Plan: | Buitengebied Aarlanderveen - eerste herziening |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0484.B125buigeboost1her-VA01 |
Het bestemmingsplan Buitengebied Aarlanderveen is op 11 juli 2013 vastgesteld door de gemeenteraad en op 3 oktober 2013 in werking getreden. Het bestemmingsplan kent een poldergerichte aanpak en omvat de polders Nieuwkoop, de Drooggemaakte polder ten westen van Aarlanderveen en de Zuid- en Noordeinderpolder (hierna: DANZ).
Het bestemmingsplan kent hiervoor 3 verzamelbestemmingen: Polder Nieuwkoop, Polder DANZ en Kortsteekterweg (vanwege andere functies bij Kortsteekterweg dan de rest van het gebied kent, is een aparte bestemming aangemaakt voor Kortsteekterweg). Binnen deze 3 bestemmingen is bij 'Specifieke bouwregels ten behoeve van het agrarische bedrijf binnen het bouwvlak' voorgeschreven dat de dakhelling van agrarische bebouwing tussen de 35 en 65° dient te liggen. In de praktijk stuit deze regel op problemen.
In de moderne agrarische bedrijfsvoering is een dakhelling tussen 20 en 50° gebruikelijk en bovendien sluit deze dakhelling beter aan bij de bestaande planologische rechten uit het voorheen geldende bestemmingsplan Buitengebied (2000). Bij vaststelling van de bestemmingsplannen Buitengebied Alphen Noord en Zuid op 28 november 2013 is de dakhelling van agrarische bebouwing wel reeds aangepast naar een dakhelling tussen de 20 en 50°. De dakhelling tussen de 35 en 65° voor agrarische bebouwing is dan ook een fout wat hersteld dient te worden. Deze partiële herziening van bestemmingsplan Buitengebied Aarlanderveen ziet uitsluitend op de dakhelling voor agrarische bebouwing.
Het plangebied beslaat de Drooggemaakte polder ten westen van Aarlanderveen, de Zuid- en Noordeinderpolder en de polder Nieuwkoop. Het gebied wordt aan de westzijde begrensd door het Aarkanaal, aan de noordzijde door de gemeentegrens met de gemeente Nieuwkoop, aan de oostzijde door de gemeentegrens met de gemeente Bodegraven-Reeuwijk en aan de zuidzijde door de Oude Rijn.
Het dorp Aarlanderveen valt er buiten, hier geldt een apart bestemmingsplan Aarlanderveen voor, dat door de gemeenteraad is vastgesteld op 27 november 2008.
Figuur: Plangebied bestemmingsplan Buitengebied Aarlanderveen (ongewijzigd).
De toelichting en regels van deze partiële herziening van het bestemmingsplan Buitengebied Aarlanderveen zijn toegespitst op de dakhelling voor agrarische bebouwing. Voor de algehele toelichting en regels wordt verwezen naar het bestemmingsplan Buitengebied Aarlanderveen van 11 juli 2013. Ook de verbeelding en inventarisatiekaart zijn niet gewijzigd.
De toelichting is als volgt opgebouwd:
Hoofdstuk twee behandelt kort de stedenbouwkundige visie. In hoofdstuk drie wordt ingegaan op de specifieke juridische aspecten van deze partiële herziening. Hoofdstuk vier gaat in op de economische uitvoerbaarheid van het plan. In hoofdstuk vijf worden de resultaten van het zienswijzentraject weergegeven.
De regeling ten aanzien van de dakhelling van agrarische bebouwing wordt in overeenstemming gebracht met de moderne agrarische bedrijfsbebouwing en de bestaande planologische rechten uit het voorheen geldende bestemmingsplan Buitengebied (2000) en wordt daarmee overeenkomstig de regeling in de bestemmingsplannen Buitengebied Alphen Noord en Zuid.
