direct naar inhoud van 4.3 spoorweglawaai
Plan: Kadebuurt, Kort Haarlem, Gouda Oost
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0513.1000BPKKG-DF01

4.3 spoorweglawaai

4.3.1 wettelijk kader

Bij de vaststelling of herziening van een bestemmingsplan dient op grond van artikel 4.1 van het Besluit geluidhinder (Bgh) iedere spoorlijn in beschouwing te worden genomen ter bepaling van de geluidsbelasting. Deze spoorwegen hebben een door de Minister vastgestelde zone, volgens artikel 1 van de Wet geluidhinder. Binnen deze zone dient een akoestisch onderzoek plaats te vinden. Volgens de artikelen 4.9 tot en met 4.12 van het Bgh bedraagt de voorkeursgrenswaarde dan wel de maximale hogere waarde niet meer dan:

  • 55 dB respectievelijk 68 dB voor woningen;
  • 53 dB respectievelijk 68 dB voor andere geluidgevoelige bestemmingen;
  • 55 dB respectievelijk 63 dB voor geluidsgevoelige terreinen.
4.3.2 uitgangspunten

De zone van de spoorlijn (traject 590) ter hoogte van het plangebied bedraagt 600 meter. Het plangebied valt binnen deze zone. De gevolgde rekenmethode voor het bepalen van de geluidsbelasting ten gevolge van het railverkeer is conform de Standaard Rekenmethode II van bijlage IV van het Reken- en meetvoorschrift geluidhinder 2006. Dit conform de artikelen 110d, 110e, 110f, eerste en tweede lid, 110g en artikel 110h van de Wet geluidhinder.

De berekeningen zijn uitgevoerd met Geonoise (versie 5.41). De berekening van de geluidsbelasting ten gevolge van het railverkeer is gebaseerd op de gegevens voor peiljaar 2004 (=het huidige jaar, 2007) en de prognose 2010-2015 (v 12) zoals opgenomen in ASWIN 2007. Berekend zijn de 55 dB-, 63 dB- en 68 dB-contouren op een hoogte van 5 meter ten opzichte van het plaatselijk maaiveld. In bijlage II zijn de invoergegevens van het beschouwde spoortraject opgenomen.

Langs het gehele traject binnen het bestemmingsplangebied zijn geluidschermen langs de spoorlijn aanwezig. In de akoestische modelvorming zijn deze geluidschermen meegenomen. Met behulp van een visuele inspectie is de hoogte van de geluidschermen langs het beschouwde traject grofmazig bepaald.

4.3.3 berekende geluidsbelasting

Op de onderstaande afbeeldingen zijn de berekende geluidscontouren weergegeven voor de peiljaren 2004 en 2010/2015.

afbeelding "i_NL.IMRO.0513.1000BPKKG-DF01_0014.jpg"

Afbeelding: geluidscontouren peiljaar 2004

afbeelding "i_NL.IMRO.0513.1000BPKKG-DF01_0015.jpg"

Afbeelding: geluidscontouren peiljaar 2010/2015

4.3.4 conclusie en advies
  • Uit de resultaten van het onderzoek blijkt dat de geluidbelasting ten gevolge van railverkeer voor minder dan 50% van het plangebied een hogere geluidbelasting heeft dan de voorkeurswaarde van 55 dB voor zowel peiljaar 2004 als 2010/2015.
  • Voor een klein deel van de noordzijde van het plangebied bedraagt de geluidbelasting hoger 63 dB. De geluidbelasting is in de situatie 2010/2015 toegenomen ten opzichte van de situatie 2004. Uitsluitend ter hoogte van de direct ten zuiden van de spoorlijn gelegen bebouwing bedraagt de berekende geluidbelasting meer dan de maximale ontheffingswaarde van 68 dB.