Plan: | Langgewenst |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0402.11bp01langgewenst-va01 |
Een structuurvisie is een visie op de toekomst. De gemeente beschrijft hierin wat ze met de beschikbare ruimte doet om in de toekomst te voldoen aan de behoeften van iedereen die in Hilversum woont, werkt en recreëert. Het gaat bijvoorbeeld om de beste plek voor huizen, bedrijven, parken en recreatiemogelijkheden. Een structuurvisie opstellen betekent nu keuzes maken voor later.
De Hilversumse gemeenteraad heeft ervoor gekozen om voor Hilversum als geheel één structuurvisie op te stellen, met een looptijd tot 2030.
Medio 2013 is de Structuurvisie Hilversum 2030 vastgesteld. De Structuurvisie Hilversum 2030 heeft betrekking op het gehele grondgebied van Hilversum en bevat de integrale visie op de ruimtelijke en functionele ontwikkelingen in de gemeente op (middel)lange termijn. In dit geval ligt de planhorizon omstreeks 2030. De structuurvisie is een strategisch beleidsdocument en is geen concreet plan of uitwerking van een thema. Het is een visie op een hoger abstractieniveau.
In de structuurvisie staan vijf speerpunten:
" Goede woongemeente;
" Groene buitengebieden;
" Mediastad en creatieve industrie;
" Centrumgemeente;
" Stedenbouw en architectuur.
Daarnaast is een elftal dynamische gebieden benoemd waar een grotere dynamiek en ontwikkelingen te verwachten zijn. Dit in tegenstelling tot de overige gebieden, zoals de woonwijken en het buitengebied, waar sprake is van minder dynamiek.In het algemeen wordt voorzien dat er als gevolg van de digitale ontwikkelingen belangrijke veranderingen zullen optreden in het ruimtegebruik. Functies als wonen, werken en ontspannen zijn minder gebonden aan vaste locaties en zullen meer met elkaar verweven zijn. Werken en zorg aan huis, voorzieningen op bedrijventerrein, wonen in combinatie met creatieve bedrijven, enzovoort. In het uitvoeringsprogramma staan de activiteiten die de gemeente denkt te ondernemen om de in de structuurvisie genoemde ontwikkelingen te realiseren. Hierbij wordt er een onderscheid gemaakt in korte termijn (2013 - 2018), middellange termijn (2019 - 2024) en lange termijn (2025 - 2030).
Een van de dynamische gebieden in de structuurvisie Hilversum 2030 is het centrum. In de structuurvisie zijn contouren voor een visie op het centrum weergegeven. Deze ontwikkelingsrichting moet in een aparte centrumvisie worden getoetst en verder uitgewerkt. Een verkeersonderzoek, lucht- en geluidsonderzoeken en brancheringstudie maken ook onderdeel uit van het proces naar deze centrumvisie. De voorbereiding hiervan is gepland in 2013. In de Structuurvisie Hilversum 2030 zijn de volgende hoofdlijnen opgenomen met betrekking tot het centrum:
Hilversum heeft in 2030 een bruisend centrum. Het centrum is aantrekkelijk voor de inwoners van de stad zelf, van 't Gooi en daarbuiten. Het is compact en er zijn aan meerdere kanten trekkers of bronpunten gevestigd. In en rondom het compacte centrum is de woonfunctie versterkt. Boven de winkels zijn allerlei andere functies aanwezig: zoals wonen, werken, leisure, onderwijs. Het centrum kent verschillende deelgebieden met elk een eigen sfeer en karakter. De horeca bevindt zich in drie verschillende zones: een restaurantzone, het uitgaansgebied en horeca in het kernwinkelgebied.
Ook de wegenstructuur rond het centrum is in 2030 aangepast. De toegangswegen naar het centrum zijn voor auto, fiets en voetganger verbeterd. De centrumring-oost (Emmastraat, Schapenkamp en Koninginneweg) is in 2030 weer tweerichtingsverkeer geworden. De centrumring loopt in 2030 om het Langgewenst heen. De Stationsstraat is autovrij en biedt in 2030 meer ruimte voor fietsparkeren. De Groest loopt door in het Langgewenst zonder dat er een weg wordt overgestoken. Tot slot is de oversteek vanuit het station naar de Leeuwenstraat voetgangersvriendelijk geworden.
