Plan: | Lagewaard 42, Koudekerk aan den Rijn |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0484.B141KKlagewaard42-VA01 |
In deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan Lagewaard 42, Koudekerk aan den Rijn met identificatienummer NL.IMRO.0484.B141KKlagewaard42-VA01 van de gemeente Alphen aan den Rijn
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlage
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden
een bijbehorend bouwwerk dat qua ligging een ruimtelijke eenheid vormt met de woning en waarin een gedeelte van de huishouding uit het oogpunt van mantelzorg gehuisvest is.
een afwijking van de verordening als bedoeld in art. 2.1, lid 1, onder c, van de Wabo juncto artikel 2.12, eerste lid, onder a, sub 1, van de Wabo.
een bedrijf, gericht op het continu en duurzaam voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of het houden van dieren, nader te onderscheiden in:
diverse vormen van onderzoek naar de archeologische waarden binnen het verordeningsgebied, uitgevoerd volgens de geldende versie van de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie.
in rapportvorm vervat verslag van een volgens de in de archeologische beroepsgroep gebruikelijke normen verricht archeologisch onderzoek, op basis waarvan een conclusie kan worden getrokken over de aanwezigheid van archeologische waarden.
de waarde die een gebied bezit op grond van de aldaar aanwezige archeologische resten.
een onderneming waarbij het accent ligt op het vervaardigen, bewerken, installeren of verhandelen van goederen dan wel op het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij detailhandel uitsluitend plaatsvindt als niet zelfstandig onderdeel van de onderneming in de vorm van verkoop c.q. levering van ter plaatse vervaardigde, bewerkte of herstelde goederen, dan wel goederen die in rechtstreeks verband staan met de uitgeoefende handelingen.
een in het plan aangegeven percentage dat de grootte van het in de regels aangegeven terrein aangeeft dat ten hoogste mag worden bebouwd
een duurzame organisatie van kapitaal en arbeid met het oogmerk om daarmee winst te behalen.
een complex van ruimten, geschikt en bestemd voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden van een persoon, wiens huisvesting daar gelet op de bestemming noodzakelijk is.
bij bouwwerken: een bouwwerk dat op het tijdstip dat de verordening rechtskracht heeft verkregen legaal bestaat of legaal wordt gebouwd, dan wel nadien kan worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning, tenzij in de regels anders is bepaald;
bij gebruik: het gebruik van grond en opstallen, zoals aanwezig op het tijdstip dat de verordening rechtskracht heeft verkregen.
afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen, die op het tijdstip dat de verordening rechtskracht heeft verkregen tot stand zijn gekomen of tot stand zullen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
de grens van een bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming
bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van een besluit ten aanzien van een aanvraag om een omgevingsvergunning of ten aanzien van een al verleende omgevingsvergunning
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk met een dak.
plaatsen, geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen, veranderen of vergroten van een bouwwerk.
de grens van een bouwvlak
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten
de grens van een bouwperceel
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct hetzij indirect steun vindt in of op de grond
de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarden gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis heeft gemaakt van dat bouwwerk of dat gebied
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt
een bouwwerk van glas of ander lichtdoorlatend materiaal ten behoeve van de agrarische bedrijfsvoering met een hoogte van 1,5 m of meer, trek-, tunnel-, schaduw-, boog- en gaaskassen daaronder begrepen.
een zodanige vormgeving en inpassing dat deze optimaal is afgestemd op bestaande dan wel nog te ontwikkelen ruimtelijke, natuurlijke en cultuurhistorische landschapskwaliteiten
een bedrijf dat uitsluitend of overwegend gericht is op het verlenen van diensten aan (agrarische) bedrijven met behulp van landbouwwerktuigen en landbouwapparatuur en/of op het verrichten van werkzaamheden tot onderhoud van landbouwwerktuigen of -apparatuur
het totaal van niet-agrarische functies die minder dan 50% van het inkomen van het betreffende bedrijf genereren en in ruimtelijk opzicht ondergeschikt zijn aan de hoofdfunctie op een bouwvlak
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie
een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden
een programma van eisen is een document, opgesteld conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie, waarin wordt aangegeven op welke wijze archeologisch onderzoek moet worden uitgevoerd. Een programma van eisen behoeft altijd goedkeuring door het college van burgemeester en wethouders.
de voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch/pornografische aard plaatsvinden
Onder seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf, alsmede een erotische massagesalon, een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater of parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar
de Staat van Bedrijfsactiviteiten die van deze regels deel uitmaakt.
de gevel van een gebouw, die is gekeerd naar de weg of het openbaar gebied waarop het bouwperceel overwegend georiënteerd is (bij een hoekperceel is er slechts sprake van één voorgevel)
al het oppervlaktewater zoals sloten, greppels, (infiltratie)vijvers, kanalen, beken en andere waterlopen, ook als deze incidenteel of structureel droogvallen
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden
een niet naar een weg of openbaar gebied gekeerde grens van een bouwperceel
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de afstand tussen bouwwerken onderling alsmede de afstand van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstand het kleinst is
tussen de zijdelingse grens van het bouwperceel en een bepaald punt van een bouwwerk, waar de afstand het kortst is.
vanaf peil tot aan het laagste punt van het bouwwerk, met uitzondering van de fundering of onderschikte onderdelen van het bouwwerk.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeiboord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen
tussen (de lijnen getrokken langs) de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van gemeenschappelijke scheidingsmuren)
bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen binnen bouwvlakken of bestemmingsvlakken worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons, overstrekkende daken en toegangstrappetjes naar de appartementen buiten beschouwing gelaten, mits de bouw- c.q. bestemmingsgrens met niet meer dan 1,5 m wordt overschreden.
vanaf het peil tot de afgewerkte vloer van het ondergrondse (deel van het) bouwwerk
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk
vanaf het peil tot aan het laagste ondergrondse punt van een gebouw of van een bouwwerk geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, gemeten loodrecht vanaf de gevel waaraan wordt gebouwd.
De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels.
max. oppervlak |
max. inhoud |
max. goothoogte |
max. bouwhoogte | |
bedrijfswoning (inclusief aangebouwde bijbehorende bouwwerken ten behoeve van de woonfunctie) | 750 m3 | 6 m | 10 m | |
bedrijfswoning | 6 m | 10 m | ||
vrijstaande bijbehorende bouwerken behorende bij de bedrijfswoning | 50 m2 | 3 m | 6 m | |
overige bedrijfsgebouwen | 6 m | 10 m | ||
silo's | 12 m | |||
erf- en terreinafscheiding: - voor de voorgevel - elders |
1 m 2 m |
|||
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 3 m |
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het gestelde in lid 3.2 onder a ten behoeve van de overschrijding van een agrarisch bouwvlak, met inachtneming van het volgende:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het agrarisch bouwvlak voor de gronden zoals weergegeven in lid 3.1, met inachtneming van het volgende:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het gestelde in lid 3.2 onder f ten behoeve van de maximale inhoudsmaat van woningen, teneinde het mogelijk te maken dat aan de woning ruimte wordt toegevoegd van maximaal 180 m³, zulks ten behoeve van de huisvesting van één of meer arbeidskrachten, met inachtneming van het volgende:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken voor de gronden zoals weergegeven in artikel 3.1 ten behoeve van het uitbreiden van de agrarische bedrijfswoning voor een woongelegenheid mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Met dien verstande dat het splitsen van de woongelegenheid en de agrarische bedrijfswoning in twee zelfstandige woningen niet is toegestaan.
Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken, wordt in elk geval gerekend het:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.1 ten behoeve van het gebruik van een bedrijfswoning als plattelandswoning, met inachtneming van het volgende:
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.4 onder a mits:
De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van archeologische waarden.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Het verbod zoals bedoeld in lid 4.3.1 onder a is niet van toepassing indien:
Aan de omgevingsvergunning kunnen de volgende voorwaarden worden verbonden:
Archeologisch onderzoek wordt uitgevoerd op basis van een Programma van Eisen opgesteld overeenkomstig de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie, dat moet worden goedgekeurd door het bevoegd gezag. In het Programma van Eisen wordt aangegeven op welke wijze de voorwaarden die aan de vergunning worden verbonden worden uitgevoerd.
De voor 'Waarde - Archeologie 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het behoud en de bescherming van archeologische waarden.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Het verbod zoals bedoeld in lid 5.3.1 onder a is niet van toepassing indien:
Aan de omgevingsvergunning kunnen de volgende voorwaarden worden verbonden:
Archeologisch onderzoek wordt uitgevoerd op basis van een Programma van Eisen opgesteld overeenkomstig de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie, dat moet worden goedgekeurd door het bevoegd gezag. In het Programma van Eisen wordt aangegeven op welke wijze de voorwaarden die aan de vergunning worden verbonden worden uitgevoerd.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwonderdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouwgrenzen niet meer dan 1,2 m bedraagt.
