Plan: | Doctor A.D. Sacharovlaan 2 en 2a (blok 34), Alphen aan den Rijn |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0484.Astationsomgblok34-VA01 |
In dit plan wordt verstaan onder:
Het bestemmingsplan Doctor A.D. Sacharovlaan 2 en 2a (blok 34), Alphen aan den Rijn met identificatienummer NL.IMRO.0484.Astationsomgblok34-VA01 van de gemeente Alphen aan den Rijn.
De geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
Het in een woning of bijbehorend bouwwerk uitoefenen van een dienstverlenend beroep die ondergeschikt is aan de woonfunctie.
Een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
De grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
Installatie bestaande uit een antenne, een antennedrager, de bedrading en de al dan niet in een techniekkast opgenomen apparatuur, met de daarbij behorende bevestigingsconstructie.
Antennemast of andere constructie bedoeld voor de bevestiging van een antenne.
Eén of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
Een op de verbeelding of in de regels aangegeven percentage dat de grootte aangeeft van het deel van een bouwperceel c.q. bestemmingsvlak, dat ten hoogste mag worden bebouwd.
Het gebruik zoals dit bestaat op het tijdstip van het inwerkingtreden het bestemmingsplan en rechtens mag bestaan.
Het hoofdgebouw dat op het tijdstip van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan legaal aanwezig is of mag worden gebouwd op grond van een omgevingsvergunning.
Bouwwerken die op het tijdstip van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan legaal aanwezig zijn of mogen worden gebouwd op grond van een omgevingsvergunning.
De grens van een bestemmingsvlak.
Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
Uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak.
Een al dan niet vrijstaand bijbehorend bouwwerk dat zowel ruimtelijk als functioneel ondergeschikt is aan het op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw.
Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
De grens van een bouwvlak.
Een verdieping van zodanige afmetingen en vorm dat de daardoor ontstane ruimte zonder ingrijpende voorzieningen geschikt kan worden gemaakt voor gebruiksfuncties en daarmee gelijke gebruiksmogelijkheden geeft als de daaronder gelegen bouwlagen, uitgezonderd, een kap, zolder en kelder.
Een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
Elke constructie van enige omvang welke op de plaats van bestemming hetzij direct danwel indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
Het bedrijfsmatig te koop aanbieden, uitstallen ten verkoop, verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
koopwoningen waarvan de verkoopprijs maximaal het bedrag als genoemd in artikel 1.1.1, eerste lid onder e van het Besluit ruimtelijke ordening bedraagt (prijspeil 1 januari 2020), welk bedrag jaarlijks per 1 januari wordt geïndexeerd volgens de consumentenprijsindex (CPI) reeks CPl-alle huishoudens (2015=100), gepubliceerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vermeerderd met 1 procent;
Het geheel van aanplant in een gebied - veelal in openbaar gebied - danwel het aanbrengen of voorzien van groen.
Een bouwwerk of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
Persoon of groep personen die onderling een huishouding voert, waarbij sprake is van onderlinge verbondenheid en continuïteit in de samenstelling ervan.
Het in een woning of bijbehorend bouwwerk op bedrijfsmatige wijze uitoefenen van activiteiten die ondergeschikt zijn aan de woonfunctie.
Het niveau van de straat of omliggende grond.
Huurwoning met een aanvangshuurprijs van tenminste het bedrag als bedoeld in artikel 13, eerste lid, onder a, van de Wet op de huurtoeslag en ten hoogste €900,- (prijspeil 1 januari 2020) welk bedrag jaarlijks per 1 januari wordt geïndexeerd volgens de consumentenprijsindex (CPI) reeks CPl-alle huishoudens (2015=100), gepubliceerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vermeerderd met 1 procent en waarbij de instandhouding voor de in een gemeentelijke verordening omschreven doelgroep voor ten minste twintig jaar na ingebruikname is verzekerd;
Voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalinginstallaties, gemaalgebouwtjes, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling, telefooncellen en apparatuur voor telecommunicatie.
Bouwdelen zoals plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons, overstekende daken en toegangstrappetjes naar de appartementen.
Weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid onder b, van de Wegenverkeerswet 1994, alsmede pleinen, parken, plantsoenen, openbaar water en ander openbaar gebied dat voor publiek algemeen toegankelijk is, met uitzondering van wegen uitsluitend bedoeld voor de ontsluiting van percelen door langzaam verkeer
Een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
Een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een gesloten dak met aan ten hoogste één zijde een gesloten wand.
Voorziening bestemd voor het parkeren van motorvoertuigen en/of motoren en (brom)fietsen zoals een parkeerterrein, parkeergarage of parkeerkelder.
Het niveau gemeten vanaf het aansluitend afgewerkt terrein, waarbij plaatselijke, niet bij het verdere verloop van het terrein passende, ophogingen of verdiepingen aan de voet van het bouwwerk, anders dan noodzakelijk voor de bouw daarvan, buiten beschouwing blijven.
Parkeergelegenheid voor auto's en fietsen, waarvan het aantal parkeerplaatsen en de omvang daarvan voldoet aan de Beleidsregels over parkeren en laden en lossen, die zijn vastgesteld door het bevoegd gezag.