De parkeergarages in het centrum worden behalve voor bezoekers ook voor werknemers- en bewonersparkeren gebruikt. Bezoekers van het centrum van Hilversum ervaren in 2030 de openbare ruimte als groen. De pleinen in het centrum en de parken daaromheen zijn levendige plekken, die uitnodigen voor ontmoeting en verblijf. In 2030 is het centrum van Hilversum dé ontmoetingsplek van de stad.
De herontwikkeling van het Langgewenst is een belangrijk onderdeel van de ambities zoals verwoord in de Structuurvisie Hilversum 2030. Door de herontwikkeling wordt het plangebied Langgewenst een meer volwaardig onderdeel van het centrum. De realisatie van een volwaardige en moderne bioscoopvoorziening is een belangrijk onderdeel van het totale regionale voorzieningenpakket voor het centrum van Hilversum.
In de toekomstvisie kiest de gemeente voor een stabilisatie van het inwonersaantal rond 80.000 inwoners en een stabilisatie en versterking van de werkgelegenheid. In de nota zijn hoofdlijnen uitgezet ten behoeve van komende beleidsontwikkelingen en zijn binnen die hoofdlijnen speerpunten en sleutelprojecten aangegeven die kunnen worden geconcretiseerd. Onevenwichtigheden aanpakken en tegelijk de bestaande kwaliteiten die Hilversum heeft, behouden en versterken is daarbij de leidraad. Doelgericht, maar ook zorgvuldig en behoedzaam toewerken naar een compacte en tegelijk complete stad die duurzaam in evenwicht zal zijn. Waar sprake is en blijft van hoogwaardig wonen en werken in het groen, voor jong en oud en alles daartussenin. De toekomstvisie Hilversum 2015 is op 10 november 1999 door de gemeenteraad vastgesteld.
De herontwikkeling van het Langgewenst met het voorgestelde programma past binnen deze toekomstvisie.
De Economische visie 2007-2020 is een meerjarenvisie met een kader waaraan economische besluitvorming moet worden getoetst. De raad heeft deze visie 9 mei 2007 vastgesteld. Daarbij is gekozen voor de scenario's:
De speerpunten van bedrijvigheid zijn: multimedia, zorg en toerisme. Voor dit bestemmingsplan zijn deze speerpunten niet geheel van toepassing.
Voor het gebied Hilversum Centrum is de onderstaande ontwikkelingsrichting aangegeven.
Vergroten van de aantrekkingskracht van het centrum door middel van gericht economisch beleid op de onderstaande punten:
De genoemde vestiging van grootschalige detailhandel in het centrum van Hilversum, bijvoorbeeld op het Langgewenst, oefent een grote aantrekkingskracht uit op de consument en versterkt daarmee het bestaande winkelaanbod in Hilversum. Het Langgewenst is naast de gewenste ligging in het centrum ook goed gesitueerd aan de centrumring en nabij het trein- en busstation waarmee deze locatie goed bereikbaar is met het openbaar vervoer en met de auto.
De positie van de warenmarkt op het Langgewenst staat niet ter discussie in Hilversum. De warenmarkt wordt gezien als blijvende toegevoegde waarde voor zowel het centrum van Hilversum als voor de inwoners van Hilversum en de omliggende gemeenten.
De herontwikkeling van het Langgewenst met het voorgestelde programma past binnen deze economische visie.
´De nota ´Van app tot Z@pp, werkprogramma voor versterking van het creatieve bedrijfsleven in
Hilversum (november 2011) vervangt het bestaande Uitvoeringsprogramma versterking positie Hilversum Mediastad, die in 2010 door de Raad werd vastgesteld. De beleidslijnen voor versterking van de mediasector (scheppen van klimaat van innovatie, netwerkvorming en profilering als Hilversum Mediastad) zijn in deze nota opgenomen maar hebben daarmee een bredere doelgroep gekregen, te weten de gehele creatieve sector.
