direct naar inhoud van Artikel 10: Verkeer
Plan: Bedrijventerreinen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0441.BPBED2010-VA02

Artikel 10: Verkeer

10.1. Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wegen en paden;
  • b. voet- en rijwielpaden;

waarbij wordt gestreefd naar een inrichting hoofdzakelijk gericht op de afwikkeling van het verkeer;

en mede bestemd voor:

  • c. het tegengaan van een te hoog veiligheidsrisico van kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten, ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - lpg';
  • d. een weegbrug, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - weegbrug';

met daaraan ondergeschikt:

  • e. parkeervoorzieningen;
  • f. sloten, bermen en beplanting;

met de daarbijbehorende:

  • g. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
10.2. Bouwregels
10.2.1. Gebouwen en overkappingen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen en overkappingen worden gebouwd.

10.2.2. Overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van lichtmasten zal ten hoogste 6,00 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen.
10.3. Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • het inrichten van het bestemmingsvlak zodanig dat meer dan 2 rijstroken worden gerealiseerd.

10.4. Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, het bestemmingsplan wijzigen in die zin dat:

de bestemming ‘Verkeer’ wordt gewijzigd in de bestemming ‘Bedrijventerrein’, mits:

    • 1. deze wijzigingsbevoegdheid uitsluitend wordt toegepast ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied 2';
    • 2. een goede ruimtelijke en stedenbouwkundige inpassing wordt gerealiseerd, waarbij wordt aangesloten op de ruimtelijke structuur en kwaliteiten van de omgeving;
    • 3. de geluidsbelasting van geluidsgevoelige objecten niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een vastgestelde hogere grenswaarde;
    • 4. na toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid de bestemmingsregels van artikel 6 Bedrijventerrein) van overeenkomstige toepassing zijn, met dien verstande dat:
      • a. bedrijven zijn toegestaan die zijn genoemd in bijlage 3 onder de categorieën 1 tot en met 4.2.