direct naar inhoud van 3.8 Externe veiligheid
Plan: Churchillstraat
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0425.BP2010N2009-va01

3.8 Externe veiligheid

Externe veiligheid (EV) is de (on)veiligheid van transport, opslag en gebruik van stoffen die giftig, brandbaar en / of explosief zijn. Naar aanleiding van de vuurwerkramp in Enschede heeft EV meer aandacht gekregen in regelgeving en besluitvorming bij ruimtelijke ontwikkelingen.

Om risico's te beoordelen bij ruimtelijke planvorming wordt gekeken naar:

  • inrichtingen die gebruik maken van gevaarlijke stoffen en /of deze opslaan;
  • vervoer gevaarlijke stoffen door buisleidingen;
  • vervoer gevaarlijke stoffen over weg, water en spoor.

Inrichtingen

De risico's waaraan burgers in hun leefomgeving worden blootgesteld door activiteiten met gevaarlijke stoffen in inrichtingen dienen tot een aanvaardbaar niveau te worden beperkt. Bij het toekennen van bepaalde bestemmingen dient onderzocht te worden:

  • of voldoende afstand in acht wordt genomen tussen (beperkt) kwetsbare objecten enerzijds en risicovolle inrichtingen anderzijds. Hiervoor wordt gekeken naar het plaatsgebonden risico;
  • of zich (beperkt) kwetsbare bestemmingen bevinden binnen het invloedsgebied van Bevi-inrichtingen en of de geplande ontwikkeling het aantal mensen dat risico loopt vergroot (Groepsrisico).

Het plaatsgebonden risico is de kans dat een persoon die onafgebroken en onbeschermd op een plaats buiten een inrichting zou verblijven, overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongewoon voorval binnen die inrichting waarbij een gevaarlijke stof betrokken is.

Dat wordt weergegeven als "PR" gevolgd door die kans. Voor kwetsbare objecten (bijvoorbeeld woningen) geldt dat ze zich buiten de contour moeten bevinden die de kans van 1 op 1 miljoen weergeeft (PR 10-6). Voor beperkt kwetsbare objecten geldt de PR 10-5 contour.

Het groepsrisico geeft weer hoe groot het risico is dat een groep mensen (groter of gelijk aan 10) overlijdt als direct gevolg van een ongeval met gevaarlijke stoffen in een Bevi-inrichting. Het groepsrisico houdt rekening met de personendichtheid rondom de inrichting en met verschillende ongevalscenario's (en hun kansgevolgen).

In de directe nabijheid van het plangebied liggen geen Bevi-inrichtingen. PR en GR van Bevi-inrichtingen zullen geen belemmering vormen voor deze ontwikkeling.

Buisleidingen

In de directe nabijheid van het plangebied liggen geen buisleidingen waardoor vervoer van gevaarlijke stoffen, zoals bijvoorbeeld aardgas, plaatsvindt. Er zijn in dit kader dan ook geen externe veiligheidseffecten waarmee rekening moet worden gehouden.

Vervoer gevaarlijke stoffen over weg, water of spoor

In Naarden vindt vervoer van gevaarlijke stoffen plaats over de weg (A1 en gooimeer-zuid) en het spoor. Het plangebied ligt niet in het invloedsgebied van een van deze routes. Daarbij is de toename van het groepsrisico verwaarloosbaar door de geringe toename van de plancapaciteit; het nieuwe plan maakt 6 woningen mogelijk, waar het oude bestemmingsplan er 5 toeliet. Er hoeft voor dit plan geen rekening te worden gehouden met externe veiligheidseffecten als gevolg van transport over weg, water of spoor.