Dit sluit ook aan bij de behoefte van de creatieve sector om niet afzonderlijke creatieve disciplines te
ondersteunen maar juist de crossovers en interdisciplinariteit waaraan de creatieve sector haar
bestaansrecht ontleent.
De activiteiten die zijn opgenomen in deze nota ondersteunen primair de versterking van de creatieve
sector als economisch relevante sector voor Hilversum. De creatieve sector is bij uitstek een sector die niet alleen waarde hecht aan ‘harde’ vestigingsplaatsfactoren zoals bedrijfshuisvesting maar juist aan
‘zachte’ vestigingsplaatsfactoren zoals kwaliteit van het woon- en leefklimaat, culturele diversiteit en
imago van de locatie. Die ‘zachte’ vestigingsplaatsfactoren worden in deze nota besproken als relevant flankerend beleid.
Beleid voor versterking van de creatieve sector vraagt om een bredere benadering, die niet alleen
tegemoet komt aan de behoeften vanuit het mediabedrijfsleven maar ook vanuit bedrijven in de creatieve zakelijke dienstverlening, de kunsten, het cultureel erfgoed en de entertainmentsector. Vanuit het
economisch perspectief richt beleid voor de creatieve sector zich op verbetering van het vestigings- en ontwikkelingsklimaat voor creatieve ondernemers. Het vraagt echter ook een nauwe samenwerking op het terrein van cultuurbeleid: kunst, cultuur en cultureel erfgoed (waaronder monumenten) vertegenwoordigen een maatschappelijke waarde en vormen de humuslaag voor Hilversums creatieve ondernemingen.
Hilversum en de regio herbergen een schat aan human capital, creatieve bedrijvigheid en creatief talent. De rol van de overheid is om deze elementen te verbinden en te faciliteren en (soms financieel) te ondersteunen in hun ontwikkeling waar dat nodig is.
Een groot deel van de activiteiten die zijn gestart onder het Uitvoeringsprogramma Versterking positie
Mediastad levert ook een bijdrage aan de versterking van de creatieve sector in brede zin. Het
investeringsprogramma voor de creatieve sector omvat drie hoofdlijnen:
1. verbetering vestigings- en ontwikkelingsklimaat creatieve bedrijven;
2. versterking innovatieklimaat;
3. versterking communicatie.
Creatieve ondernemers waarderen Hilversum om zijn ‘harde’ vestigingsplaatsfactoren: dichtbij
opdrachtgevers in de omroepsector, met een breed spectrum aan toeleverende bedrijven die nodig zijn
voor audiovisuele en digitale productie van content (= nieuws, entertainment, games etc). Dat is
Hilversums ‘unique selling point’ en dat vestigingsklimaat moet op peil worden gehouden om Hilversum aantrekkelijk te houden. Investeringen zijn nodig in kennis en innovatie, en in uitstraling van Hilversum als mediastad of Hilversum als creatieve stad.
Creativiteit is een containerbegrip en betekent niets meer en niets minder dan het vermogen om te
vernieuwen. Creativiteit is daarom niet louter voorbehouden aan creatieve klasse of creatieve sector
maar kan in alle sectoren van de economie voorkomen, sterker: is zelfs een vereiste om -als bedrijf of
organisatie- duurzaam te overleven.
Ook de creatieve sector is een containerbegrip, en omvat bedrijfstakken met zeer uiteenlopende kenmerken.Een onderneming in de creatieve industrie is gericht op het voortbrengen en exploiteren van kunstzinnigheid, creativiteit en intellectueel eigendom. Hieronder worden ondernemingen en organisaties verstaan die actief zijn in sectoren media- en entertainmentindustrie (inclusief gameontwikkeling en -exploitatie), creatieve zakelijke dienstverlening (bijvoorbeeld vormgeving, reclame en softwareontwikkeling), en kunsten en cultureel erfgoed (inclusief beeldende kunst). De creatieve
industrie is een verzameling van culturele en economische sectoren waarin creativiteit centraal staat.
