autosloperij
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf – autosloperij' geldt dat indien het gebruik ten behoeve van een autosloperij duurzaam is beëindigd, de desbetreffende gronden en bouwwerken na de beëindiging niet meer mogen worden gebruikt ten behoeve van een autosloperij.
4.3.2 Gebruiksverbod
Tot een strijdig gebruik met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik van gebouwen en gronden voor:
4.3.3 Toegangen en bergingen
Bij wonen behorende toegangen en bergingen zijn tevens onder de begane grondlaag in onderhuizen en kelders toegestaan.
4.3.4 Beroepsmatige en bedrijfsmatige activiteiten
Onder strijdig gebruik wordt niet verstaan het medegebruik van woningen en/of bijgebouwen als praktijkruimte voor beroepsmatige activiteiten en bedrijfsmatige activiteiten uit de Staat van Bedrijfsactiviteiten, die als bijlage 1 is opgenomen bij deze regels, en daarin zijn aangeduid als milieucategorie 1, mits:
4.3.5 Oppervlakte detailhandel
4.4 Afwijken van de gebruiksregels
4.4.1 Niet-woonfuncties naar hogere bouwlagen
Het bevoegd gezag kan, met inachtneming van het bepaalde in artikel 15.3.6 van het bestemmingsplan Binnenstad West, bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.1 onder b. voor zover betreft bij niet-woonfuncties behorende werkplaatsen en praktijk-, kantoor- en opslagruimten, ten behoeve van het vestigen daarvan op de eerste en hogere verdiepingen in het betreffende gebouw, mits ruimte voor ten minste één woning met een oppervlakte die voldoet aan het gemeentelijk woonbeleid aanwezig blijft, waarbij de kapverdieping niet wordt meegerekend, tenzij wordt aangetoond dat de realisatie van een woning op de eerste en hogere verdiepingen fysiek niet tot de mogelijkheden behoort. Hiervan is sprake als:
In die gevallen kan omgevingsvergunning worden verleend voor het gebruik van de volledige oppervlakte van de eerste en hogere verdiepingen ten behoeve van niet-woonfuncties.
4.4.2 Andere hoofdingang
Het bevoegd gezag kan, met inachtneming van het bepaalde in artikel 15.3.6 van het bestemmingsplan Binnenstad West, en na advies te hebben ingewonnen van de Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit, bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid onder d. ten behoeve van een hoofdingang die anders dan direct vanuit de openbare ruimte bereikbaar is, in gevallen dat directe bereikbaarheid binnen de betreffende bebouwing fysiek redelijkerwijs niet mogelijk is of de bruikbaarheid van andere ruimten binnen de betreffende bebouwing in wezenlijke mate zou verminderen.
4.4.3 Onder begane grondlaag
Het bevoegd gezag kan, met inachtneming van het bepaalde in artikel 15.3.6 van het bestemmingsplan Binnenstad West, bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.1 voor het toestaan van het op de begane grondlaag toegelaten gebruik in onderhuizen en kelders.
4.4.4 Horecabedrijven
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.1 onder a sub 10, 11, 12 en 13 onder de voorwaarden dat:
4.4.5 Parkeren op begane grondlaag
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning, met inachtneming van het bepaalde in artikel 15.3.6, afwijken van het bepaalde in lid 4.1 onder i, ten behoeve van het toestaan van parkeervoorzieningen ten behoeve van in het pand gevestigde functies op de begane grondlaag (en buiten gebouwen) in het betreffende gebouw.
4.4.6 Bedrijfsmatige activiteiten
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.3.4 ten behoeve van het medegebruik van woningen en/of bijgebouwen voor bedrijfsmatige activiteiten uit de Staat van Bedrijfsactiviteiten, die als bijlage 1 is opgenomen bij deze regels, en daarin zijn aangeduid als milieucategorie 2 mits:
4.4.7 Recreatieve voorzieningen
Het bevoegde gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 4.1 onder a ten behoeve van het toestaan van recreatieve voorzieningen, onder de volgende voorwaarden;
4.5 Wijzigingsbevoegdheid
4.5.1 Afvoeren aanduiding autosloperij
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen in die zin dat de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - autosloperij' wordt afgevoerd, onder de voorwaarde dat de bestaande bedrijfsactiviteiten ter plaatse duurzaam zijn beëindigd.