Hieronder is een visualisatie van de dakhellingen opgenomen, zodat meteen inzichtelijk is wat de verschillen zijn tussen de huidige regeling van het bestemmingsplan Buitengebied Aarlanderveen (35-65°) en de aangepaste regeling, conform bestemmingsplannen Buitengebied Alphen Noord en Zuid (20-50°).
Binnen de 3 verzamelbestemmingen van het bestemmingsplan Buitengebied Aarlanderveen is bij 'Specifieke bouwregels ten behoeve van het agrarische bedrijf binnen het bouwvlak' (artikel 3.3.2, 4.3.2 en 5.3.2) voorgeschreven dat de dakhelling van agrarische bebouwing tussen de 35 en 65° dient te liggen. In de praktijk stuit deze regel op problemen.
In de moderne agrarische bedrijfsvoering is een dakhelling tussen 20 en 50° gebruikelijk en bovendien sluit deze dakhelling beter aan bij de bestaande planologische rechten uit het voorheen geldende bestemmingsplan Buitengebied (2000). Bij vaststelling van de bestemmingsplannen Buitengebied Alphen Noord en Zuid in november 2013 is de dakhelling van agrarische bebouwing wel reeds aangepast naar een dakhelling tussen de 20 en 50°. De dakhelling tussen de 35 en 65° is dan ook een fout wat hersteld dient te worden.
Het is beter om in één keer de regeling aan te passen daar anders steeds aparte en uitgebreide procedures doorlopen dienen te worden. Dit past ook beter bij de systematiek van het bestemmingsplan. Hierbij is immers aangegeven dat de ontwikkelde systematiek ruimte geeft aan nieuwe, toekomstige ontwikkelingen waardoor deze eerder in het bestemmingsplan passen. Aparte procedures zijn dan niet nodig of kunnen korter.
De partiële herziening doorloopt het formele bestemmingsplanproces, maar daar de herziening op een klein onderdeel ziet, kan het proces naar verwachting vrij snel doorlopen worden. Onderhavige partiële herziening heeft geen wijziging van de verbeelding of inventarisatiekaart ten gevolge.
Opbouw van de regels
De regels zijn opgedeeld in vier hoofdstukken met een of meer artikelen:
Hoofdstuk 1: 'Inleidende regels' bevat de aanvullende begripsbepalingen (artikel 1).
Hoofdstuk 2: 'Bestemmingsregels' bevat een artikel die de wijzigingen van het bestemmingsplan Buitengebied Aarlanderveen aangeeft (artikel 2) en tevens een artikel die de regels van het bestemmingsplan Buitengebied Aarlanderveen van overeenkomstige toepassing verklaart (artikel 3).
Hoofdstuk 3: 'Overgangs- en slotregels' omvat de slotregel van het bestemmingsplan, die aangeeft hoe deze partiële herziening kan worden aangehaald (artikel 4).
Op grond van artikel 6.12 Wro dient de gemeenteraad bij een bestemmingsplan een exploitatieplan vast te stellen voor gronden waarop een bouwplan is voorgenomen, zoals aangewezen in artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening. Het is niet noodzakelijk gebleken een exploitatieplan op te stellen daar dit bestemmingsplan niet onder de reikwijdte van artikel 6.2.1 van het Bro valt.
Op de ontwerpstukken konden burgers/bedrijven hun reactie (zienswijze) geven. Gezien de kleinschaligheid en beperkte impact van dit plan is geen wettelijk vooroverleg ex artikel 3.1.1 Bro gevoerd. De overlegpartners zijn hierover geïnformeerd. Het ontwerp bestemmingsplan 'Buitengebied Aarlanderveen - eerste herziening' heeft in de periode vanaf 17 april tot en met 28 mei 2014 ter inzage gelegen.
Er zijn geen zienswijzen ingediend. Het bestemmingsplan 'Buitengebied Aarlanderveen - eerste herziening' is in de raad van 17 juli 2014 behandeld en vastgesteld, in overeenstemming met het terinzage gelegde ontwerp.