De creatieve industrie is onderverdeeld in 3 categorieën:
1. Media en entertainment
De media- en entertainmentindustrie is een consumentenmarkt. Technologische ontwikkelingen maken verspreiding en exploitatie op grote schaal mogelijk. Door de oriëntatie op de markt en de wereldwijde verspreiding is de media- en entertainmentindustrie onderdeel van het dagelijks leven. Hieronder vallen creatieve beroepen zoals schrijver, journalist, uitgever, boekhandelaar, boekdrukker, game-ontwerper en film-, radio- en televisie-industrie;
2. Creatieve zakelijke dienstverlening
De creatieve zakelijke dienstverlening is een zakelijke markt. Deze bedrijven leveren creativiteit en symbolische waarde aan andere bedrijven. Hieronder vallen creatieve beroepen zoals modeontwerper, grafisch ontwerper, (landschap) architect en (industrieel) vormgever;
3. Kunsten
In de kunsten staan doorgaans artistieke motieven centraal. Economische motieven komen op de tweede plaats. Hieronder vallen de creatieve beroepen in de sectoren podiumkunsten (theater, muziek, dans), de museumsector en de cd- en dvd-industrie.
De raad heeft op 25 maart 1998 de nota Integraal Horecabeleid vastgesteld. Doelstelling van het horecabeleid is het stimuleren en kwalitatief versterken van de horecasector als integraal onderdeel van de Hilversumse binnenstad. In de nota is een ruimtelijke hoofdstructuur aangegeven bestaande uit:
Het plangebied ligt direct ten noorden van het Groestkwartier.
De raad heeft op 26 september 2006 de nota Aanpassing Integraal Horecabeleid vastgesteld. In deze nota zijn t.o.v. het Integraal Horecabeleid de volgende wijzigingen aangebracht:
De herontwikkeling van het Langgewenst met het voorgestelde programma, waaronder de mogelijke vestiging van twee horecagelegenheden, past binnen het gemeentelijk horecabeleid.
Op 16 oktober 2008 heeft de raad de Uitwerkingsnota Detailhandel en Horeca vastgesteld. Met een omvangrijk aanbod van winkels, horeca en een grote warenmarkt vervult Hilversum van oudsher de rol van centrumgemeente in Gooi en Vechtstreek. De detailhandel (inclusief de warenmarkt op het Langgewenst) en horeca hebben daarnaast een belangrijke verzorgende functie voor de eigen bevolking.
De nota is een uitwerking van de Economische Visie 2007-2020. Voor detailhandel wordt het volgende voorgesteld:
De herontwikkeling van het Langgewenst met het voorgestelde programma past binnen deze uitwerkingsnota.
Toerisme is een speerpunt van het economisch beleid. De kern van de visie is er daarom op gericht om ervoor te zorgen dat Hilversum samen met de regiogemeenten en het bedrijfsleven gebruik maken van deze kansen. De notitie is 9 januari 2008 vastgesteld door de raad. Het benutten ervan kan door aan te sluiten bij de unieke kwaliteiten die stad Hilversum heeft op de gebieden van multimedia, zorg, cultuurhistorie, natuur en winkelen. Er zijn vooral kansen in het dagtoerisme, waaronder ook zakelijk dagtoerisme. De gemeente kiest bewust niet voor het ontwikkelen van nieuwe grootschalige attracties. De hoofdredenen hiervoor zijn het gebrek aan uitbreidingsruimte en de verkeersaantrekkende werking.
Voor de volgende kansen (speerpunten) is door de gemeente in samenwerking met het bedrijfsleven gekozen:
Door samenwerking tussen verschillende attracties in de regio Gooi en Vechtstreek (bv in de vorm van arrangementen) kan meerdaags toerisme worden bevorderd. Toeristische bestedingen nemen hierdoor toe. Hierbij hoort ook een voldoende en breed aanbod in overnachtingsmogelijkheden. Om het verblijfsrecreatieve aanbod in de gemeente Hilversum te verbreden wil de gemeente onderzoeken of er in de gemeente ruimte is voor het vestigen van enkele kleinschalige, onderscheidende hotels in een ander marktsegment dan de nu veel voorkomende klasse (4 sterren). Ook zal de gemeente onderzoeken of er in de stad Bed & Breakfasts gevestigd kunnen worden.
