Bangert en Oosterpolder

Artikel 17 Veiligheidszone aardgastransportleiding (dubbelbestemming)

 

Lid 1      Doeleindenomschrijving

De op de plankaart voor 'veiligheidszone aardgastransportleiding' aangewezen gronden zijn primair bestemd voor de veiligheidszones van de aardgastransportleidingen en secundair voor de overige bestemmingen, zoals aangewezen op de plankaart.

 

Lid 2      Bebouwingsbepalingen

a      Op de in lid 1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten dienste van de bestemming en overeenkomstig de navolgende bepalingen:

 

b      in afwijking van het bepaalde bij de overige aan de gronden toegekende bestemmingen, mag niet worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze bestemming;

c      op en in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

d      voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde niet meer mag bedragen dan 2 m;

 

Lid 3      Vrijstellingsbepalingen

Burgemeester en wethouders kunnen vrijstelling verlenen van:

a      het bepaalde in lid 2, sub b tot en met d ten behoeve van het bouwen van gebouwen respectievelijk bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten dienste van een overige aan de grond toegekende bestemming, met dien verstande dat:

1     de bouwhoogte van een gebouw niet meer mag bedragen dan 3 m;

2     oppervlakte van een gebouw niet meer mag bedragen dan 15 m²;

3     vooraf advies wordt ingewonnen van de betreffende leidingbeheerder.

 

Lid 4      Wijzigingsbepaling

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om de op de plankaart aangegeven veiligheidszone te verkleinen, met dien verstande dat het plaatsgebonden risico ter plaatse van de zone maximaal 10^-6 mag bedragen.

 

Lid 5      Procedurebepaling

Alvorens toepassing te geven aan het bepaalde in lid 4 wordt de procedure gevolgd, die is vervat in Afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht.