Zeil- en surfcentrum Brouwersdam

5.3 Verbeelding

Wettelijke vereisten

De Wro bepaalt dat ruimtelijke plannen digitaal en analoog beschikbaar moeten zijn. Hierbij vormt de inhoud van de digitale versie de beslissende versie. De digitalisering brengt met zich mee dat bestemmingsplannen digitaal uitwisselbaar en op vergelijkbare wijze gepresenteerd moeten worden. Met het oog hierop stellen de Wro en de onderliggende regelgeving eisen waaraan digitale en analoge plannen moeten voldoen. Zo bevat de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen (SVBP) bindende afspraken waarmee bij het maken van bestemmingsplannen rekening moet worden gehouden. De SVBP kent (onder meer) hoofdgroepen van bestemmingen, een lijst met functie- en bouwaanduidingen, gebiedsaanduidingen en een verplichte opbouw van de planregels.

Bestemmingsvlak en bouwvlak

In het voorliggende bestemmingsplan is voor het hele plangebied de bestemming 'Recreatie - Dagrecreatie' opgenomen. Het bestemmingsvlak geeft aan waar een bepaald gebruik is toegestaan. Het bouwvlak is een gebied dat op de verbeelding is aangeven waarvoor de mogelijkheden om gebouwen te bouwen in de regels zijn aangegeven. Binnen de bestemming 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' is een bouwvlak opgenomen waarbinnen de functieaanduidingen het gebruik bepalen voor het surfcentrum, de race-office en de ecolodges. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen buiten het bouwvlak worden gebouwd.

Aanduidingen

Op de digitale plankaart is gebruikgemaakt van de maatvoeringsaanduidingen 'maximale goothoogte' en 'maximale bouwhoogte', waarmee respectievelijk de maximale goot- en bouwhoogte van gebouwen is vastgelegd. Met de maatvoeringsaanduiding 'maximum oppervlakte' is het maximaal toegestane bebouwingsoppervlak van gebouwen en overkappingen geregeld. Tevens zijn vier functieaanduidingen opgenomen om het gebruik van de betreffende gronden vast te leggen voor de race-office, de waterjump, het surfcentrum en de ecolodges.