De gemarkeerde tekstdelen zijn gewijzigd en/of toegevoegd.
De doorgehaalde tekst is vervallen.
De niet-gemarkeerde tekst is onveranderd, maar wordt vanwege de leesbaarheid getoond.
Raadpleeg ook de Algemene regels!
Tevens wordt aan Artikel 5 Groen lid 5.1 van het bestemmingsplan Binnenstad West toegevoegd:
5.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
5.2 Bouwregels
Op de in lid 5.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend andere bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande dat:
5.3 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik van de gronden als parkeerplaats.
De gemarkeerde tekstdelen zijn gewijzigd en/of toegevoegd.
De niet-gemarkeerde tekst is onveranderd, maar wordt vanwege de leesbaarheid getoond.
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de in lid 10.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande, dat:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid:
De gemarkeerde tekstdelen zijn gewijzigd en/of toegevoegd.
De niet-gemarkeerde tekst is onveranderd, maar wordt vanwege de leesbaarheid getoond.
Artikel 9 Tuin lid 9.2.2 van het bestemmingsplan Binnenstad Oost wordt als volgt gewijzigd:
9.2.2 Bestaande gedeelten van hoofdgebouwen en bijbehorende bouwwerken
In afwijking van het bepaalde in lid 9.2.1 zijn tevens bestaande gedeelten van hoofdgebouwen en bijbehorende bouwwerken, waaronder overkappingen met een gesloten constructie, toegestaan, waarbij in bestaande gedeelten van hoofdgebouwen zijn toegestaan de functies die in het betreffende hoofdgebouw zijn toegestaan, met dien verstande dat:
De voor 'Tuin - Erf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de in lid 12.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, zoals luifels, technische installaties, overkappingen met een open constructie en erfafscheidingen, met dien verstande dat:
In afwijking van het in lid 12.2 bepaalde zijn tevens bestaande gedeelten van hoofdgebouwen en bijbehorende bouwwerken, waaronder overkappingen met een gesloten constructie, toegestaan, waarbij in bestaande gedeelten van hoofdgebouwen zijn toegestaan de functies die in het betreffende hoofdgebouw zijn toegestaan, met dien verstande dat:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te doen uitvoeren:
Het bepaalde in lid 12.3 is niet van toepassing op het uitvoeren van werken en werkzaamheden:
in het kader van het onderhoud of beheer, van geringe betekenis
Een omgevingsvergunning als bedoeld in lid 12.3, wordt slechts verleend indien door de werken en werkzaamheden geen schade kan ontstaan aan waardevolle beplanting.
De gemarkeerde tekstdelen zijn gewijzigd en/of toegevoegd.
De niet-gemarkeerde/-doorgehaalde tekst is onveranderd, maar wordt vanwege de leesbaarheid getoond.
Artikel 10 Tuin - Erf lid 10.2.2 van het bestemmingsplan Binnenstad Oost wordt als volgt gewijzigd:
10.2.2 Bestaande gedeelten van hoofdgebouwen en bijbehorende bouwwerken
In afwijking van het bepaalde in lid 10.2.1 zijn tevens bestaande gedeelten van hoofdgebouwen en bijbehorende bouwwerken, waaronder overkappingen met een gesloten constructie, toegestaan, waarbij in bestaande gedeelten van hoofdgebouwen zijn toegestaan de functies die in het betreffende hoofdgebouw zijn toegestaan, met dien verstande dat:
tevens wordt aan Artikel 10 Tuin - Erf van het bestemmingsplan Binnenstad Oost het volgende lid toegevoegd:
10.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te doen uitvoeren:
10.4.1 Uitzondering
Het bepaalde in lid 10.4 is niet van toepassing op het uitvoeren van werken en werkzaamheden:
in het kader van het onderhoud of beheer, van geringe betekenis.
10.4.2 Voorwaarden
Een omgevingsvergunning als bedoeld in lid 10.4, wordt slechts verleend indien door de werken en werkzaamheden geen schade kan ontstaan aan waardevolle beplanting.
Aan Artikel 8 Tuin - Erf van het bestemmingsplan Binnenstad West het volgende lid toegevoegd:
8.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te doen uitvoeren:
8.4.1 Uitzondering
Het bepaalde in lid 8.4 is niet van toepassing op het uitvoeren van werken en werkzaamheden:
in het kader van het onderhoud of beheer, van geringe betekenis.
8.4.2 Voorwaarden
Een omgevingsvergunning als bedoeld in lid 8.4, wordt slechts verleend indien door de werken en werkzaamheden geen schade kan ontstaan aan waardevolle beplanting.
De gemarkeerde tekstdelen zijn gewijzigd en/of toegevoegd.
De niet-gemarkeerde tekst is onveranderd, maar wordt vanwege de leesbaarheid getoond.
tevens wordt aan Artikel 10 Verkeer - Verblijf van het bestemmingsplan Binnenstad West toegevoegd:
10.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer - Verblijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede voor:
10.2 Bouwregels
10.2.1 Algemeen
Op de in lid 10.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend andere bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande dat:
10.2.2 Gebouwen
In afwijking van het in lid 10.2.1 zijn tevens toegestaan:
10.2.3 Stoepenzone
Ter plaatse van aanduiding 'cultuurhistorische waarden' mogen uitsluitend andere bouwwerken worden gebouwd ten dienste van stoepen, zoals bordessen, hekwerken en trappen, waarvan de hoogte niet meer mag bedragen dan 1 m.
10.3 Afwijken van de bouwregels
10.3.1 Stoepenzone
Het bevoegd gezag kan, met inachtneming van het bepaalde in artikel 15.3.6 van het bestemmingsplan Binnenstad West, bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 10.2.3 ten behoeve van het op gronden met de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' bouwen van andere bouwwerken, zoals luifels, palen en windschermen, tot een bouwhoogte gelijk aan de hoogte van de begane grondlaag van het betreffende hoofdgebouw.
10.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
10.4.1 Vergunningplicht
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden) op gronden ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' de navolgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te doen uitvoeren:
10.4.2 Uitzondering
Het in lid 10.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden, die:
10.4.3 Toelaatbaarheid
De werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden als bedoeld in lid 10.4.1, zijn slechts toelaatbaar indien door de werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen voor de waardevolle stoepenzone, welke het plan beoogt te beschermen:
10.4.4 Beoordeling
De beoordeling van de toelaatbaarheid van in lid 10.4.1 bedoelde werken en werkzaamheden geschiedt met inachtneming van het bepaalde in artikel 15.3.6 van het bestemmingsplan Binnenstad West.
De gemarkeerde tekstdelen zijn gewijzigd en/of toegevoegd.
De doorgehaalde tekst is vervallen.
De niet-gemarkeerde tekst is onveranderd, maar wordt vanwege de leesbaarheid getoond.
Raadpleeg ook de Algemene regels!
Artikel 13 Water van het bestemmingsplan Binnenstad Oost wordt als volgt gewijzigd:
13.1 Bestemmingsomschrijving
13.1.1 Algemeen
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
13.2 Bouwregels
13.2.1 Gebouwen
Op de in lid 13.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'woonschepenligplaats' en/of 'specifieke vorm van wonen - woonboot'; gebouwen worden gebouwd, met dien verstande dat uitsluitend gebouwen in de vorm van woonschepen en/of woonboten zijn toegestaan.
13.2.2 Andere bouwwerken
Op de in lid 13.1 bedoelde gronden mogen andere bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande dat:
13.2.3 Bruggen
Op de gronden met de aanduiding 'brug' geldt dat:
13.3 Specifieke gebruiksregels
Ter plaatse van de aanduiding 'woonschepenligplaats' en/of 'specifieke vorm van wonen - woonboot'; geldt dat:de gronden tevens gebruikt mogen worden als woonschepenligplaats en/of woonbotenligplaats, met dien verstande dat:
De gemarkeerde tekstdelen zijn gewijzigd en/of toegevoegd.
