direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Bangert en Oosterpolder fase 5 Noord - tweede partiële herziening
Status: vastgesteld
Plantype: uitwerkingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0405.UPBOfase5NoordPH2-va01

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding

Op 15 december 2017 is het uitwerkingsplan 'Bangert en Oosterpolder, fase 5 Noord' door het college van burgemeester en wethouders van Hoorn vastgesteld. Dit uitwerkingsplan betrof de uitwerking van het eerder vastgestelde globalere bestemmingsplan 'Bangert en Oosterpolder, herziening ex artikel 30 WRO'.

Dit plan betreft de ontwikkeling van een woongebied van circa 185 ha aan de noordzijde van Hoorn. De aanleg van het woongebied gebeurt gefaseerd, Fase 5 Noord is één van deze fasen.

Op 18 juni 2019 is het uitwerkingsplan 'Bangert en Oosterpolder, fase 5 Noord - partiële herziening' vastgesteld. Met deze partiële herziening is het uitwerkingsplan in overeenstemming gebracht met de definitieve kavelindeling en de daarop afgestemde gronduitgifte.

Met voorliggende tweede partiële herziening van het uitwerkingsplan wordt de regeling voor de ligging van de voorgevel van hoofdgebouwen geregeld voor een deel van het plangebied van het uitwerkingsplan 'Bangert en Oosterpolder, fase 5 Noord'.

1.2 Plangebied

Het plangebied van voorliggende tweede partiële herziening bestaat uit het deelgebied dat in onderstaande afbeelding als IIIb is aangegeven:

afbeelding "i_NL.IMRO.0405.UPBOfase5NoordPH2-va01_0001.png"

Afbeelding 1. Het plangebied IIIb (omcirkeld) (Bron: gemeente Hoorn)

1.3 Geldend uitwerkingsplan

In het plangebied is het uitwerkingsplan 'Bangert en Oosterpolder, fase 5 Noord', zoals vastgesteld op 15 december 2017, van toepassing. Binnen dit uitwerkingsplan zijn de gronden gronden bestemd als 'Wonen'. Daarnaast is de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 4' van toepassing.

1.4 Leeswijzer

De toelichting van dit uitwerkingsplan is opgebouwd uit vijf hoofdstukken. Na deze inleiding wordt in hoofdstuk twee de planbeschrijving beschreven. In hoofdstuk drie wordt beknopt verslag gedaan diverse planologische en milieukundige toetsingskaders. Hoofdstuk vier is de juridische toelichting op het uitwerkingsplan en hoofdstuk vijf gaat in op zowel de economische als maatschappelijke uitvoerbaarheid van het plan.

Hoofdstuk 2 Planbeschrijving

Voor heel fase 5 noord is een beeldkwaliteitsplan opgesteld. In dit beeldkwaliteitsplan is het stedenbouwkundig ontwerp van de wijk en de wijze van inrichten en bebouwen uitgewerkt. Aan de hand van dit beeldkwaliteitsplan en een schets van de indicatieve hoofdstructuur is het definitieve matenplan uitgewerkt. Hieronder een uitsnede van dat matenplan.

afbeelding "i_NL.IMRO.0405.UPBOfase5NoordPH2-va01_0002.png"

afbeelding "i_NL.IMRO.0405.UPBOfase5NoordPH2-va01_0003.png"

Afbeelding 2. Weergave definitief matenplan (bron:gemeente Hoorn)

Voorliggend uitwerkingsplan betreft de ligging van de voorgevelrooilijn van de hoofdgebouwen van de woningen. Op de verbeelding wordt deze voorgevelrooilijn aangeduid met ''gevellijn''. In de planregels is bepaald dat hoofdgebouwen in deze gevellijn of daarachter moeten worden gebouwd.

Voor het zuidelijk plandeel is verder bepaald dat ter plaatse van de 'specifieke bouwaanduiding -1' de voorgevel gedeeltelijk in de aangegeven gevellijn dient te worden gebouwd. Dit omdat de rooilijn hier een kromming heeft. In het oostelijk plandeel moet ter plaatse van de 'specifieke bouwaanduiding -2' de voorgevel in de aangegeven gevellijn worden gebouwd, of ten hoogste 0,75 m achter de aangegeven gevellijn. Hierbij moet er sprake zijn van een herkenbare verspringing in de gevellijn tussen de hoofdgebouwen, zodat geen van de aan elkaar grenzende kavels dezelfde gevellijn heeft als de direct naastgelegen kavel.

