Plan: | Maximabrug |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0484.B107maximabrug-0003 |
In dit hoofdstuk worden de relevante milieu-aspecten aan de orde gesteld.
Ten behoeve van de ontwikkeling van de Maximabrug hebben de gemeenten Rijnwoude en Alphen aan den Rijn besloten een vrijwillig planMER op te stellen. Het doel van de planMER procedure is het in beeld brengen van de milieueffecten ten gevolge van de realisatie van de Maximabrug voor de korte termijn met een uitgebreide scenariostudie naar de lange termijn (Maximabrug inclusief Alphense rondweg). Het planMER beschouwt meerdere locaties voor de brugvariant. Inmiddels is er door de gemeenteraden een keuze gemaakt voor wat betreft de te realiseren variant (1A). Ten behoeve van het bestemmingsplan zijn diverse onderdelen uit de planMER nader uitgediept en specifiek toegespitst op de gekozen locatie.
Voor elk onderdeel wordt kort uiteen gezet wat de resultaten uit het planMER zijn. Daar waar nader onderzoek heeft plaatsgevonden, zijn de resultaten van dit onderzoek vervolgens weergegeven. Het planMER is als bijlage bij het bestemmingsplan gevoegd.
De effectbeoordeling
Het detailniveau van het planMER is zoveel mogelijk afgestemd op het detailniveau van het bestemmingsplan. Het planMER geeft zo inzicht in de haalbaarheid van de plannen, de mogelijke knelpunten en de oplosbaarheid daarvan. Hieruit volgen concrete aandachtspunten die in vervolgonderzoeken in detail worden uitgewerkt.
Referentiesituatie
Het bestaande beleid is in het planMER beschouwd als een autonome ontwikkeling. Het planMER is er vooral op gericht om de milieueffecten inzichtelijk te maken. Daarom zijn de milieueffecten beoordeeld tegen de milieusituatie die zou zijn ontstaan als gevolg van alle autonome ontwikkelingen in het gebied. Dit is de referentiesituatie. Als peiljaar van de referentiesituatie met de autonome ontwikkeling is gekozen voor het jaar 2025.
Beoordelingskader
Er is een breed beoordelingskader gehanteerd. Het project is getoetst aan die milieuaspecten, waarop effecten als gevolg van de plannen worden verwacht. De toetsingscriteria zijn afgeleid van het kaderstellend beleid en wet- en regelgeving.
Advies Commissie voor de milieueffectrapportage
De Commissie milieueffectrapportage heeft het concept planMER beoordeeld en een toetsingsadvies over het milieueffectrapport gegeven op 16 februari 2012 (rapportnummer 2557-72).
Algemene conclusie is dat het planMER logisch is opgebouwd, compact en prettig leesbaar is en goed geïllustreerd met kaarten en ander visueel materiaal.
Uit het planMER blijkt dat alle alternatieven voldoen aan de doelstelling om de huidige verkeerssituatie in de kern van Koudekerk aan den Rijn te verbeteren en de nieuwe woonwijk Rijnpark en het industrieterrein Hoogewaard beter te ontsluiten. De doelstelling om de verkeersdruk op de Gnephoek in Alphen aan den Rijn te verminderen, wordt niet gehaald. Het verkeer zal daar door verkeer vanuit Rijnpark toenemen.
Naar aanleiding van dit laatste is aanvullende verkeersonderzoek uitgevoerd om de verkeers- en milieusituatie op de Gnephoek te verbeteren.