Dakopbouwen ten behoeve van noodtrappen, luchtbehandelings- en liftinstallaties mogen niet hoger zijn dan 3,5 m en mogen geen grotere oppervlakte hebben dan 40% van de vloeroppervlakte van de bovenste laag van het gebouw waarop zij worden geplaatst.
De regels inzake de toelaatbaarheid, de aard, de omvang en de situering van gebouwen zijn in geval van ondergrondse bouw van overeenkomstige toepassing, met dien verstande, dat deze uitsluitend is toegestaan met inachtneming van de volgende voorwaarden:
De rooilijn mag niet met gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden overschreden, tenzij het betreft:
Met betrekking tot bestaande maten geldt het volgende:
Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:
Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - stiltegebied':
De met de gebiedsaanduiding 'overige zone - noordelijk veenweidegebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Rechtstreeks toegestane nevenfuncties
nevenfunctie | max. aantal m2 bebouwing, niet zijnde kassen, in gebruik | max. aantal m2 gronden in gebruik |
verkoop streekeigen producten | 100 | - |
overige bedrijven in categorie 1 en 2 van de Staat van Bedrijfactiviteiten (bijlage 1) | 200 | - |
kinderboerderij | 100 | 1.000 |
paardrijactiviteiten | 200 | 1.000 |
verhuur fietsen/kano's/roeiboten | 100 | - |
ontvangst van bezoekers en open dagen | 100 | - |
Indien met betrekking tot het bouwen – ingevolge de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) – op basis van Hoofdstuk 2 afwijking van de bouwregels kan worden verleend, wordt hierbij het volgende in acht genomen:
a. Toetsing ten behoeve van afwijkingsbevoegdheid Hoofdstuk 2
Indien met betrekking tot het gebruik – ingevolge de andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) – op basis van Hoofdstuk 2 afwijking van de gebruiksregels kan worden verleend, wordt hierbij het volgende in acht genomen:
b. Nevenfuncties
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 9.2.1 onder d ten behoeve van het toestaan van de in de onderstaande tabel genoemde nevenfuncties binnen een bouwvlak met de bestemming 'Agrarisch', met inachtneming van de tabel en het volgende:
Toegestane nevenfuncties na afwijking
nevenfunctie | max. aantal m2 bebouwing, niet zijnde kassen, in gebruik | max. aantal m2 gronden in gebruik |
veearts/hoefsmederij | 200 | - |
ambachtelijke be- en verwerking van agrarische producten | 200 | - |
hoveniersbedrijf | 400 | - |
opslag/stalling van niet-agrarische producten in bestaande bebouwing | bestaand | 100 |
kleinschalig kamperen | 300 | 3.000 |
bed & breakfast | 300 | 200 |
kleinschalige horecagelegenheid | 100 | 500 |
sociale nevenfunctie (resocialisatie, therapie, gehandicaptenzorg) | 200 | - |
museum/tentoonstellingsruimte | 200 | - |
kunst- of antiekhandel | 200 | - |
c. Algemene bevoegdheid tot afwijken ten behoeve van nevenfuncties
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de categorieën nevenfuncties zoals genoemd in de tabel in lid 9.2.3 onder b, teneinde nevenfuncties toe te staan die naar aard, omvang en invloed op de omgeving geacht kunnen worden te behoren tot de tabel toelaatbare nevenfuncties met inachtneming van de voorwaarden zoals genoemd in lid 9.2.3 onder b.
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'ruwvoeder 20%' is de teelt van ruwvoeder toegestaan tot maximaal 20% van het bedrijfsoppervlak.
Het bevoegd gezag kan – tenzij op grond van Hoofdstuk 2 reeds afwijking mogelijk is – bij een omgevingsvergunning afwijken van het gestelde in lid 3.2 teneinde gebouwen tot op de zijdelingse perceelsgrens te kunnen bouwen, mits de bouw- en gebruiksmogelijkheden van aangrenzende percelen niet onevenredig worden geschaad.
De wettelijke regelingen waarnaar in de regels wordt verwezen, gelden zoals deze luiden op het moment van vaststelling van de verordening.
Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt:
Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt:
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan ''Lagewaard 42, Koudekerk aan den Rijn''.