direct naar inhoud van 5.2 Nadere toelichting op de regels
Plan: Churchillstraat
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0425.BP2010N2009-va01

5.2 Nadere toelichting op de regels

Voor zover nodig worden de afzonderlijke bestemmingen van een toelichting voorzien.

Tuin

De bestemming "Tuin" is dienstbaar aan de bestemming van de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen. Bij de bestemmingsregeling voor de tuinen is uitgegaan van het principe die gebieden te bestemmen die uit ruimtelijke overwegingen onbebouwd moeten blijven en ook als zodanig in gebruik zijn.

Parkeren kan op deze gronden alleen als het gaat om een oprit naar een garage of om een parkeerplaats naast de woning. Hiermee wordt onder meer voorkomen dat de voortuinen als parkeerplaats in gebruik worden genomen, wat in ruimtelijk opzicht een ongewenst beeld zou geven.

Wonen

De geplande woningen in het plangebied zijn bestemd tot "Wonen".

Bij alle woningen zijn "aan huis verbonden beroepen" en "kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten" toegestaan. In de begripsbepalingen zijn deze termen nader omkaderd. De eerstgenoemde categorie wordt ook wel eens de vrije beroepen genoemd. Het betreft beroepen die krachtens jurisprudentie als bij de woonfunctie horend worden gezien, mits wel ondergeschikt aan die woonfunctie. Daarnaast is er nog een categorie beroeps/bedrijfsactiviteiten, die niet valt onder de jurisprudentie rond de aan huis verbonden beroepen, maar waar de gemeente onder voorwaarden wel mogelijkheden voor wil bieden. Het betreft beroepen/bedrijfjes die qua hinder voor de omgeving en qua uitstraling op de omgeving acceptabel worden geacht, mits ondergeschikt aan de woonfunctie en mits aan de genoemde voorwaarden wordt voldaan.

De bouwvlakken en de planregels geven de kaders aan van de bouwmogelijkheden. Bouw- en goothoogtes zijn op de verbeelding aangegeven. Bij de hoofdgebouwen zijn bijbehorende bouwwerken toegestaan. Dit begrip komt in de plaats van de "aanbouwen, uitbouwen en bijgebouwen", waarmee wordt aangesloten bij de terminologie uit de Wabo. In de begripsomschrijvingen is het begrip nader uitgewerkt. Voor de bijbehorende bouwwerken op het achtererf geldt een maximale oppervlaktemaat/een maximaal bebouwingspercentage, om een onevenredige verdichting tegen te gaan. Daarnaast gelden er bouwhoogtes en goothoogtes. Voor bijbehorende bouwwerken binnen het bouwvlak gelden de bouw- en goothoogtes die op de verbeelding zijn aangegeven en die (ook) voor hoofdgebouwen gelden. Achtergrond hiervan is dat binnen het bouwvlak het onderscheid hoofdgebouw - bijbehorend bouwwerk niet zo relevant wordt gevonden.

Verkeer-verblijfsgebied

Het parkeren voor de woningen, wordt geregeld door middel van de bestemming Verkeer-verblijfsgebied. De bestemming is hiermee dienstbaar aan de bestemming van de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen. Binnen de bestemming worden geen gebouwen mogelijk gemaakt, enkel bouwwerken geen gebouwen zijnde, ten behoeve van bijvoorbeeld straatverlichting, verkeersborden etc.

Anti-dubbeltelregel

Deze regel is opgenomen om een ongewenste verdichting van de bebouwing te voorkomen. Deze zou zich kunnen voordoen indien een deel van een bouwperceel dat al bij de berekening van een maximaal bebouwingspercentage was betrokken wederom bij een dergelijke berekening, doch nu ten behoeve van een ander bouwperceel wordt betrokken.

Algemene gebruiksregels

Voor de redactie van dit artikel is de algemene formulering aangehouden. Deze gaat uit van de gedachte dat het gebruik uitsluitend mag plaatsvinden in overeenstemming met de bestemming. In beginsel is de bestemmingsomschrijving van de betreffende bestemming bepalend.

In verband met het schrappen van het bordeelverbod is expliciet opgenomen dat onder strijdig gebruik in ieder geval wordt verstaan het (laten) gebruiken van gebouwen ten behoeve van een seksinrichting. Voor veel bestemmingen is dit evident, maar omdat dat in casu voor alle bestemmingen geldt is het om discussie te voorkomen expliciet opgenomen. Met deze regeling wordt aangesloten bij het beleid van de gemeente Naarden op dit gebied. Relevant voor het voorliggende plan is, dat een dergelijk gebruik dus niet als een aan huis verbonden beroep kan worden aangemerkt.

Algemene afwijkingsregels

Aan burgemeester en wethouders wordt hier de bevoegdheid gegeven om af te wijken van de bestemmingsregels. Evident is dat niet alle afwijkingsregels op alle bestemmingen van toepassing zijn. Voorts is van belang dat het bestaan van de bevoegdheid niet mag leiden tot een automatisme in het afwijken: conform de Algemene wet bestuursrecht moeten burgemeester en wethouders de rechtstreeks bij het besluit betrokken belangen afwegen.

Algemene wijzigingsregels

Er is een algemene wijzigingsbevoegdheid opgenomen ten behoeve van aanpassen van grenzen van bestemmingsvlakken (tot 3 m en tot 10% van het vlak). Daarbij dient het onderscheid met een aanpassing van het bouwvlak in het oog te worden gehouden. Een aanpassing van het bouwvlak kan namelijk via de algemene afwijkingsregels; reden hiervoor is dat dit niet bestemmingsoverschrijdend is.

Overgangsrecht

Bij de overgangsrecht wordt onderscheid gemaakt naar bouwwerken en gebruik.

Bij bouwwerken gaat het er om of ze op de peildatum in enigerlei opzicht afwijken van het plan. Doorgaans betreffen die afwijkingen de bouwregels. Ze mogen gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd of na een calamiteit worden herbouwd, mits de bestaande afwijkingen naar hun aard niet worden vergroot. Bij de vraag of de afwijking wordt vergroot kan ook het gebruik relevant zijn. Van de mogelijkheid tot gedeeltelijke vernieuwing of verandering zijn uitgesloten de illegale bouwwerken. Daaronder worden verstaan de bouwwerken die zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor zover vereist - zijn gebouwd in strijd met het toen geldende bestemmingsplan.

Voor een vergroting van de oppervlakte met niet meer dan 10% kan ontheffing worden verleend. Uiteraard kan van deze bevoegdheid slechts éénmaal gebruik worden gemaakt. Peildatum voor bouwwerken is het tijdstip van de terinzagelegging van het bestemmingsplan.

Ten aanzien van het gebruik is bepaald dat bestaand, met het plan strijdig gebruik mag worden voortgezet. Een uitsluitingsclausule is opgenomen voor gebruik dat al in strijd was met het voorheen geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan. Deze regel laat de wrakingsjurisprudentie onverlet.