Om in toeristisch-recreatief opzicht meer rendement uit de Mediasector te halen, is het essentieel dat de media zichtbaarder worden in Hilversum en dat er media-gerelateerde producten worden ontwikkeld. Ook op het Media Park zelf zal meer aandacht moeten zijn voor de zichtbaarheid van het centrum van Hilversum. Om de bezoekers op het Media Park zelf langer vast te kunnen houden wordt door de gemeente de ontwikkeling van een beperkt aantal aanvullende voorzieningen (in zijn totaliteit maximaal 7.500 m²) mogelijk gemaakt, zoals de ontwikkeling van een hotel, detailhandel, horeca en een businesscentrum. Daarnaast kan de link tussen media en binnenstad worden versterkt door samen met het reguliere bedrijfsleven actief acquisitie beleid te richten op innovatieve detailhandel- en horecaconcepten gericht op de multimediasector.
Door de schone lucht en groene ruimte kunnen patiënten beter herstellen. Zorg en toerisme zijn dus al decennia lang vervlochten met elkaar. De regio en de gemeente Hilversum hebben gekozen voor de verdere uitbouw van zowel de zorgsector als de toeristische sector.
De Hilversumse binnenstad vervult binnen de regio een centrumpositie op het gebied van winkelen en uitgaan. Een groot deel van de regionale bestedingen op deze terreinen vindt plaats in de Hilversumse binnenstad. Het is voor de Hilversumse binnenstadondernemer van belang dat Hilversum deze positie behoudt en waar mogelijk uitbouwt.
Hilversum staat nationaal en internationaal bekend als stad van jonge monumenten van architectuur en stedenbouw. In samenwerking met het bedrijfsleven wil de gemeente deze aantrekkelijke kant van Hilversum bij de (internationale) doelgroep meer over het voetlicht brengen.
De herontwikkeling van het Langgewenst met het voorgestelde programma past binnen deze uitwerkingsnotitie.
In het plan worden de verkeersstromen in de Hilversum en omgeving zo georganiseerd dat enerzijds het Media Park zijn economische functie goed kan uitoefenen en anderzijds de effecten van de verkeersstromen evenwichtig worden verdeeld over alle toegangswegen.
Binnen het totaal beschikbare bedrag van 50 miljoen Euro is het voornemen erop gericht om vanaf de aansluitingen van de A1 en de A27 en de N201 naar Hilversum op ongeveer 40 kruispunten op de buitenring verbeteringen aan te brengen op een zodanige wijze dat de doorstroming van het autoverkeer verbeterd wordt, de filevorming teruggedrongen en de leefbaarheid van de aangrenzende wijken groter wordt. Daarnaast worden voorzieningen voor fietsverkeer aangebracht en hoogwaardig openbaar vervoer van en naar het Mediapark gerealiseerd. Op 7 december 2005 is het Integraal bereikbaarheidsplan vastgesteld door de gemeenteraad.
De maatregelen uit het Integraal bereikbaarheidsplan zijn inmiddels grotendeels uitgevoerd. De ontwikkelingen in het plangebied passen binnen het Integraal bereikbaarheidsplan.
Om de parkeerplaatsen in de openbare ruimte zoveel mogelijk voor bewoners beschikbaar te houden en deze zo goed mogelijk te verdelen is in Hilversum een aantal regelingen van kracht. Zo gelden er parkeernormen bij bouwprojecten, vastgelegd in de bouwverordening Hilversum (2007), in de nota Parkeren bij Nieuwbouw (2005) en in enkele oude maar nog vigerende bestemmingsplannen. Verder geldt in het centrum en de schillen het systeem betaald parkeren gecombineerd met vergunninghouders-parkeren. Dit systeem van regulering kan naar aanliggende gebieden worden uitgebreid. De basis voor het parkeersysteem is vastgelegd in de nota Regulering Openbare Parkeercapaciteit (2003), de parkeerverordening Hilversum (2007) en de verordening Parkeerbelasting Hilversum (2008). Het vertrekpunt voor parkeren is de huidige regelgeving, zoals neergelegd in de nota's “regulering openbare parkeercapaciteit” (2004), “parkeren bij nieuwbouw” (2005), de parkeerverordening (2007), parkeerbelastingverordening (2007) en de bouwverordening w.o. parkeernormen (2007).
