direct naar inhoud van Artikel 18 Gemengde doeleinden
Plan: Grote Waal 2005
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0405.0000BPGroteWaal200-0001

Artikel 18 Gemengde doeleinden

 

Bestemmingsomschrijving

 

A.    De op de kaart voor gemengde doeleinden aangewezen gronden zijn bestemd voor:

1.    gebouwen ten behoeve van:

a.     horecabedrijven categorie I;

b.     sociaal-/culturele doeleinden;

c.     dienstverlenende bedrijven en/of dienstverlenende instellingen;

2.    tuinen, erven en terreinen;

met de daarbijbehorende:

3.    parkeervoorzieningen;

4.    bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

 

Bebouwingsbepalingen

 

B.    1.   Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

a.     de gebouwen zullen binnen een bouwvlak worden gebouwd;

b.     indien op de kaart in het bouwvlak een bebouwingspercentage is aangegeven, zal het bebouwingspercentage van het bouwvlak ten hoogste het op de kaart aangegeven percentage bedragen;

c.     de hoogte van een gebouw zal ten hoogste de op de kaart in het bouwvlak aangegeven hoogte bedragen.

 

2.    Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

a.     de hoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 2,00 m bedragen;

b.     de hoogte van de overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen.

 

Nadere eisen

 

C.    Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

1.    de woonsituatie;

2.    de verkeerssituatie;

3.    de milieusituatie;

4.    de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.

 

Gebruiksvoorschriften

 

D.   1.   Het is verboden de gronden en bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel, strijdig met de gegeven bestemming.

 

2.    Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in sublid 1, wordt in ieder geval gerekend:

a.     het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van zelfstandige detailhandelsdoeleinden;

b.     het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van seksinrichtingen;

c.     het gebruik van de gronden als standplaats voor kampeermiddelen.

 

3.    Burgemeester en Wethouders verlenen vrijstelling van het bepaalde in sublid 1, indien strikte toepassing daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, welke beperking niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.

 

Strafbepaling

 

E.    Overtreding van het bepaalde in lid D sub 1 wordt aangemerkt als een strafbaar feit in de zin van artikel 1a, onder 2° van de Wet op de economische delicten.