De doorgehaalde tekst is vervallen.
De niet-gemarkeerde tekst is onveranderd, maar wordt vanwege de leesbaarheid getoond.
Raadpleeg ook de Algemene regels!
Artikel 11 Water van het bestemmingsplan Binnenstad West wordt als volgt gewijzigd:
11.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
11.2 Bouwregels
11.2.1 Gebouwen
Op de in lid 11.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'woonschepenligplaats' en/of 'specifieke vorm van wonen - woonboot' gebouwen worden gebouwd, met dien verstande dat:
11.2.2 Andere bouwwerken
Op de in lid 11.1 bedoelde gronden mogen andere bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande dat:
11.2.3 Bruggen
Op de gronden met de aanduiding 'brug' geldt dat:
11.3 Specifieke gebruiksregels
11.3.1 Aanlegsteigers
Ter plaatse van de aanduiding 'aanlegsteigers' geldt dat alleen aanlegsteigers ten behoeve van openbaar gebruik zijn toegestaan en dat een gebruik ten behoeve van een terras niet is toegestaan.
11.3.2 Woonschepenligplaats
Ter plaatse van de aanduiding 'woonschepenligplaats' en/of 'specifieke vorm van wonen - woonboot' geldt dat de gronden tevens gebruikt mogen worden als woonschepenligplaats en/of woonbotenligplaats; met dien verstande dat:
11.3.1 Steigers
Ter plaatse van de aanduiding 'steigers' geldt dat alleen steigers ten behoeve van openbaar gebruik zijn toegestaan en dat een gebruik ten behoeve van een terras niet is toegestaan.
11.4 Afwijken van de gebruiksregels
11.4.1 Bruggen
Het bevoegd gezag kan, met inachtneming van het bepaalde in lid 15.3.6 en na advies te hebben ingewonnen van de Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit, bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 11.1 onder e., ten behoeve van het bouwen van bruggen, op gronden die niet zijn voorzien met de aanduiding 'brug', daar waar daaraan behoefte bestaat ter bewerkstelliging van een aanmerkelijke verbetering van de bereikbaarheid van delen van het plangebied voor voetgangers- en fietsverkeer.
11.4.2 Medegebruik woonschepen
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 11.3 onder a ten behoeve van het medegebruik van een woonschip en/of woonboot voor bedrijfsmatige activiteiten die in de van deze regels deel uitmakende Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn aangeduid als categorie 2, mits:
De gemarkeerde tekstdelen zijn gewijzigd en/of toegevoegd.
De doorgehaalde tekst is vervallen.
De niet-gemarkeerde tekst is onveranderd, maar wordt vanwege de leesbaarheid getoond.
Raadpleeg ook de Algemene regels!
Artikel 14 Water van het bestemmingsplan Nieuwe Park Wonen wordt als volgt gewijzigd:
14.1 Bestemmingsomschrijving
14.1.1 De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
14.2 Bouwregels
14.2.1
Op de in lid 14.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend andere bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande, dat de hoogte niet meer mag bedragen dan 5 m.
14.2.2
Op de gronden met de aanduiding 'woonschepenligplaats' en/of 'specifieke vorm van wonen - woonboot', geldt dat:
De gemarkeerde tekstdelen zijn gewijzigd en/of toegevoegd.
De niet-gemarkeerde tekst is onveranderd, maar wordt vanwege de leesbaarheid getoond.
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de in lid 19.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande dat:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid:
Onder strijdig gebruik wordt niet verstaan het medegebruik van woningen en/of bijgebouwen als praktijkruimte voor beroepsmatige activiteiten en bedrijfsmatige activiteiten die in de van deze regels deel uitmakende Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn aangeduid als categorie 1, mits:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid:
De voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor doeleinden ter bescherming en veiligstelling van de archeologische waarden.
