Plan: | Brandweerkazerne |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0473.BpBrandweerkazerne-VA01 |
Zandvoort heeft een historische kern. De mogelijkheid bestaat dat boven of in de ondergrond bouwhistorische resten en archeologische sporen en voorwerpen aangetroffen kunnen worden. De grond bewaart een veelheid aan historische informatie over de ouderdom en de (ruimtelijke) ontwikkeling van de kern.
Het plangebied is geen onderdeel van de historische kern van Zandvoort. Het wordt in de Cultuurhistorische Waardenkaart (CHW) niet aangeduid met een archeologische verwachting en kent geen monumenten. Geconcludeerd wordt dat cultuurhistorie of archeologie geen belemmering zal zijn voor de realisatie van de Brandweerkazerne.
Door ADC ArcheoProjecten is een archeologisch bureauonderzoek uitgevoerd voor deze locatie (zie bijlage 2). De resultaten van dit onderzoek leiden tot de volgende conclusie:
Uit oude kaarten blijkt, dat het terrein in de afgelopen 200 jaar niet bebouwd is geweest. Er is een kleine kans op archeologische resten uit de Late Middeleeuwen en het begin van de Nieuwe Tijd. Wel moet rekening worden gehouden met archeologische resten uit de IJzertijd tot in de Vroege Middeleeuwen. Diepe bodemverstorende werkzaamheden binnen het plangebied worden uitsluitend uitgevoerd op de locatie waar het nieuwe kazerne gebouw komt te staan. Hierbij wordt tot maximaal 150 cm – mv funderingssleuven gegraven. Een deel van deze zone is verstoord tot een diepte van ca. 2 m – mv door de aanwezigheid van (reeds geruimde) menselijke begravingen. Verder ligt de toekomstige kazerne voor een aanzienlijk deel in de zone waar het talud aanwezig is de zone dat onderdeel uitmaakt van de begraafplaats hoogstwaarschijnlijk opgehoogd. Deze zaken in acht nemend, is de kans op het aantreffen van een intact bodemprofiel in de bovenste 100-150 cm van de bodem klein.
Conclusie archeologisch bureauonderzoek
Het terrein kan vrij worden gegeven voor de voorgenomen ontwikkeling, indien de gravende bodemverstorende werkzaamheden zich tot 150 cm onder maaiveld beperken.