Voorzieningen die verband houden met de waterhuishouding, de aanvoer en afvoer van water en de doorstroming van water.
Het houden van een verblijf of het gehuisvest zijn in een woning.
Een (gedeelte van een) gebouw, geschikt en bestemd voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden.
Een als zodanig aangeduid gebied op de verbeelding waarvoor specifieke regels gelden.
De begrenzing van een zone.
Tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
Vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
Tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het peil ter plaatse van het bouwwerk.
Tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of harten van gemeenschappelijke scheidsmuren, op 1 meter boven peil.
oppervlakte, gemeten op vloerniveau langs de buitenomtrek van de opgaande scheidingsconstructies, die de desbetreffende ruimte of groep van ruimten omhullen, bepaald volgens NEN 2580.
de vloeroppervlakte binnen de bouwmuren van het oorspronkelijk hoofdgebouw, bepaald volgens NEN 2580.
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen binnen bouwvlakken of bestemmingsvlakken worden ondergeschikte bouwdelen buiten beschouwing gelaten, mits de bouw- c.q. bestemmingsgrens met niet meer dan 1,5 meter wordt overschreden.
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende bouwwerken en voorzieningen, met inachtneming vna het bepaalde in hoofdstuk 3 en 4 van de planregels.
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde zijn toegestaan, met dien verstande dat:
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende bouwwerken en voorzieningen, met uitsluiting van verkooppunten voor motorbrandstoffen, met inachtneming van het bepaalde in hoofdstuk 3 en 4 van de planregels.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen aan de situering, de uiterlijke verschijningsvorm en inrichting van:
Deze nadere eisen kunnen alleen gesteld worden met het oog op de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de beeldkwaliteit.
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende bouwwerken en voorzieningen, met inachtneming van het bepaalde in hoofdstuk 3 en 4 van de planregels.
Ten behoeve van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
De voor 'Leiding - Hoogspanning' aangewezen gronden zijn mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van ondergrondse hoogspanningsverbindingen, met de daarbij behorende bouwwerken en voorzieningen, met inachtneming van het bepaalde in hoofdstuk 3 en 4 van de planregels.
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2 onder b voor bouwwerken ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende, bestemmingen, met dien verstande dat:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Leiding - Hoogspanning' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, aan te leggen of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
De omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 6.4 kan worden verleend indien:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Onverminderd het bepaalde in het plan mogen geluidgevoelige objecten slechts worden gebouwd indien:
Het is, onverminderd het bepaalde in de voor deze gronden geldende bestemming(en), niet toegestaan om in het plangebied een nieuwe Bevi inrichting of een risicovol bedrijf op te richten.
Onder strijdig gebruik in de zin van artikel 2.1. van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt in ieder geval begrepen:
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overige zone - parkeren' geldt dat het bevoegd gezag pas een omgevingsvergunning kan verlenen voor de activiteit bouwen en/of het gebruiken van gronden en/of de activiteit handelen in regels strijd met ruimtelijke ordening, met inachtneming van het volgende:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 10.1.1, indien:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen ten aanzien van het bepaalde in 10.1.1, indien dit noodzakelijk is om een goede verkeersstructuur en/of bereikbaarheid voor een pand, perceel, straat (of deel daarvan) dan wel een andere ruimtelijke functionele structuur te waarborgen.
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - leiding gas' zijn de gronden mede aangewezen voor het tegengaan van vestiging van zeer kwetsbare gebouwen welke voorzien in een regelmatig verblijf van personen.
In afwijking van het bepaalde in de voor deze gronden geldende bestemming(en), zijn ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - leiding gas' nieuwe zeer kwetsbare gebouwen uitgesloten.
Het bevoegd gezag kan via een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 10.2.2, indien:
Onverminderd het bepaalde in Artikel 5 Wonen mogen ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'milieuzone - trillingshinder spoor' woningen slechts gebouwd worden indien wordt voorzien in het nemen van maatregelen tegen trillinghinder, die ervoor zorgen dat wordt voldaan aan de streefwaarden uit de SBR-Richtlijn B.
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van de bepalingen van het plan ten aanzien van:
Een omgevingsvergunning zoals genoemd in artikel 11.1 wordt niet verleend, indien daardoor onevenredig afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.
Onverminderd het bepaalde in dit plan, dient tenminste 25% van het totaal aantal te realiseren woningen binnen het plangebied in de sociale huursector (sociale huurwoning) te vallen en 10% van het totaal aantal te realiseren woningen binnen het plangebied in de middeldure sector (huur of koopwoningen).
Voor zover toepassing van het overgangsrecht gebruik zou kunnen leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard voor een of meer natuurlijke personen die op het tijdstip van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan grond en opstallen gebruikten in strijd met het voordien geldende bestemmingsplan, kunnen burgemeester en wethouders ten behoeve van die persoon of personen van dat overgangsrecht bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 14.
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Doctor A.D. Sacharovlaan 2 en 2a (blok 34), Alphen aan den Rijn'.