Indien een omgevingsvergunning voor de activiteit archeologie (archeologievergunning) als bedoeld in de Verordening inzake monumenten en archeologie noodzakelijk is, mag het bouwen op de in lid 20.1 bedoelde gronden ten dienste van de andere daar voorkomende bestemming uitsluitend geschieden nadat burgemeester en wethouders omgevingsvergunning hebben verleend.
De voor 'Waarde - Beschermd Stadsgezicht' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor instandhouding van het beschermd stadsgezicht.
Voor het bouwen gelden, naast de regels ten aanzien van de betreffende bestemmingen krachtens andere artikelen van deze regels, de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen, met in achtneming van lid 21.3.5 bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 21.2, sub a met betrekking tot het overschrijden van de bouwgrens tot 1 m.
Burgemeester en wethouders kunnen, met in achtneming van lid 21.3.5 en na advies te hebben ingewonnen van de Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit, bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 21.2 onder e en f, ten behoeve van het bouwen tot een grotere bouwhoogte, met in achtneming van het bepaalde over bekapping, mits het beeld van de betreffende bebouwingswand, zoals onder meer tot uiting komt in de aanwezige afwisseling in (goot)hoogten en in de parcellering, wordt gerespecteerd of althans niet wezenlijk wordt aangetast en mits ten hoogste drie aan elkaar grenzende hoofdgebouwen dezelfde bouwhoogte krijgen.
Burgemeester en wethouders kunnen, met in achtneming van lid 21.3.5 en na advies te hebben ingewonnen van de Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit, bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 21.2 onder m. ten behoeve van het bouwen met een andere dakhelling of een platte afdekking.
Burgemeester en wethouders kunnen, met in achtneming van lid 21.3.5 en na advies te hebben ingewonnen van de Adviescommissie omgevingskwaliteit, bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 21.2 onder c, ten behoeve van het verbouwen van de eerste bouwlaag van zijdelings aan elkaar grenzende gebouwen.
Indien in deze regels wordt verwezen naar dit lid, toetsen burgemeester en wethouders alvorens de betreffende omgevingsvergunning wordt verleend, aan de toelichting, behorende bij de Beschikking tot aanwijzing van een beschermd stadsgezicht, nr. MMA/MO 196.974.1, ter voorkoming van onevenredige aantasting van de in die toelichting aangegeven kwaliteiten van de omgeving.
De gronden met de aanduiding 'overige zone - evenemententerrein Markt en Achter de Waag' zijn behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor evenemententerrein.
Het gebruik van de gronden ten behoeve van de aanduiding 'overige zone - evenemententerrein Markt en Achter de Waag' als bedoeld in lid 22.1 is uitsluitend toegestaan zolang de gronden met de aanduiding overige zone - evenemententerrein Markt en Achter de Waag'' worden gebruikt conform de voorschriften zoals opgenomen in Bijlage 3 Voorschriften Markt / Achter de Waag.
De gronden met de aanduiding 'overige zone - evenemententerrein Museumhaven' zijn behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor evenemententerrein.
Het gebruik van de gronden ten behoeve van de aanduiding 'overige zone - evenemententerrein Museumhaven' als bedoeld in lid 22.2 is uitsluitend toegestaan zolang de gronden met de aanduiding overige zone - evenemententerrein Museumhaven'' worden gebruikt conform de voorschriften zoals opgenomen in Bijlage 4 Voorschriften Museumhaven
De gronden met de aanduiding 'overige zone - evenemententerrein Houtmansplantsoen' zijn behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor evenemententerrein.
Het gebruik van de gronden ten behoeve van de aanduiding 'overige zone - evenemententerrein Houtmansplantsoen' als bedoeld in lid 22.3 is uitsluitend toegestaan zolang de gronden met de aanduiding overige zone - evenemententerrein Houtmansplantsoen'' worden gebruikt conform de voorschriften zoals opgenomen in Bijlage 5 Voorschriften Houtmansplantsoen
De gronden met de aanduiding 'overige zone - evenemententerrein Raam' zijn behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor evenemententerrein.