Het parkeerbeleid wordt toegepast bij de herontwikkeling van het Langgewenst.
De missie is het culturele vermogen van Hilversum zichtbaar te maken en daarmee alle inwoners en bezoekers de kans te bieden van het cultuuraanbod te genieten en actief mee te doen. Op het vlak van cultureel ondernemerschap is samenwerking en afstemming nodig. De culturele ondernemer combineert zijn kunstzinnige activiteiten met de verkoopbaarheid, toegankelijkheid en publieksvoorkeuren. Hij maakt daarbij gebruik van zakelijke methodes, zoals marketing en richt zicht op een product van hoge kwaliteit voor een zo groot mogelijk publiek. De gemeente heeft een faciliterende en sturende rol, onder andere op het terrein van de accommodaties.
In Hilversum moet een beter samenspel van culturele voorzieningen en uitgaansleven moeten ontstaan. De nota is 5 januari 2009 vastgesteld door de gemeenteraad.
De herontwikkeling van het Langgewenst met het voorgestelde programma, waaronder nieuwbouw van een grote bioscoop, past binnen deze nota.
De gemeente Hilversum heeft het archeologisch erfgoed en mogelijke verstoringen daarvan in kaart gebracht. Op 11 mei 2011 heeft de gemeenteraad de met Structuurvisie Archeologie ‘De ondergrondse stad’ ingestemd. Een belangrijk uitgangspunt wordt daarbij dat de verstoorder betaalt.
‘De ondergrondse stad’ is een logisch gevolg van internationale afspraken over behoud en bescherming van het archeologisch erfgoed die al in 1992 in het Europese Verdrag van Malta werden gemaakt en in 2006 zijn verankerd in nationale wetgeving. Als gevolg van deze afspraken gaat de gemeente de kennis over de ontwikkeling van het landschap en de bewoningsgeschiedenis gebruiken om vindplaatsen van archeologisch erfgoed in kaart te brengen. Inmiddels is een archeologische beleidskaart ontwikkeld die het mogelijk maakt archeologisch onderzoek in te plannen.
Wanneer sprake is van verstoring van de bodem (bijvoorbeeld bij bebouwing) dan stelt de archeologische beleidskaart (en bijbehorende regels) de initiatiefnemer in staat om te beoordelen waar onderzoek moet plaatsvinden. Allereerst wordt onderzocht of erfgoed aanwezig is, vervolgens om welk erfgoed uit welke periode het gaat. Uiteindelijk wordt het erfgoed opgegraven, worden de sporen van bewoning en gebruik vastgelegd en dienen de voorwerpen als illustratiemateriaal voor de geschiedenis van Hilversum.
In paragraaf 3.6.3 en in paragraaf 5.6.2 van deze toelichting is opgenomen op welke wijze is omgegaan met archeologie in het plangebied.
Dit plan is een groenstructuurplan voor de bebouwde kom van Hilversum en is een integrale visie op de onbebouwde ruimte op hoofdlijnen. Het plan is in mei 1993 vastgesteld door de raad. Het doel van het plan is het veiligstellen en ontwikkelen van de specifieke kwaliteitskenmerken van de onbebouwde ruimte van Hilversum. Grootste problemen zijn verdichting, meer ruimte voor auto's en het uitblijven van beheermaatregelen. Doordat Hilversum niet kan uitbreiden, moeten bouwwensen binnen de bebouwde kom worden opgelost. De druk op onbebouwde ruimte is groot, hetgeen ten koste kan gaan van de kwaliteit van die onbebouwde ruimte. De aanwezige kwaliteit dreigt verkleind en versnipperd te worden.