In de planregels is ook een bepaling toegevoegd dat de afstand van de hoofdgebouwen tot de zijdelingse perceelsgrens tenminste 2 meter moet bedragen.

Hoofdstuk 3 Toetsing

In het kader van het uitwerkingsplan heeft een toetsing van het planvoornemen aan de geldende beleidskaders plaatsgevonden.

Deze tweede partiële herziening heeft geen gevolgen heeft voor de omgevingsaspecten; daarom wordt kortheidshalve verwezen naar het uitwerkingsplan.

Hoofdstuk 4 Juridische toelichting

4.1 Inleiding

Voorliggend uitwerkingsplan is een partiële herziening van het uitwerkingsplan 'Bangert en Oosterpolder, fase 5 Noord'. Het plan bestaat uit een verbeelding en regels. In de volgende paragrafen wordt hierop nader ingegaan.

Voor deze partiële herziening zijn de regels van de Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen 2012 (SVBP 2012) toegepast. Met deze standaard worden de regels en de verbeelding zodanig opgebouwd en ingericht dat ruimtelijke plannen goed met elkaar kunnen worden vergeleken.

Het uitwerkingsplan wordt in digitale vorm vastgesteld, tegelijk met een verbeelding van het uitwerkingsplan op papier. Als de digitale en papieren verbeelding tot interpretatieverschillen leiden, is de digitale verbeelding beslissend.

4.2 Toelichting op de bestemming

'Wonen'
De bestemming Wonen geldt voor het hele plangebied. De bestemmingsomschrijving en de bouwregels zijn gericht op voorzienbare bouwmogelijkheden binnen het plangebied. Behalve wonen zijn binnen de bestemming ook waterpartijen, groenvoorzieningen en verkeersfuncties mogelijk.

Binnen de bestemming 'Wonen' zijn bijbehorende bouwwerken ten behoeve van eengezinswoningen mogelijk.

'Waarde - Archeologie 4'
De gronden aangewezen voor 'Waarde - Archeologie 4' zijn bestemd voor het behoud en bescherming van archeologische waarden van de gronden. Voor bouw werken of werkzaamheden met een oppervlakte groter dan 1.000 m2 moet en dieper dan 0,4 m, alvorens een omgevingsvergunning voor bouwen wordt verleend, door de aanvrager een rapport worden overlegd waarin is aangegeven of en welke archeologische waarden mogelijk in het plangebied aanwezig zijn.

Hoofdstuk 5 Uitvoerbaarheid

Op basis van artikel 3.1.6 lid 1f Bro bestaat de verplichting om inzicht te geven in de uitvoerbaarheid van een bestemmingsplan. In dat verband wordt een onderscheid gemaakt tussen de maatschappelijke en de economische uitvoerbaarheid.

5.1 Maatschappelijke uitvoerbaarheid

In het kader van de te voeren planologische procedure wordt het plan gepubliceerd in het weekblad “Westfriesland op Zondag” en in de Staatscourant. Aansluitend wordt het ontwerp van het uitwerkingsplan voor een periode van zes weken ter inzage gelegd in het stadhuis van Hoorn. Het plan is ook raadpleegbaar op de website van de gemeente Hoorn (www.hoorn.nl) en op www.ruimtelijkeplannen.nl.

Het ontwerp van dit uitwerkingsplanplan heeft van [datum] tot en met [datum] ter inzage gelegen. Tijdens genoemde periode zijn [aantal] zienswijzen ingediend tegen het voorgestelde uitwerkingsplan. Het plan is op [datum] [gewijzigd/ongewijzigd] vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders.

5.2 Economische uitvoerbaarheid

Met de in hoofdstuk twee beschreven ontwikkelingen zijn kosten gemoeid. Deze worden gedekt uit de gronduitgifte. Op basis daarvan mag het voorliggende uitwerkingsplan economisch uitvoerbaar worden geacht.

5.3 Exploitatieplan

De Grondexploitatiewet stelt als onderdeel van de Wro een gegarandeerd kostenverhaal als eis aan uitwerkingsplannen. Een zogenaamd exploitatieplan maakt verplicht deel uit van het planproces, tenzij het kostenverhaal op een andere wijze is gegarandeerd. De kosten voor het voorliggende uitwerkingsplan zijn anderszins verzekerd. Een exploitatieplan op grond van de Grondexploitatiewet is dan ook niet noodzakelijk.