Het gebruik van de gronden ten behoeve van de aanduiding 'overige zone - evenemententerrein Raam' als bedoeld in lid 22.4 is uitsluitend toegestaan zolang de gronden met de aanduiding overige zone - evenemententerrein Raam'' worden gebruikt conform de voorschriften zoals opgenomen in Bijlage 6 Voorschriften Raam.
De gronden met de aanduiding 'overige zone - evenemententerrein Erasmusplein' zijn behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor evenemententerrein.
Het gebruik van de gronden ten behoeve van de aanduiding 'overige zone - evenemententerrein Erasmusplein' als bedoeld in lid 22.5 is uitsluitend toegestaan zolang de gronden met de aanduiding overige zone - evenemententerrein Erasmusplein'' worden gebruikt conform de voorschriften zoals opgenomen in Bijlage 7 Voorschriften Erasmusplein.
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 22.7.1 onder a. onder de voorwaarden dat:
Op de gronden gelegen binnen de aanduiding 'overige zone - waardevolle bomen' mag, in afwijking van het bepaalde in de daar voorkomende bestemming(en), niet worden gebouwd.
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 22.8.1 voor zover uit onderzoek gebleken is dat de instandhouding van de boom niet wordt bedreigd en nadat ter zake advies is ingewonnen bij een door bevoegd gezag aan te wijzen natuur- en landschapsdeskundige.
Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - molenbiotoop' mag, in afwijking van het bepaalde in de daar voorkomende bestemming(en), niet hoger worden gebouwd dan:
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 22.9.1 en toestaan dat hogere in de basisbestemming genoemde gebouwen en andere bouwwerken worden gebouwd, mits vooraf advies wordt ingewonnen van de beheerder van de molen.
Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - zijlen' mag, in afwijking van het bepaalde in de daar voorkomende bestemming(en), niet worden gebouwd, uitgezonderd ter plaatse van de met een bouwvlak aangewezen gronden.
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 22.10.1 en toestaan dat in de basisbestemming buiten het bouwvlak genoemde gebouwen en andere bouwwerken worden gebouwd, mits vooraf advies wordt ingewonnen van de Adviescommissie omgevingskwaliteit.
Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - stegen' mag, in afwijking van het bepaalde in de daar voorkomende bestemming(en), niet worden gebouwd.
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 22.11.1 en toestaan dat in de basisbestemming genoemde gebouwen en andere bouwwerken worden gebouwd, mits vooraf advies wordt ingewonnen van de Adviescommissie omgevingskwaliteit.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in deze regels ten behoeve van:
Een verboden gebruik is in ieder geval het gebruik:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen, indien de wijziging betrekking heeft op:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Burgemeester en wethouders kunnen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6, lid 1 onder a van de Wet ruimtelijke ordening, het bepaalde in 27.1 wijzigen indien nieuw gemeentelijk beleid inzake het aspect ‘parkeren’ is vastgesteld. De wijziging van het bepaalde in 27.1 en de tabel in Bijlage 1 is dan conform het nieuw gemeentelijk beleid inzake het aspect ‘parkeren’.
Onderstaande regels hebben betrekking op de bestemmingen die de functie wonen en/of woondoeleinden en/of woningen dan wel andere bestemmingen die zien op het mogelijk maken van de functie wonen in de betreffende bestemmingsomschrijvingen.
Het gebruik van een woning voor het verhuren van kamers ten behoeve van een bed & breakfast is toegestaan onder de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van artikel 27.3.1 sub b voor kamerverhuur of onzelfstandige woonruimte, mits:
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning eenmalig afwijken van het bepaalde in sublid 28.1.1 voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in sublid 28.1.1 met maximaal 10%.
Sublid 28.1.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder omgevingsvergunning en in strijd zijn met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in lid 28.2.1, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
Indien het gebruik, bedoeld in lid 28.2.1, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
Lid 28.2.1 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Deze regels worden aangehaald als 'Regels van het bestemmingsplan Partiële herziening binnenstad Gouda'.