Uitgangspunten voor de ruimtelijke structuur zijn:
In 2004 heeft de gemeenteraad de Visie Hilversum Buiten vastgesteld, waarin op hoofdlijnen beschreven is wat Hilversum verstaat onder een goede inrichting en een goed beheer van de openbare ruimte, nu en in de toekomst. Samengevat is de visie op de inrichting en het beheer van de openbare ruimte gestoeld op drie gedachten :
Tevens was in de Visie aangegeven dat de kwaliteit van de openbare ruimte in orde is als :
De visie is in 2009 praktisch uitgewerkt in een handboek inrichting en een handboek beheer Hilversum buiten.
De plannen voor herinrichting van het Langgewenst worden getoetst aan het groenstructuurplan en aan de Visie Hilversum Buiten.
In het Gemeentelijk Rioleringsplan 2009-2014 is het van belang zijnde waterbeleid voor de gemeente opgenomen. De gemeente stelt als eis dat een maximale inspanning wordt gedaan om het hemelwater af te koppelen van het gemengde rioolstelsel. Waar infiltratie mogelijk is moet zoveel mogelijk water worden afgevoerd naar de bodem. Als bijlage bij de toelichting is een waterparagraaf opgenomen.
De welstandsnota is op 23 april 2008 door de raad vastgesteld met als doel vooraf helderheid te bieden over de welstandscriteria die door de gemeente worden gehanteerd bij het beoordelen van bouwinitiatieven. Hierbij staat behoudt van de bestaande kwaliteiten voorop. Het is belangrijk dat het bestemmingsplan en de welstandsnota goed op elkaar zijn aangesloten. Daarom is in Hilversum de afspraak gemaakt dat bestemmingsplannen vooraf om advies aan de commissie voor welstand en monumenten worden voorgelegd, waarbij het in eerste instantie gaat om de kwalitatieve paragrafen en de wijzigingsbevoegdheden.
Ook het voorontwerpbestemmingsplan Langgewenst is aan deze commissie voorgelegd. De reactie van deze commissie op het voorontwerpbestemmingsplan is opgenomen in Bijlage 7 bij de toelichting ´Inspraak- en vooroverlegnota´. Naar aanleiding van deze reactie zijn enkele aanpassingen gedaan in de toelichting van het bestemmingsplan (Hoofdstuk 5).
In de nota Evenementenbeleid is de ambitie voor Hilversum op het gebied van evenementen omschreven. Daarnaast worden er aanbevelingen gedaan om evenementen ordelijk en veilig te laten verlopen en overlast te voorkomen. Zeventien locaties in en om de binnenstad zijn beoordeeld op geschiktheid en type evenement wat er kan plaatsvinden. Het gaat om de locaties: Kop Groest, Midden Groest, Groest Zuid, Leeuwenstraat (geheel), Kerkbrink, ´s Gravelandseweg (keiplein), Kerkstraat (plein C&A), Wagenmakersplein, Kerkstraat (geheel), Zeedijk (geheel), Herenstraat (oprit Hilvertshof), Herenstraat/Koornstraat, Stationsplein, Laanstraat, Biersteeg, Stationsstraat /Langgewenst (markt), Gooilandplein. De nota Evenementenbeleid is in het voorjaar van 2003 door de gemeenteraad vastgesteld. Er is een actualisatie van deze nota Evenementenbeleid in voorbereiding. Ook in de nieuwe nota wordt het Langgewenst aangewezen als locatie voor het houden van diverse typen evenementen.
De herontwikkeling van het Langgewenst met onder andere een nieuw marktplein past binnen de huidige nota en binnen de nieuwe geactualiseerde nota. Het heringerichte marktplein op het Langgewenst zal tevens worden gebruikt als evenemententerrein, zoals in de huidige situatie ook het geval is.
Op het Langgewenst mogen op basis van de nota Evenementenbeleid maximaal 39 dagen per jaar evenementen plaatsvinden. In het verleden zijn bij grote evenementen op het Langgewenst maximaal 20.000 personen toegestaan. Voor het houden van evenementen zijn de bepalingen uit onder andere de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) en de eerder genoemde Nota Evenementenbeleid van belang. Voor het houden van een evenement is een evenementenvergunning nodig. Op het Langgewenst is ook de jaarlijkse kermis van Hilversum.