direct naar inhoud van 7.4 Oppervlaktewater en waterkeringen
Plan: Zaandam Noord
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0479.STED3773BP-0401

7.4 Oppervlaktewater en waterkeringen

Het oppervlaktewater heeft meerdere functies. Via het watergangenstelsel kan het watersurplus afgevoerd worden naar de poldergemalen. Het oppervlaktewater zorgt voor berging zodat bij extreme neerslag het waterpeil niet te hoog stijgt en tot overlast leidt. Verder is de grondwaterstand (mede) afhankelijk van het polderpeil.

Buiten dat de watergangen voldoende breedte moeten hebben om het te veel aan water af te kunnen voeren naar het poldergemaal, moeten de watergangen ook voldoende breed zijn om te kunnen worden onderhouden door varend materieel. De hoofdwatergangen in het poldergebied worden onderhouden door het hoogheemraadschap, het secundaire stelsel door de Gemeente Zaanstad.

Met betrekking tot de bergingsfunctie is de verhouding tussen verhardingoppervlakte (daken, wegen en straten) en het aantal m² oppervlaktewater van belang. De aanwezige verhouding mag niet verstoord worden. Dit geldt ook voor de Schermerboezem. Bij een (mogelijke) stedelijke ontwikkeling van het eiland de Hemmes zal de toename van en de verhardingsoppervlakte rekening moeten worden gehouden door het graven van extra oppervlaktewater in de Schermerboezem.

Aan de Jagersplas ligt ook een officiële zwemlocatie. Aangezien dit natuurwater betreft is er in de zomer grote kans op de vorming van blauwalg. De provincie neemt in de zomerperiode twee wekelijks monsters en indien er een risico op blauwalg is, wordt de zwemlocatie gesloten.

In de Poel is sinds 2003 een onderwaterdepot van verontreinigde bagger. Indertijd is bagger uit de vaargeul van de Zaan gestort in de diepere delen van dit water en afgedekt met schone bagger. De afdeklaag wordt periodiek gecontroleerd.

De verschillende waterhuishoudkundige eenheden worden gescheiden door dijken. Binnen het bestemmingsplan gebied liggen hoofdzakelijk boezemkeringen. De Sonoyweg, 't Kalf en de Oostzijde zijn dijken die een peilverschil van respectievelijk 67 cm en 95 cm in stand houden. Het feit dat deze wegen dijken zijn leidt er toe dat er ook beperkingen zijn om in en naast deze wegen te graven en langs deze wegen gebouwen te realiseren.

Het eiland de Hemmes is een buitendijksgebied en wordt niet tegen hoge waterstanden beschermd door dijken. Bij herontwikkeling van de Hemmes kan een vergelijkbare waterstaatkundige veiligheid zorg gedragen worden door deze op te hogen tot NAP+ 0,50 m. Dit is ook de hoogte van de boezemkeringen.