Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Waterlijn Dorpscentrum
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0451.BPWaterlijn-VG01

Artikel 1 Begrippen

  1. plan:
    het bestemmingsplan “Waterlijn Dorpscentrum” van de gemeente Uithoorn;
  2. bestemmingsplan:
    de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0451.BPWaterlijn-VG01 met bijhorende regels (en bijlagen);
  3. de verbeelding:
    de verbeeldingen, met het nummer 11 ORDIT008, van het bestemmingsplan “Waterlijn Dorpscentrum” met bijbehorende verklaring, waarop de bestemmingen van de in het plan begrepen gronden zijn aangegeven;
  4. aanduiding:
    een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
  5. aanduidingsgrens:
    de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
  6. bebouwing:
    één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde; 
  7. bestemmingsgrens:
    de grens van een bestemmingsvlak;
  8. bestemmingsvlak:
    een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
  9. boodschappensteiger:
    een steiger die recreatievoertuigen de mogelijkheid biedt hun reis tijdelijk te onderbreken, hierbij is overnachting niet toegestaan.
  10. botenmakelaar:
    een makelaar die ondersteunt bij de koop en verkoop van boten;
  11. bouwen:
    het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
  12. bouwgrens:
    de grens van een bouwvlak; 
  13. bouwperceel:
    een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
  14. bouwperceelgrens:
    de grens van een bouwperceel;
  15. bouwwerk:
    elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
  16. bouwwerk, geen gebouw zijnde:
    elk bouwwerk, geen gebouw en geen overkapping zijnde;  
  17. dak:
    iedere bovenbeëindiging van een gebouw;
  18. dukdalf:
    een in het water geplaatst stelsel van zware palen dat dient om schepen aan vast te leggen of ter bescherming van bruggen en sluizen;
  19. gebouw:
    elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
  20. horecabedrijf:
    een bedrijf, waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik al dan niet ter plaatse worden verstrekt en/of waarin bedrijfsmatig logies wordt verstrekt, een en ander al dan niet in combinatie met een vermaakfunctie;
  21. jachthaven:
    haven voor pleziervaartuigen, hierbij is overnachting niet toegestaan.
  22. kampeermiddel:
    1. een tent, een tentwagen, een kampeerauto of een caravan;
    2. enig ander onderkomen of enig ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, voorzover geen bouwwerk zijnde, een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen of gewezen voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;
  23. kampeerterrein:
    terrein of plaats, geheel of gedeeltelijk ingericht, en blijkens die inrichting bestemd, om daarop gelegenheid te geven tot het plaatsen of geplaatst houden van kampeermiddelen ten behoeve van recreatief nachtverblijf;
  24. nutsvoorzieningen:
    voorzieningen ten behoeve van het al dan niet openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen en apparatuur voor telecommunicatie; 
  25. passantenhaven:
    verzameling ligplaatsen die recreatievoertuigen de mogelijkheid bieden hun reis tijdelijk te onderbreken, hierbij is overnachting toegestaan.
  26. peil:
    indien in of op het water wordt gebouwd, het ter plaatse van dat water aan te houden waterpeil;
  27. prostitutie:
    het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
  28. raam- en straatprostitutie:
    het op of aan de weg, vanachter een raam of op een andere voor publiek toegankelijke plaats door handelingen, houding, woord, gebaar of op andere wijze passanten tot prostitutie te bewegen, uit te nodigen dan wel aan te lokken;
  29. seksinrichting:
    een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch/pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf en een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;
  30. straatmeubilair:
    de op of bij de weg behorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals verkeerstekens, wegbebakeningen, bewegwijzeringen, verlichting, halteaanduidingen, parkeerregulerende constructies, brandkranen, informatie- en reclameconstructies, vlaggenmasten, rijwielstandaards, papierbakken, afvalcontainers, openbare toiletten, zitbanken, plantenbakken, communicatievoorzieningen, gedenktekens, speelplekvoorzieningen, telefooncellen, kunstobjecten en abri's;
  31. waterkering:
    een werk, een grondlichaam of een deel van een grondlichaam dat beveiliging biedt tegen overstroming;
  32. woonschip:
    1. elk vaar- of drijftuig , dat uitsluitend of in hoofdzaak wordt gebezigd als of te oordelen naar zijn constructie en/of inrichting uitsluitend of in hoofdzaak is bestemd tot dag- en/of nachtverblijf van één of meer personen;
    2. een vaar- of drijftuig als bedoeld onder 1 in aanbouw;
    3. een casco, dat tot vaar- of drijftuig als bedoeld onder 1 kan worden opgebouwd;
    4. elk vaar- of drijftuig, waarin of waarop bedrijfsmatige of soortgelijke activiteiten worden uitgeoefend of dat daartoe is ingericht;
    5. de overblijfselen van een vaar- of drijftuig als bedoeld onder 1 tot en met 4.