direct naar inhoud van Artikel 6 Groen
Plan: Oud Koog & Rooswijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0479.STED3753BP-0309

Artikel 6 Groen

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen;
  • b. voet- en fietspaden en steigers;
  • c. water;
  • d. ter plaatse van de aanduiding geluidsscherm (gs) tevens voor geluidsschermen;
  • e. ter plaatse van de aanduiding ijsbaan (ij) tevens voor een ijsbaan;
  • f. ter plaatse van de aanduiding park (p) tevens voor een park;
  • g. (openbare) nutsvoorzieningen en voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
  • h. en overige voorzieningen ten behoeve van deze bestemming.
6.2 Bouwregels

Op en onder de in lid 6.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten dienste van de bestemming, met inachtneming van de volgende bepalingen:

6.2.1 Hoofdgebouwen

Voor het bouwen van gebouwen geldt het volgende:

  • a. gebouwen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'park' tot het maximaal daar aangegeven bebouwingspercentage;
  • b. de bouwhoogte van gebouwen mag niet bedragen dan is aangegeven op de verbeelding;
  • c. de goothoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan is aangegeven op de verbeelding;
  • d. de oppervlakte per gebouw mag niet meer dan 25 m2 bedragen.
6.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 meter bedragen;
  • b. de maximale bouwhoogte van speeltoestellen mag niet meer dan 5 meter bedragen;
  • c. de maximale bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen mag niet meer dan 3 meter bedragen.
6.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
6.3.1 Algemeen

Het is verboden ter plaatse van de aanduiding natuur- en landschapswaarde (nlw) zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de bestaande situatie of toestand te wijzigen of te verstoren.

6.3.2 Uitzondering

Het in lid 6.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:

  • a. het normale onderhoud of beheer betreffen;
  • b. het activiteiten betreffen die plaatsvinden in het kader van natuurbeheer op basis van een beheersplan ex Natuurbeschermingswet 1998 of het landschapsonderhoud;
  • c. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan;
  • d. reeds mogen worden uitgevoerd krachtens een verleende vergunning;
  • e. noodzakelijk zijn voor het aansluiten van bouwwerken op het net van openbare, nutsvoorzieningen.
6.3.3 Voorwaarden voor verlening

De in lid 6.3.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan:

  • a. de landschappelijke waarden;
  • b. de natuurlijke waarden.

Er dient advies te worden ingewonnen bij de waterbeheerder in het geval van ingrepen in het watersysteem.