Plan: | Bedrijfsterrein Bombraak, tweede fase |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | wijzigingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0431.BW2011001002-0301 |
Bestemmingsomschrijving
3.1 De voor "Bedrijf" aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Bouwregels
3.2 Ten behoeve van de in 3.1 genoemde doeleinden mogen de daarbij behorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouw zijnde en werken, geen bouwwerk zijnde worden gerealiseerd, met inachtneming van:
3.3 Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Gebouwen | Eis |
minimale onderlinge afstand tussen gebouwen | 5 meter |
minimale afstand van gebouwen tot de zijdelingse perceelsgrens | 3 meter |
maximale hoogte nutsgebouwen | 3 meter |
maximale oppervlakte nutsgebouwen | 15 m2 |
3.4 Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde gelden de maatvoeringseisen, zoals aangegeven in de onderstaande tabel:
Bouwwerk geen gebouw zijnde | Eis |
maximale hoogte erfafscheidingen | 2,5 meter |
maximale hoogte vlaggenmasten | 6 meter |
maximale hoogte bewegwijzering en naamborden | 2,5 meter |
maximale hoogte overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | 12 meter |
Nadere eisen
3.5 Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, op grond van het bepaalde in artikel 3.6, lid 1, sub d van de Wet ruimtelijke ordening, nadere eisen te stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:
3.6 De in 3.5 bedoelde nadere eisen kunnen slechts worden gesteld ten behoeve van de stedenbouwkundige en landschappelijke inpassing van de gebouwen, gebouwdelen en reclame-uitingen, met dien verstande dat de nadere eisen passen binnen het voor het gebied door de gemeenteraad geformuleerde welstandsbeleid, dan wel vanuit het oogpunt van brandveiligheid en bereikbaarheid noodzakelijk zijn.
Ontheffing van de bouwregels
3.7 Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, op grond van het bepaalde in artikel 3.6, lid 1, sub c van de Wet ruimtelijke ordening, ontheffing te verlenen van het bepaalde in 3.3, sub a voor het realiseren van nutsgebouwen buiten het bouwvlak.
Specifieke gebruiksregels
3.8 Het tonen van reclame is uitsluitend toegestaan ten behoeve van de op het bedrijfsterrein gevestigde bedrijven.
Ontheffing gebruiksregels
3.9 Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, op grond van het bepaalde in artikel 3.6, lid 1, sub c van de Wet ruimtelijke ordening, ontheffing te verlenen van het bepaalde in 3.1 onder a voor de uitoefening van bedrijfsactiviteiten die niet voorkomen in de tot het plan behorende Staat van bedrijfsactiviteiten, voor zover die bedrijfsactiviteiten naar aard en omvang maximaal gelijk te stellen zijn aan de in de Staat van bedrijfsactiviteiten genoemde bedrijfsactiviteiten.